36 385 Wijziging van de Wet langdurige zorg en de Algemene Kinderbijslagwet in verband met de invoering van ambtshalve toekenning en toekenning met terugwerkende kracht van dubbele kinderbijslag bij intensieve zorg

Nr. 5 VERSLAG

Vastgesteld 6 september 2023

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, belast met het voorbereidend onderzoek van voorliggend wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud dat de in het verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende door de regering worden beantwoord acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave

I.

Algemeen

1

1.

Aanleiding

1

2.

Hoofdlijnen van het voorstel

2

3.

Verhouding nationale regelgeving en hoger recht

2

4.

Uitvoering

3

5.

Financiële gevolgen

3

6.

Evaluaties

3

7.

Advies en consultatie

3

8.

Inwerkingtreding

3

     

II.

Artikelsgewijs

3

I. ALGEMEEN

1. Aanleiding

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken met betrekking tot de wijziging van de Wet langdurige zorg en de Algemene Kinderbijslagwet in verband met de invoering van ambtshalve toekenning en toekenning met terugwerkende kracht van dubbele kinderbijslag bij intensieve zorg (Kamerstuk 36 385). Zij danken de regering voor de toelichting op de voorgenomen wijziging. Voorgenoemde leden hebben hier nog enkele vragen en opmerkingen over.

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van dit wetsvoorstel. Zij vinden het voorstel een belangrijke verbetering voor ouders met een kind met intensieve zorg en om niet gebruik tegen te gaan. De leden van de CDA-fractie hebben verder geen vragen.

De leden van de PvdA-fractie en de leden van de GroenLinks-fractie hebben de memorie van toelichting met interesse gelezen. In algemene zin merken deze leden op dat zij initiatieven om de sociale zekerheid te vereenvoudigen van harte toejuichen, met name als de complexiteit minder wordt voor de mensen die van sociale zekerheid afhankelijk zijn.

2. Hoofdlijnen van het voorstel

De leden van de VVD-fractie menen dat een vereenvoudiging van de toekenning van dubbele kinderbijslag bij intensieve zorg en minder regeldruk voor ouders door middel van proactieve dienstverlening, zoals de regering dat omschrijft, passend is.

De leden van de VVD-fractie lezen dat, om de zogenoemde proactieve dienstverlening ten uitvoer te brengen, het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) automatisch een signaal zal sturen naar de Sociale Verzekeringsbank (SVB) om zodoende de dubbele kinderbijslag bij intensieve zorg (DKIZ) automatisch te laten uitkeren. In de memorie van toelichting geeft de regering aan dat die digitale (persoons)gegevenswisseling tussen het CIZ en de SVB veilig zal zijn en dat verder geen medische gegevens worden gedeeld in dat contact. Toch vragen de leden van de VVD-fractie aan de regering of zij garandeert dat medische- of persoonsgegevens door die gegevenswisseling niet op straat belanden.

De leden van de VVD-fractie merken verder op dat het wetsvoorstel voor 25% van de DKIZ doelgroep effect zal hebben. De procedure voor de overige doelgroep (75%) zal door dit voorstel niet wijzigen. Heeft de regering al plannen hoe de procedure voor de andere 75% van de doelgroep efficiënter gemaakt kan worden? Zo ja, hoe ziet dit tijdspad eruit? Zo nee, overweegt de regering om verdere onderzoeken te laten doen hoe het proces verbeterd kan worden voor de overige doelgroep?

De leden van de PvdA-fractie en de leden van de GroenLinks-fractie zien dat het overgebleven voorstel nog steeds vrij complex is. Kan de regering toelichten hoe verschil wordt gemaakt tussen uitwonende en thuiswonende kinderen? Werkt het wetsvoorstel voor beide groepen hetzelfde?

De leden van de PvdA-fractie en de leden van de GroenLinks-fractie zijn daarnaast benieuwd naar hoe de maatregelen in het wetsvoorstel zich tot elkaar verhouden. Enerzijds zorgt het wetsvoorstel voor ambtshalve toekenning, en anderzijds voor het gericht informeren van ouders over recht op DKIZ. Is dat gericht informeren nog steeds noodzakelijk als al ambtshalve toegekend wordt? Kan de regering daarnaast bevestigen dat er geen extra risico op terugvorderingen bestaat door het ambtshalve toekennen van DKIZ?

3. Verhouding nationale regelgeving en hoger recht

De leden van de VVD-fractie lezen dat de DKIZ niet automatisch toegekend kan worden door knelpunten in de huidige wetgeving (Algemene Kinderbijslagwet (AKW)). Werken met toestemming van de ouders levert volgens de regering geen vereenvoudiging op. Deze leden vragen waarom niet: is het niet eenvoudig voor ouders als zij benaderd worden, gewezen worden op hun rechten en slechts toestemming hoeven te geven om de DKIZ uitgekeerd te krijgen? Zit er wetgeving in de weg om dit mogelijk te maken, of zijn er andere knelpunten?

4. Uitvoering

5. Financiële gevolgen

De leden van de PvdA-fractie en de leden van de GroenLinks-fractie lezen in de memorie van toelichting over de AKW+, die bestaat ter compensatie voor het mislopen van de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK). Zij hopen dat de regering kan bevestigen dat de AKW+ wel blijft bestaan, ondanks het feit dat de IACK wordt afgeschaft. De afschaffing van de IACK hangt immers samen met het invoeren van (bijna) gratis kinderopvang, wat niet of weinig relevant is voor de doelgroep van de AKW+.

6. Evaluatie

7. Advies en consultatie

8. Inwerkingtreding

II. ARTIKELSGEWIJS

De voorzitter van de commissie, Kuzu

Adjunct-griffier van de commissie, Van den Broek

Naar boven