36 372 Wijziging van de Penitentiaire beginselenwet in verband met aanvullende maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit tijdens detentie

Nr. 15 AMENDEMENT VAN HET LID UITERMARK

Ontvangen 6 maart 2024

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel G, wordt het voorgestelde artikel 40b als volgt gewijzigd:

1. In het zesde lid wordt «of de politie» vervangen door «, de politie of het gerecht dat de zaak in laatste instantie feitelijk heeft behandeld».

2. Na het zesde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 6a. Indien het bevel uitsluitend berust op de persoonlijkheid van de gedetineerde, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, dient de Minister in zijn bevel een advies van een gedragsdeskundige te betrekken.

Toelichting

De indiener acht het van belang dat de Minister, naast de politie en het openbaar ministerie, desgewenst ook de rechter die de zaak als laatste heeft behandeld om advies kan vragen als daaraan behoefte bestaat.

Uit artikel 40b, eerste lid, onder b, volgt dat op de enkele grond van de persoonlijkheid van de gedetineerde kan worden besloten dat er sprake is van een gevaar voor de openbare orde of veiligheid, waardoor een bevel beperkingen kan worden gegeven door de Minister. Een dergelijk besluit behoeft naar de mening van de indiener te zijn gegrond op een oordeel van een gedragsdeskundige.

Uitermark

Naar boven