36 550 XIII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 3 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 31 mei 2024

Conform wetsartikel 3.1 van de Comptabiliteitswet 2016 informeer ik uw Kamer met deze brief over beleidsvoorstellen met met significante financiële gevolgen (€ 20 miljoen of meer in enig jaar). Ik ga per voorstel in op de doelen, instrumenten, financiële gevolgen, de verwachte doeltreffendheid en doelmatigheid en de evaluatie. Het betreft een toelichting op vier beleidsvoorstellen omtrent de versterkingsopgave, één omtrent de sociale agenda en één omtrent de economische agenda:

  • 1. Maatregel 12 maatwerk sloop/nieuwbouw

  • 2. Maatregel 14 leefbaarheid en wijkontwikkeling

  • 3. Maatregel 15 herstel van de openbare ruimte ná afronding van de versterking

  • 4. Maatregel 28 verduurzaming bij versterking

  • 5. Maatregel 34 sociale agenda

  • 6. Maatregel 35 economische agenda

1. Maatwerk om verschillen tegen te gaan – sloop/nieuwbouw (PEGA-maatregel 12)

a. Doel(en)

Maatwerk bieden en wegnemen van verschillen door het toepassen van sloop/nieuwbouw. Waardoor – een gevoel van – onveiligheid en ongelijkheid bij bewoners wordt wegenomen.

b. Beleidsinstrument(en)

Maatwerk bieden om verschillen weg te nemen met sloop/nieuwbouw. Voorbeeld: huizen met oneven nummers aan de ene kant van een straat zouden volgens hun versterkingsadvies (licht) bouwkundig versterkt moeten worden, terwijl de woningen met even nummers aan de andere kant eerder onveilig werden verklaard en inmiddels zijn gesloopt. Dit zijn verschillen die leiden tot sociale onrust en spanningen.

De Nationaal Coördinator Groningen (NCG) houdt gegevens bij waar bovenstaande voorbeelden gelden. Zodra de NCG de versterking van de woningen van deze gevallen uitvoert, wordt de sloop/nieuwbouw toegepast en bekostigd via deze middelen.

c. Financiële gevolgen voor het Rijk

 

totaal

’24

’25

’26

’27

’28

Budget (€ mln)

42,5

15

27,5

Er is in 2023 reeds € 25 miljoen toegevoegd aan het budget van de NCG. De opvraag van € 15 miljoen in 2024 en € 27,5 miljoen in 2025 voorziet voorlopig in het bieden van maatwerk voor sloop/nieuwbouw voor 2024 en 2025.

d. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren

Niet van toepassing.

e. Doeltreffendheid

De maatregel is gericht op het wegnemen van ontstane verschillen (en daaruit volgend onveiligheidsgevoel), specifiek in gebieden waar op grond van een oudere norm (NPR 2018) sloop/nieuwbouw is toegepast, terwijl dat op grond van een nieuwere norm (en dus bij huizen die later beoordeeld zijn) niet noodzakelijk is.

Voor een beperkt aantal woningen is het nodig aanvullende (versterkings-) maatregelen in te zetten om specifieke problematiek op te lossen. Zo worden bewoners die zich onveilig voelen tegemoet gekomen; pakketten worden mogelijk gemaakt die qua woningverbetering gelijkwaardig zijn aan maatregelen die ook voortvloeiden uit NPR 2018.

f. Doelmatigheid

In het kader van wegnemen van verschillen kan niet iedereen sloop/nieuwbouw geboden worden. Daarom kijkt NCG gericht naar waar maatwerk in de vorm van sloop/nieuwbouw noodzakelijk is.

g. Evaluatie

De voortgang van de versterkingsoperatie, schadeafhandeling en de bewonerstevredenheid (die de NCG jaarlijks separaat analyseert) zal onderdeel zijn van de Staat van Groningen. Hieruit zal niet alleen de voortgang van de versterkingsoperatie blijken, maar ook de ervaring van bewoners, de impact op de verduurzaming van de woningvoorraad en de impact op de leefbaarheid. Deze maatwerkaanpak zal met name impact hebben op de tevredenheid van bewoners.

2. Extra geld voor leefbaarheid en wijkontwikkeling (PEGA-maatregel 14)

a. Doel(en)

Straten, dorpen en wijken die te maken hebben met de meest ingrijpende gevolgen van de gaswinning worden aantrekkelijker gemaakt voor bewoners door een impuls te bieden qua leefbaarheid en wijkontwikkeling. Met de extra middelen uit deze maatregel kunnen de vijf versterkingsgemeenten en de NCG ervoor zorgen dat deze gebieden na afronding van de versterking niet alleen veiliger zijn, maar ook mooier en fijner om te wonen.

b. Beleidsinstrument(en)

Rijk en regio stellen gezamenlijk een beleidskader op met bestedingsdoelen gerelateerd aan leefbaarheid en wijkontwikkeling. Hierbij zijn drie categorieën denkbaar om besteedbare activiteiten in onder te verdelen: de fysieke omgeving, de sociale omgeving en veiligheid.

