36 200 Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën

X VERSLAG VAN EEN NADER SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 22 november 2022

De leden van de vaste commissie voor Financiën1 hebben kennisgenomen van de brief d.d. 4 november 2022 in reactie op hun brief met vragen ter voorbereiding van de Algemene financiële beschouwingen d.d. 21 oktober 2022.2 De leden van de fractie van de PvdD hadden naar aanleiding van de antwoorden nog een nadere vraag.

Naar aanleiding hiervan is op 11 november 2022 een brief gestuurd aan de Minister van Financiën.

De Minister heeft op 18 november 2022 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde nader schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Financiën, De Man

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN

Aan de Minister van Financiën

Den Haag, 11 november 2022

De leden van de vaste commissie voor Financiën hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief d.d. 4 november 2022 in reactie op hun brief met vragen ter voorbereiding van de Algemene financiële beschouwingen d.d. 21 oktober 2022.3 De leden van de fractie van de PvdD hebben naar aanleiding van de antwoorden, waarvoor dank, nog een nadere vraag.

U geeft aan dat een reden voor de in EU-perspectief hoge gasprijs in Nederland een andere berekeningsmethode is, namelijk nieuwe contracten versus een gewogen gemiddelde. Deze leden vragen of dit de enige reden is, en waarom er in Nederland kennelijk meer variabele contracten zijn.

De commissie ziet uit naar de beantwoording van bovenstaande vraag en verzoekt u deze, met het oog op een zorgvuldige voorbereiding van de Algemene financiële beschouwingen, uiterlijk vrijdag 18 november 2022 15.00 uur, aan de Eerste Kamer aan te bieden.

Voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, P.H.J. Essers

BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 november 2022

Op 11 november heb ik van de voorzitter van de vaste commissie voor Financiën van uw Kamer een brief (met kenmerk 171932.06U) ontvangen, met een nadere vraag ter voorbereiding op de Algemene Financiële Beschouwingen.

Bij deze ontvangt u een antwoord op deze vraag.

De Minister van Financiën, S.A.M. Kaag

Vraag van de leden van de PvdD

U geeft aan dat een reden voor de in EU-perspectief hoge gasprijs in Nederland een andere berekeningsmethode is, namelijk nieuwe contracten versus een gewogen gemiddelde. Deze leden vragen of dit de enige reden is, en waarom er in Nederland kennelijk meer variabele contracten zijn.

Het klopt dat de CBS bewerkingsmethode een belangrijke rol speelt in dit vraagstuk. Ter achtergrond wijs ik u erop dat CBS werkt aan een nieuwe methode om energieprijzen te berekenen.4 Het CBS geeft daarbij aan dat de aanleiding voor deze nieuwe methode was dat sterk stijgende energieprijzen tot een overschatting van de inflatie- en sterk dalende prijzen tot een onderschatting van de inflatie leiden. Voor de tot nu toe gehanteerde methode geldt dat het CBS de prijzen van gas en elektriciteit elke maand waarneemt op basis van alle nieuwe contracten (zowel vaste als variabele) die in die maand afgesloten kunnen worden. Lang niet iedereen heeft echter op hetzelfde moment een nieuw contract, met een nieuwe prijs. Het CBS heeft echter geen gegevens over hoeveel huishoudens welke contracten op welk moment tegen welke prijs hebben afgesloten. Het CBS schrijft daarover:5

«De prijsinformatie van de huidige methode loopt eigenlijk voor op de gemiddelde prijsontwikkeling van energie voor huishoudens in Nederland. De waarneming van alleen nieuwe contracten zorgt bij stijgende energieprijzen voor een overschatting van de gemiddelde prijsstijging en bij dalende energieprijzen voor een onderschatting. De huidige waarneming van de prijzen van gas- en elektriciteit voldoet goed bij een redelijk stabiele markt, maar bij een volatiele energiemarkt met extreme prijsstijgingen of -dalingen bestaat de behoefte om de methode te verfijnen.»

Dat de cijfers van het CBS als gevolg van de gehanteerde methode «voor» lopen op de werkelijke prijsontwikkeling is een van de verklaringen waarom Nederland in EU-perspectief op dit moment een hoge gasprijs heeft. Het CBS schrijft dat de eerste resultaten van het nu lopende onderzoek laten zien dat de prijsstijgingen sinds de herfst van 2021 van gas en elektriciteit met de nieuwe methode significant lager uitvallen dan bij de huidige waarneming van de energieprijzen. De invoering van de nieuwe methode kan waarschijnlijk per medio 2023.

Los van de berekeningswijze door het CBS kunnen energieprijsverschillen tussen EU-landen ook andere oorzaken hebben zoals de gebruikte energiemix, het lokale aanbod van LNG, de historisch gegroeide marktstructuur en nationaal bepaalde belastingen en heffingen.

Ten aanzien van het aandeel variabele contracten in Nederland verwijs ik naar de antwoorden die Minister Jetten (Klimaat en Energie) eerder gaf op Kamervragen hierover.6 Minister Jetten schrijft dat in Nederland relatief lage opzegvergoedingen gelden. Dit bevordert normaliter de concurrentie doordat het voor consumenten relatief gemakkelijk is om over te stappen. Deze vergoeding dekt in de huidige uitzonderlijke marktsituatie echter niet de kosten die de energieleverancier maakt als een contract voortijdig wordt opgezegd. Als gevolg hiervan zijn energieleveranciers terughoudend met het aanbieden van langjarige contracten met vaste prijzen en gaan steeds meer huishoudens bij aflopen van het vaste contract automatisch over op een variabel contract.

De ACM werkt aan nieuwe regels voor opzegvergoedingen van vaste contracten. De aanpassing moet er voor zorgen dat leveranciers weer vast contracten gaan aanbieden.7


X Noot
1

Samenstelling:

Essers (CDA) (voorzitter), Prast (PvdD), Backer (D66), Ester (CU), Faber-van de Klashorst (PVV), Van Apeldoorn (SP), Van Strien (PVV), Jorritsma-Lebbink (VVD), N.J.J. van Kesteren (CDA), Schalk (SGP), Van Rooijen (50PLUS), Vos (VVD), Van Ballekom (VVD), Berkhout (Fractie-Nanninga), Crone (PvdA), Frentrop (Fractie-Frentrop), Geerdink (VVD), Karimi (GL) (ondervoorzitter), Van der Linden (Fractie-Nanninga), Otten (Fractie-Otten), Rietkerk (CDA), Rosenmöller (GL), De Boer (GL), Van der Voort (D66), Raven (OSF) en Fiers (PvdA).

X Noot
2

Kamerstukken I 2022/23, 36 200, W.

X Noot
3

Kamerstukken I 2022/23, 36 200, W.

X Noot
4

CBS (2022). Naar een nieuwe methode om energieprijzen te berekenen. 31-10-2022

X Noot
5

Ibid

X Noot
7

ACM (2022). ACM start consultatie nieuwe regels voor opzegvergoedingen vaste contracten. 21-10-2022

Naar boven