36 350 XVII Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

B VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN, DEFENSIE EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING1

Vastgesteld 31 oktober 2023

Het wetsvoorstel heeft de commissie aanleiding gegeven tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen van de volgende vragen.

Inleiding

De leden van de fractie van BBB hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel. Zij hebben een aantal vragen en opmerkingen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van BBB

De leden van de fractie van BBB hebben kennisgenomen van de beantwoording van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking d.d. 21 juni 2023 op vragen van de Tweede Kamercommissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.2 Naar aanleiding van vraag 47 en het daarop gegeven antwoord3 overwegen de leden van de BBB-fractie het volgende. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft een feministisch buitenlands beleid (FBB) ingevoerd en zet daarbij in op het integreren van een genderlens in het hele beleid.

Kan de regering uitleggen wat het feministisch buitenlands beleid inhoudt en aan welke criteria dit wordt getoetst? De leden van de BBB-fractie vragen de regering waarom zij een feministisch buitenlands beleid voert. Vallen groepen die zich niet identificeren met man of vrouw buiten dit beleid? Kan de regering uitleggen wat een genderlens is? Kan in een algemeen buitenlands beleid niet evengoed een genderlens worden geïntegreerd, zo vragen de leden van de BBB-fractie. Dient volgens de regering het voeren van een feministisch buitenlands beleid het Nederlands nationaal belang, en zo ja, op welke wijze? Heeft het voeren van een feministisch buitenlands beleid in enig buitenland het Nederlands nationaal belang geschaad of het nastreven daarvan gehinderd? Is het benoemen van het Nederlands buitenlands beleid als een feministisch buitenlands beleid een (modieuze) vorm van deugdzaamheid uitdragen, zo vragen de leden van de BBB-fractie.

Naar aanleiding van vraag 48 en het daarop gegeven antwoord overwegen de leden van de fractie van BBB het volgende. De regering zet deze middelen (bedoeld in antwoord 47) in voor de lopende partnerschappen (partners: Power of Women, Women, Peace and Security en Leading from the South).4 Waarom worden deze drie organisaties gesteund? Welke criteria zijn aangewend bij de keuze voor deze organisaties en welk (openbaar) selectieproces is gevolgd? Is er genoegzaam toezicht op de besteding van Nederlands belastinggeld door genoemde drie organisaties, is hun boekhouding transparant en in orde en zijn hun uitgaven verantwoord? Wat is de rol van het ministerie bij het toetsen van de bestedingsdoelen vooraf en de controle achteraf? Hoe, waar en wanneer vindt evaluatie plaats en eventuele bijsturing?

Volgens de website van Leading from the South doneert Nederland vanaf 2020 tachtig miljoen euro over een periode van vijf jaar. De andere donor is de Fondation Chanel. De leden van de BBB-fractie vragen de regering of dit bedrag juist is. Is het volgens de regering in het Nederlands belang om samen te werken met een donorpartner als Fondation Chanel, een door een exclusief en duur modehuis opgezette stichting die publiekelijk kan worden beschouwd als een «virtue-signal» voor dit modehuis? Kan de regering aangeven hoeveel de Fondation Chanel jaarlijks doneert?

De leden van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking zien de antwoorden van de regering met belangstelling tegemoet en ontvangen de nota naar aanleiding van het verslag graag binnen vier weken na vaststelling van dit verslag.

De voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking, Koen Petersen

De griffier van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking, R.H. van Luijk


X Noot
1

Samenstelling:Oplaat (BBB), Croll (BBB), Marquart Scholtz (BBB), Goossen (BBB), Van Gasteren (BBB), Karimi (GroenLinks-PvdA), Roovers (GroenLinks-PvdA), Crone (GroenLinks-PvdA), Martens (GroenLinks-PvdA), Thijssen (GroenLinks-PvdA), Petersen (VVD) (voorzitter), Vogels (VVD), Van Ballekom (VVD), Van Toorenburg (CDA), Prins (CDA), Belhirch (D66), Moonen (D66), Faber-Van de Klashorst (PVV), Koffeman (PvdD), Van Bijsterveld (Ja21), Van Apeldoorn (SP), Huizinga-Heringa (CU) (1e ondervoorzitter), Dessing (FVD) (2e ondervoorzitter), Van Dijk (SGP), Hartog (Volt), Van Rooijen (50PLUS), Van der Goot(OPNL).

X Noot
2

Kamerstukken II, 2022–2023, 36 250 XVII, nr. 3.

X Noot
3

Idem, blz. 13.

X Noot
4

Ibidem.

Naar boven