Bij de fysieke omgeving kan worden gedacht aan de dichtheid en het type bebouwing, aanwezigheid van voorzieningen en de kwaliteit van groenvoorzieningen. Bij de sociale omgeving staan zaken centraal die de bevolkingssamenstelling en de sociale interactie tussen bewoners betreffen. Tot slot kan bij het thema veiligheid worden gedacht aan zaken als overlast, vervuiling en (voorkomen van) criminaliteit.

Gemeenten kunnen gebieds- en dorpsvisies opstellen en door middel van participatietrajecten bewoners inspraak geven over de wijze waarop het extra geld wordt ingezet. Hierbij moet er voldoende oog zijn voor integraliteit met overige plannen van de versterkingsopgave, met zowel aandacht voor het deel van het dorp dat wel als dat niet versterkt wordt. Besteedbare activiteiten zijn bijvoorbeeld: in stand houden van zorgcoöperaties en dorpshuizen met sociaal verbindende functie, culturele projecten ter herinnering aan het «oude» thuis en herinrichting van de fysieke leefomgeving als gevolg van de versterking, zoals verkeersveiligheid en recreatiemogelijkheden.

Het beleidsinstrument is nadrukkelijk niet bedoeld voor zaken die koste wat het kost nodig zijn in de fysieke infrastructuur, de dekking van noodzakelijke (ambtelijke) ondersteuning, of de dekking van ontstane knelpunten.

c. Financiële gevolgen voor het Rijk

 

totaal

’24

’25

’26

’27

’28

’29

’30

Budget (€ mln)

200

12,5

37,5

37,5

37,5

37,5

37,5

De vijf versterkingsgemeenten ontvangen de middelen, naar hun voorkeur, via een Specifieke Uitkering (SPUK). De investeringen in wijkontwikkeling en leefbaarheid zijn een verantwoordelijkheid van gemeenten. Via een SPUK kan deze maatregel ook aansluiten op reeds lopende lokale regelingen. Er wordt hiervoor een meerjarige regeling opgesteld. Op basis van het tempo van de versterking stellen gemeenten plannen op met hun wensen rond leefbaarheid en wijkontwikkeling.

d. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren

Niet van toepassing.

e. Doeltreffendheid

Door een impuls te geven aan leefbaarheid en wijkontwikkeling via gemeenten, sluit dit aan op lopende regelingen en trajecten hiervoor en kan het in één keer goed worden aangepakt.

f. Doelmatigheid

Door de versterking is de sociale cohesie in dorpen en wijken aangetast. Op deze manier wordt er gepoogd dit te herstellen en wordt er een impuls gegeven aan verbetering of herstel van de woonomgeving.

g. Evaluatie

De voortgang van de versterkingsoperatie, schadeafhandeling en de bewonerstevredenheid (die de NCG jaarlijks separaat analyseert) zal onderdeel zijn van de Staat van Groningen. Hieruit zal niet alleen de voortgang van de versterkingsoperatie blijken, maar ook de ervaring van bewoners, de impact op de verduurzaming van de woningvoorraad en de impact op de leefbaarheid. De inzet van deze middelen voor een herstel van de openbare ruimte zal met name impact hebben op de leefbaarheid.

Daarnaast verantwoorden de gemeenten over de besteding van de middelen via het systeem van single information, single audit (SiSa), zoals bepaald in de ministeriële regeling informatieverstrekking SiSa.

3. Extra geld voor herstel van de openbare ruimte ná afronding van de versterking (PEGA-maatregel 15)

a. Doel(en)

Met deze PEGA-maatregel wordt de jaarlijkse bijdrage aan de regio voor het herstel van de openbare ruimte nadat de versterking in een wijk of straat is afgerond opgehoogd, ter dekking van de indexeringskosten als gevolg van de prijsontwikkelingen. Met deze aanvullende middelen vanuit Nij Begun kunnen gemeenten de werkzaamheden in de fysieke ruimte die zij sinds 2020 verrichten, voortzetten. Dit in tegenstelling tot maatregel 14 die door Nij Begun zorgt voor nieuwe werkzaamheden op het gebied van de sociale infrastructuur.

