36 302 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2023 (Eerste incidentele suppletoire begroting inzake ophoging Nederlandse bijdrage Europese Vredesfaciliteit)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2023 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra

B ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ DE BEGROTINGSARTIKELEN

1. Leeswijzer

De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de Ontwerpbegroting 2023 van hoofdstuk V van de begroting van het Rijk.

Onderdeel 2 bevat voor het beleidsartikel 3 Effectieve Europese samenwerking een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na de tabel «budgettaire gevolgen van beleid» wordt een toelichting op de mutatie gegeven.

2. Beleidsartikelen

2.1 Artikel 3 Effectieve Europese samenwerking

Tabel 1 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 3 Effectieve Europese samenwerking (incidentele suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
   

Vastgestelde begroting inclusief amendementen

Mutaties incidentele suppletoire begroting

Stand incidentele suppletoire begroting

Mutaties

Mutaties

Mutaties

Mutaties

   

2023

2023

2023

2024

2025

2026

2027

 

Verplichtingen

11.452.496

136.927

11.589.423

0

0

0

0

                 
 

Uitgaven

11.557.597

0

11.557.597

33.222

33.886

34.564

35.255

                 

3.1

Afdrachten aan de Europese Unie

11.409.093

0

11.409.093

0

0

0

0

                 
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

             
 

BNI-afdrachten

5.117.680

0

5.117.680

0

0

0

0

 

BTW-afdrachten

1.276.364

0

1.276.364

0

0

0

0

 

Invoerrechten

4.834.846

0

4.834.846

0

0

0

0

 

Plastic-grondslag

180.203

 

180.203

       
                 

3.2

Europees Ontwikkelingsfonds

100.313

0

100.313

0

0

0

0

                 
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

             
 

Europees Ontwikkelingsfonds

100.313

0

100.313

0

0

0

0

                 

3.3

Een hechtere Europese waardengemeenschap

11.000

0

11.000

0

0

0

0

                 
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

             
 

Raad van Europa

11.000

0

11.000

0

0

0

0

                 

3.4

Versterkte Nederlandse positie in de Unie

4.788

0

4.788

0

0

0

0

                 
 

Subsidies (regelingen)

             
 

EIPA

348

0

348

0

0

0

0

                 
 

Opdrachten

             
 

Programmatische ondersteuning: CECP

0

0

0

0

0

0

0

 

Europa College beurzenprogramma

190

0

190

0

0

0

0

 

Programmatische ondersteuning: Taskforce Verenigd Koninkrijk

0

0

0

0

0

0

0

                 
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

             
 

Benelux bijdrage

4.250

0

4.250

0

0

0

0

                 

3.5

Europese Vredesfaciliteit

32.403

0

32.403

33.222

33.886

34.564

35.255

                 
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

             
 

Europese Vredesfaciliteit

32.403

0

32.403

33.222

33.886

34.564

35.255

                 

Ontvangsten

 

2.708.961

0

2.708.961

0

0

0

0

                 

3.10

Diverse ontvangsten EU

1.208.711

0

1.208.711

0

0

0

0

                 
 

Invoerrechten

1.208.711

0

1.208.711

       
 

Overige ontvangsten EU

0

0

0

       
                 

3.11

Europees herstelfonds

1.500.000

0

1.500.000

0

0

0

0

                 

3.30

Restitutie Raad van Europa

250

0

250

0

0

0

0

Toelichting verplichtingen en uitgaven

Vanwege een initiële ophoging van het financieringsplafond van de Europese Vredesfaciliteit (EPF) met EUR 2 miljard (in 2018 prijzen, conform Europese begrotingssystematiek) en de daaruit voortvloeiende stijging van de Nederlandse bijdrage aan het EPF worden enkele mutaties op de begroting doorgevoerd. Gebaseerd op een BNI-sleutel van 5,9% en op basis van lopende prijzen wordt het verplichtingenbudget voor de Nederlandse EPF-bijdrage voor 2023 verhoogd met EUR 136,9 miljoen. Het jaarlijkse uitgavenbudget stijgt met EUR 33,2 miljoen in 2024 oplopend tot EUR 35,3 miljoen in 2027.

De EPF is een instrument dat twee financieringspijlers omvat. De pijler «operaties» financiert de gemeenschappelijke kosten van missies en operaties in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GVDB) en maakt onderdeel uit van de begroting van het Ministerie van Defensie. De tweede pijler «steunmaatregelen» staat op de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en financiert acties van de EU ten behoeve van derde landen, regionale of internationale organisaties, op grond van de artikelen 28 en 30 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU). Hierbij gaat het om acties ter versterking van de militaire en defensiecapaciteit en acties ter ondersteuning van de militaire aspecten van vredesondersteunende operaties. Omdat de verdeling van de ophoging over de twee financieringspijlers op dit moment nog niet bekend is, is in overleg met het Ministerie van Defensie en het Ministerie van Financiën afgesproken om de volledige stijging van de Nederlandse bijdrage aan het EPF te verwerken op de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Een interdepartementale overheveling zal plaatsvinden indien de verhouding tussen de daadwerkelijke uitgaven op de twee pijlers wijzigt.

Naar boven