36 546 Wijziging van de Jeugdwet, de Wet marktordening gezondheidszorg en enige andere wetten teneinde te bevorderen dat jeugdhulp en gecertificeerde instellingen voor de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering steeds voldoende beschikbaar zijn (Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg)

J MOTIE VAN HET LID PERIN-GOPIE C.S.

Voorgesteld 30 september 2025

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat Nederland zich heeft verbonden aan het Internationale Kinderrechtenverdrag;

overwegende, dat in artikel 3 van het Kinderrechtenverdrag staat dat de belangen van het kind de eerste overweging moeten vormen bij alle overheidsmaatregelen die kinderen raken;

overwegende, dat het VN-Kinderrechtencomité er in 2022 op heeft aangedrongen dat de Nederlandse overheid ter naleving van het verdrag een Kinderrechtentoets ontwikkelt en toepast op alle wetgeving en beleid die kinderen raken, zowel nationaal als lokaal;

overwegende, dat ook de Kinderombudsman constateert dat de rechten van kinderen te vaak nog niet zijn geborgd op regionaal en gemeentelijk niveau bij beleidsontwikkeling en uitvoering en aandringt op een Kinderrechtentoets;

constaterende, dat de voorgestelde Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg rechtstreeks de belangen van kinderen raakt, maar dat geen kinderrechtentoets is voorzien bij de uitvoering;

constaterende, dat de Nederlandse Kinderombudsman een Kinderrechtentoets heeft ontwikkeld en deze publiek toegankelijk is;

verzoekt de regering om in de algemene maatregel van bestuur in de zin van artikel 2.2 lid 3 Jeugdwet te bepalen dat in de regiovisie in ieder geval een voorziening voor het uitvoeren van een kinderrechtentoets moet worden opgenomen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Perin-Gopie

Janssen

Moonen

Van Aelst-Den Uijl

Walenkamp

Naar boven