b. Beleidsinstrument(en)

Met de bestuurlijke afspraken van 2020 is geld aan gemeenten beschikbaar gesteld voor het noodzakelijke herstel van de openbare ruimte. Het gaat dan met name om inpassingkosten die de gemeenten maken bij sloop en nieuwbouw van huizen en bij de versterking. Voorbeelden van inpassingskosten betreffen de herbestrating, het vervangen van de riolering en waterleidingen evenals de aanleg van nieuwe groenvoorzieningen. Daarnaast worden met dit beleidsinstrument de inpassingskosten gefinancierd die optreden bij de uitvoering van projecten waarvoor een vast bedrag is afgesproken en waarbij de gemeente beslist over de uitvoering. Denk hierbij aan het Scholenprogramma, Zorgprogramma en Erfgoedprogramma.

Omdat de versterkingswerkzaamheden langer doorlopen dan toen werd verwacht en de kosten toenemen vanwege de inflatie, zijn deze middelen niet meer toereikend. Het betreft dus een indexeringsmaatregel ten behoeve van het continueren van de huidige werkzaamheden van de gemeenten.

c. Financiële gevolgen voor het Rijk

 

totaal

’24

’25

’26

’27

’28

’29

’30

Budget (€ mln)

120

18,7

23,4

23,7

20,7

16,2

12,6

4,9

De vijf versterkingsgemeenten ontvangen de middelen, naar hun voorkeur, via een SPUK. De investeringen zijn bedoeld voor herstel van de openbare ruimte en diens fysieke infrastructuur na afloop van de versterking; een verantwoordelijkheid van gemeenten. Via een SPUK kan deze maatregel ook aansluiten op reeds lopende lokale regelingen. Er wordt hiervoor een meerjarige regeling opgesteld. Op basis van het tempo van de versterking stellen gemeenten plannen op met hun wensen rond het herstel van de openbare ruimte.

d. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren

Niet van toepassing.

e. Doeltreffendheid

Door extra budget vrij te maken voor herstel van de openbare ruimte ná afronding van de versterking, wordt er een impuls gegeven aan verbetering en herstel van de woonomgeving. Doordat het parallel loopt aan de versterking, hebben wijken die versterkt zijn, minder last van nog meer werkzaamheden in de woonomgeving.

f. Doelmatigheid

Door de versterking is de sociale cohesie in dorpen en wijken aangetast. Op deze manier wordt er gepoogd dit te herstellen en wordt er een impuls gegeven aan verbetering of herstel van de woonomgeving

g. Evaluatie

De voortgang van de versterkingsoperatie, schadeafhandeling en de bewonerstevredenheid (die de NCG jaarlijks separaat analyseert) zal onderdeel zijn van de Staat van Groningen. Hieruit zal niet alleen de voortgang van de versterkingsoperatie blijken, maar ook de ervaring van bewoners, de impact op de verduurzaming van de woningvoorraad en de impact op de leefbaarheid. De inzet van deze middelen voor een herstel van de openbare ruimte zal met name impact hebben op de leefbaarheid.

Daarnaast verantwoorden de gemeenten over de besteding van de middelen via het systeem van SiSa, zoals bepaald in de ministeriële regeling informatieverstrekking SiSa.

4. Verduurzaming bij versterking verduurzaming bij versterking (PEGA-maatregel 28)

a. Doel(en)

Voor woningen die nog ingrijpend (middelzwaar of zwaar) versterkt moeten worden, wordt verduurzaming gelijktijdig met de versterking toegepast. Uitgangspunt bij deze aanpak is dat de versterking niet vertraagt. Het doel is om uiterlijk in 2028 de woningen te versterken en verduurzamen naar het niveau van aardgasvrij-gereed.1

b. Beleidsinstrument(en)

NCG onderzoekt samen met verduurzamingsdeskundigen welke isolatiemaatregelen nodig zijn om te voldoen aan de isolatiestandaard. NCG voert de maatregel uit gelijktijdig met de versterking van een huis. Het budget wordt toegevoegd aan de versterkingsbudgetten voor de desbetreffende huizen, zodat verduurzaming nog kan worden meegenomen in de versterking.

c. Financiële gevolgen voor het Rijk

 

totaal

’24

’25

’26

’27

’28

Budget (€ mln)

30

30

Voor afgelopen jaar (2023) is reeds € 30 miljoen toegevoegd aan de (via EZK) NCG begroting dit lijkt naar eerste inschatting voldoende voor 2024 en wordt voorlopig ook opgevraagd voor 2025.

