36 777 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet primair onderwijs BES, de Wet op de expertisecentra, de Wet voortgezet onderwijs 2020, de Wet medezeggenschap op scholen, de Wet educatie en beroepsonderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs BES, de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en de Wet op het onderwijstoezicht in verband met de versterking van het veiligheidsbeleid op scholen (Wet vrij en veilig onderwijs)

Nr. 8 NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 18 november 2025

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel I, onderdeel C, wordt het voorgestelde artikel 4c als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt na «de veiligheid van leerlingen op school» ingevoegd «en een verantwoordingsdocument over de monitor».

2. In het vierde lid, onderdeel d, wordt «de resultaten» vervangen door «de gegevens».

B

In artikel II, onderdeel C, wordt het voorgestelde artikel 6a als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt na «de veiligheid van leerlingen op school» ingevoegd «en een verantwoordingsdocument over de monitor».

2. In het vierde lid, onderdeel d, wordt «de resultaten» vervangen door «de gegevens».

C

In artikel III, onderdeel C, wordt het voorgestelde artikel 5a als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt na «de veiligheid van leerlingen op school» ingevoegd «en een verantwoordingsdocument over de monitor».

2. In het vierde lid, onderdeel d, wordt «de resultaten» vervangen door «de gegevens».

D

In artikel IV, onderdeel F, wordt het voorgestelde artikel 3.40 als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt na «de veiligheid van leerlingen op school» ingevoegd «en een verantwoordingsdocument over de monitor».

2. In het vierde lid, onderdeel d, wordt «de resultaten» vervangen door «de gegevens».

E

In artikel VI, onderdeel A, wordt in het voorgestelde artikel 1.3.8, vijfde lid, in de eerste volzin na «de ouders van de» ingevoegd « minderjarige» en vervalt in de tweede volzin «minderjarige».

F

In artikel VII, onderdeel A, wordt in het voorgestelde artikel 1.3.5, vijfde lid, eerste volzin, na «de ouders, voogden of verzorgers van de» ingevoegd « minderjarige».

G

In artikel VIII, onderdeel A, wordt in het voorgestelde artikel 1.20, vijfde lid, eerste volzin, na «de ouders, voogden of verzorgers van de» ingevoegd « minderjarige».

H

Artikel X, onderdeel A, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a, subonderdeel 2, komt het voorgestelde twaalfde lid, tweede volzin, te luiden:

Artikel 13a, eerste, tweede, vierde tot en met zevende, negende en tiende lid, van de Arbeidsomstandighedenwet zijn niet van toepassing.

2. In onderdeel b komt in artikel #1, onderdeel 2, het voorgestelde twaalfde lid, tweede volzin, te luiden:

Artikel 13a, eerste, tweede, vierde tot en met zevende, negende en tiende lid, van de Arbeidsomstandighedenwet zijn niet van toepassing.

I

Artikel X, onderdeel C, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a, subonderdeel 2, komt het voorgestelde twaalfde lid, tweede volzin, te luiden:

Artikel 13a, eerste, tweede, vierde tot en met zevende, negende en tiende lid, van de Arbeidsomstandighedenwet zijn niet van toepassing.

2. In onderdeel b komt in artikel #3, onderdeel 2 in het voorgestelde twaalfde lid de tweede volzin, te luiden:

Artikel 13a, eerste, tweede, vierde tot en met zevende, negende en tiende lid, van de Arbeidsomstandighedenwet zijn niet van toepassing.

J

Artikel X, onderdeel D, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de eerste volzin wordt na «tot wet is of wordt verheven en die wet» een dubbele punt ingevoegd en wordt voor «eerder in werking is getreden of treedt» op een nieuwe regel de aanduiding «a.» ingevoegd.

2. In onderdeel a (nieuw), subonderdeel 2, komt het voorgestelde twaalfde lid, tweede volzin, te luiden:

Artikel 13a, eerste, tweede, vierde tot en met zevende, negende en tiende lid, van de Arbeidsomstandighedenwet zijn niet van toepassing.