De kosten kunnen per woning erg variëren zo zijn er ook extra kosten voor erfgoed woningen waardoor de exacte kosten lastig te ramen zijn. Daarom wordt eerst een deel van de middelen opgevraagd. Nadat er meer ervaringscijfers beschikbaar komen, wordt de raming accurater en daarmee de opvraag ook.

d. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren

Niet van toepassing.

e. Doeltreffendheid

Het versterken van zware of middelzware woningen en het verduurzamen ervan kan met extra budget voor de NCG gelijktijdig worden uitgevoerd. Hierdoor hoeft een bewoner niet twee keer te ervaren dat de woning overhoop ligt en door de isolatiemaatregelen wordt bijgedragen aan het verlagen van de energierekening voor bewoner én daarmee energiearmoede in de regio.

f. Doelmatigheid

Door gelijktijdig met de versterking te verduurzamen, hoeft een woning maar eenmalig bouwwerkzaamheden te ondergaan en wordt er hierdoor bespaard op voorbereidings- en uitvoeringskosten.

g. Evaluatie

De voortgang van de versterkingsoperatie, schadeafhandeling en de bewonerstevredenheid (die de NCG jaarlijks separaat analyseert) zal onderdeel zijn van de Staat van Groningen. Hieruit zal niet alleen de voortgang van de versterkingsoperatie blijken, maar ook de ervaring van bewoners, de impact op de verduurzaming van de woningvoorraad en de impact op de leefbaarheid.

De impact van verduurzaming is voor de bewoners en – regionale – bestuurders een belangrijk aandachtspunt en zal daarom met veel aandacht terugkomen in de evaluatie tijdens de Staat van Groningen. Daarnaast heeft het kabinet voor maatregel 29 uit Nij Begun toegezegd dat er elke 3 maanden door Rijk, regio en uitvoeringsorganisaties gekeken wordt hoe implementatie van het isolatiepakket uitpakt in de praktijk. Hier zal naar verwachting ook de voortgang van isolatie onder maatregel 28 worden meegenomen. Hoe dit precies zal worden vormgegeven moet nog nader worden uitgewerkt.

5. Sociale agenda (PEGA-maatregel 34)

a. Doel(en)

In de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquête aardgaswinning Groningen is een dertigjarige aanpak ten behoeve van welzijn en sociaal herstel voor Groningen en Noord-Drenthe aangekondigd. Doel is dat bewoners concreet perspectief krijgen op een meer welvarende toekomst in een regio die zijn eigen identiteit behoudt en waar het fijn wonen, werken en recreëren is. Dit moet er aan bijdragen dat het voormalige gaswinningsgebied binnen één generatie tenminste op het landelijk gemiddelde scoort op belangrijke indicatoren van brede welvaart.

De sociale agenda richt zich op vier speerpunten: 1) verbeteren van de (mentale) gezondheid, 2) vergroten van de leefbaarheid en sociale cohesie, 3) kansen voor kinderen, jongeren en de volgende generatie, 4) arbeidsparticipatie en armoedebestrijding. In 2024 komt de kwartiermaker samen met de regio met een invulling en uitvoeringsplan voor deze agenda. Daarnaast kunnen deze middelen ingezet worden voor psychosociale hulpverlening en het mentaal welzijn van de inwoners van Groningen.

b. Beleidsinstrument(en)

De middelen worden aan gemeenten uitgekeerd door middel van een decentralisatie uitkering (DU) of door middel van een SPUK per programma of project. De middelen kunnen indien nodig aan betrokken organisaties uitgekeerd worden via een subsidieregeling. Voor besluitvorming over de inhoudelijke invulling (hoofddoelen, operationele doelen en voorstel voor programmering) is overeenstemming Bestuurlijk Overleg Rijk-regio en daarmee in de diverse gezamenlijke voorportalen noodzakelijk. Besluitvorming over inhoud en inzet van financiële middelen aan Rijkszijde zal in samenspraak tussen EZK, SZW, OCW, VWS en BZK plaatsvinden. Indien nodig zal de Ministeriële Commissie Groningen ingezet worden. Besluitvorming over toewijzing van financiële middelen op lokaal niveau zal waarschijnlijk door de raden en staten plaatsvinden.

c. Financiële gevolgen voor het Rijk

Budget (€ mln)

totaal

’24

’25

’26

’27

’28

’29

’30

A. Sociale agenda opstart

60

10

50

         

B. Programma Sociaal en Gezond1

55

5,1

6,8

9,8

9

8,5

8

7,8

Totaal

115

15,1

56,8

9,8

9

8,5

8

7,8

X Noot
1

Tijdens de opvraag van middelen bij de Voorjaarsnota werd het programma Sociaal en Gezondheid volledig bekostigd uit de sociale agenda. Op het moment van versturen is besloten de helft te bekostigen uit de sociale agenda. De resterende middelen blijven beschikbaar voor de sociale agenda.

d. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren

Niet van toepassing.

e. Doeltreffendheid

Bij het opstellen van de sociale agenda worden de precieze doelen samen met inwoners, organisaties en overheden in de regio vastgesteld. De sociale agenda krijgt een duidelijke focus met inzet van duurzame investeringen waar deze in het licht van de gekozen focus en doelstellingen het verschil kunnen maken. De investeringen in de regio zullen invulling krijgen op basis van de vier speerpunten. De kwartiermaker geeft samen met de regio invulling aan de besteding van deze middelen. Hierbij houdt hij rekening met de financiële en juridische voorwaarden die het Rijk stelt.

f. Doelmatigheid

Met het instrument van een specifieke uitkering kunnen goede voorstellen op programma en projectbasis worden ondersteund. Het biedt de mogelijkheid van sturing op de kwaliteit van voorstellen. Hierdoor kan de regio in samenspraak met het Rijk kwalitatieve voorstellen uitvoeren.

g. Evaluatie

De doeltreffendheid en doelmatigheid van de investeringen worden gemonitord door middel van een specifieke monitor die ontwikkeld zal worden voor de sociale agenda. Bij het opstellen van de sociale agenda worden de precieze doelen samen met inwoners, organisaties en overheden in de regio vastgesteld. Op basis van effect- en outcome indicatoren zullen de strategische en operationele doelen gemonitord en geëvalueerd worden. Daarbij wordt ook gekeken naar de samenhang met de financiële investering om de doelen te bereiken. Op hoger abstractieniveau komt dit terug in de jaarlijks uit te brengen Staat van Groningen.

Voor zover middelen ter beschikking worden gesteld met een SPUK, vindt verantwoording plaats via het systeem van SiSa, zoals bepaald in de ministeriële regeling informatieverstrekking SiSa.

6. Economische agenda – versterking NPG (PEGA-maatregel 35)

a. Doel(en)

In de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquête aardgaswinning Groningen is een dertigjarige aanpak ten behoeve van economisch perspectief voor Groningen en Noord-Drenthe aangekondigd. Doelen hierbij zijn het verbeteren van de brede welvaart in Groningen en Noord-Drenthe, economische structuurversterking en het vergroten van het verdienvermogen van de regio.

b. Beleidsinstrument(en)

Op dit moment worden middelen via het NPG door middel van een SPUK per programma of project verstrekt.

c. Financiële gevolgen voor het Rijk

Budget (€ mln)

totaal

’24

’25

’26

’27

’28

A. Economische agenda opstart

35

10

25

     

B. Djewels

30

 

2

17

5

6

Totaal

65

10

27

17

5

6

In 2024 wordt een economische agenda voor Groningen uitgewerkt. Om in dat kader de initiatieven die investeringsgereed zijn te kunnen financieren zijn de middelen vanaf 2024 nodig. Daarbij zijn middelen specifiek gereserveerd voor het waterstof project Djewels die hier mogelijk uit bekostigd kunnen worden.

d. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren

Niet van toepassing.

e. Doeltreffendheid

Met de beschikbare middelen kan ten behoeve van de economische agenda via het NPG worden geïnvesteerd in programma’s en projecten die investeringsgereed zijn en merkbare verbeteringen zullen opleveren voor de inwoners van Groningen en Noord-Drenthe. Dankzij nieuwe werkgelegenheid, een betere aansluiting van onderwijs-arbeidsmarkt, een verbeterde kwaliteit van de leefomgeving, perspectief voor landbouwbedrijven, investeringen in zorg en gezondheid en een aantrekkelijke regio voor (private) partijen om te ondernemen en investeren.

f. Doelmatigheid

Met het instrument van een specifieke uitkering kunnen voorstellen op programma en projectbasis worden ondersteund. Het biedt de mogelijkheid van sturing op de kwaliteit van voorstellen. Projecten worden door een beoordelingscommissie getoetst aan een programmakader.

g. Evaluatie

De doeltreffendheid en doelmatigheid van investeringen worden op dit moment gemonitord door middel van de bestaande monitor van het Nationaal Programma Groningen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, J.A. Vijlbrief


X Noot
1

NCG doet een haalbaarheidsanalyse naar 2028 als gevolg van een toename in het aantal te versterken woningen en het werk dat per woning wordt gedaan, bijv. als gevolg van deze maatregel.

Naar boven