3. In onderdeel b komt in artikel #4, onderdeel 2 in het voorgestelde twaalfde lid de tweede volzin, te luiden:

Artikel 13a, eerste, tweede, vierde tot en met zevende, negende en tiende lid, van de Arbeidsomstandighedenwet zijn niet van toepassing.

Toelichting

Verzenden verantwoordingsdocument aan de inspectie

In aanvulling op de verplichting om de resultaten van de leerlingmonitor met de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) te delen, wordt het bevoegd gezag verplicht een verantwoordingsdocument over het monitoringsinstrument aan de inspectie te sturen.

Dit document geeft inzicht in het monitoringsinstrument en of deze voldoet aan de wettelijk gestelde eisen. Dit document wordt over het algemeen opgesteld en aangeleverd door de betreffende instrumentenmaker. Zoals reeds in de toelichting bij het Besluit monitor leerlingen uit 2020 is opgenomen is een dergelijk verantwoordingsdocument noodzakelijk voor de inspectie om toezicht te houden op de kwaliteit van de monitor die het bevoegd gezag gebruikt.1 De regering acht dit toezicht wenselijk om te borgen dat de monitoring leidt tot betrouwbare resultaten die inzicht geven in de veiligheid op school. Wanneer uit het verantwoordingsdocument blijkt dat een instrument niet voldoet aan de wettelijke eisen, voldoet het bevoegd gezag dus niet aan de wettelijke monitoringsverplichting en kan de inspectie een herstelopdracht geven. Door scholen te verplichten deze documentatie aan de inspectie te verstrekken wordt de toezichtslast voor de inspectie beperkt. De inspectie hoeft immers niet langer per school de documentatie op te vragen.

In dit kader wordt ook de grondslag om bij algemene maatregel van bestuur nadere eisen te stellen aan de toezending van de resultaten aan de inspectie verbreed. Daardoor kunnen tevens nadere regels gesteld worden aan de toezending van het verantwoordingsdocument. Hiermee kan vastgelegd worden welke gegevens als onderdeel van het verantwoordingsdocument aan de inspectie dienen te worden toegezonden. Dit acht de regering noodzakelijk om te borgen dat de inspectie de juiste gegevens ontvangt om adequaat toezicht te houden op de monitoring van de veiligheidsbeleving en het instrument dat een bevoegd gezag daarvoor gebruikt.

Invoegen «minderjarige» ten aanzien van informatieplicht ouders

Abusievelijk was niet helder opgenomen in de WEB, de WEB BES en de WHW dat enkel de ouders, voogden of verzorgers van een minderjarige student geïnformeerd dienen te worden wanneer er op grond van de aangifteplicht seksuele misdrijven is overgegaan tot het doen van aangifte. Met bijgaande wijziging wordt dit geëxpliciteerd.

Omschrijving vertrouwenspersoon in RI&E

Er wordt een wijziging opgenomen in de samenloopbepaling met het Initiatiefvoorstel van het lid Patijn.2 Dit ziet op het opnemen van een beschrijving in de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) met welke maatregelen wordt voldaan aan de voorwaarden waaronder een vertrouwenspersoon goed kan functioneren (voldoende tijd, deskundigheid, ervaring etc.). Dit is opgenomen in het voorgestelde artikel 13a, achtste lid, van de Arbeidsomstandighedenwet. De regering acht het wenselijk dat ook scholen deze beschrijving opnemen in de RI&E en niet slechts in de schoolgids, omdat de RI&E nadrukkelijk ziet op het beschermen van de werknemer, terwijl de schoolgids in de basis gericht is op ouders en leerlingen. Hiermee wordt aangesloten bij de gebruikelijke structuur in de arbeidsomstandighedenwet, waarbij de werkgever in de RI&E onder andere opneemt welke maatregelen zij neemt om de psychosociale arbeidsbelasting te voorkomen.

Deze nota van wijziging wordt gegeven in overeenstemming met de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, K.M. Becking

X Noot
1

Stb. 2020, 209, p. 9.

X Noot
2

Bij brief van de Voorzitter van de Tweede Kamer is op 9 september 2025 aan de Eerste Kamer medegedeeld dat het Lid Patijn de verdediging van het voorstel overneemt van het Lid Maatoug, Kamerstukken I 2024/25, 35 592, D.

Naar boven