Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | 36120-C nr. 2 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | 36120-C nr. 2 |
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat voor het provinciefonds. Het in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikel wordt in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
Wetsartikel 3
Ingevolge artikel 5, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet hebben provincies gezamenlijk recht op het bedrag dat in de begroting als verplichting voor het totaal van de algemene uitkering is opgenomen. Ingevolge artikel 5, tweede lid, van de Financiële-verhoudingswet hebben de provincies gezamenlijk recht op de bedragen die in de begroting als verplichting voor het totaal van de integratie-uitkeringen en het totaal van de decentralisatie-uitkeringen zijn opgenomen.
De in dit wetsartikel opgenomen bedragen zijn niet rechtstreeks uit de begrotingsstaat af te leiden. De bedragen worden nader onderbouwd in deze memorie van toelichting.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,H.G.J.Bruins Slot
De Staatssecretaris van Financiën,M.L.A.van Rij
De eerste suppletoire begroting geeft een beeld van de uitvoering van de begroting 2022. De stand van de eerste suppletoire begroting wordt opgebouwd vanaf de stand van de vastgestelde begroting 2022.
Door wijzigingen in beleid van verschillende departementen kan worden overgegaan tot het beleggen of juist weghalen van taken bij provincies. Indien dit gepaard gaat met een toevoeging aan of een uitname uit het provinciefonds, wordt dit begrotingstechnisch verwerkt. In de tabel met belangrijkste mutaties worden de mutaties groter dan € 10,0 mln. weergegeven.
De extracomptabele tabel overzicht coronamaatregelen is niet opgenomen, vanuit de begroting van het provinciefonds zijn in 2022 geen coronagerelateerde uitgaven gedaan.
Uitgaven 2022 | |
---|---|
Vastgestelde begroting 2022 | 2.540.680 |
Belangrijkste suppletoire mutaties | |
1) Aanpassing accres 2022 | 86.188 |
2) Afrekening ruimte onder plafond BCF 2021 | 15.485 |
3) Opcenten MRB | 124.000 |
4) Opschorten oploop opschalingskorting | 10.000 |
5) Overige mutaties | 20.622 |
Stand 1e suppletoire begroting 2022 | 2.796.975 |
Toelichting
1. Aanpassing accres 2022
Het accres 2022 is onderdeel van de normeringssystematiek. Als gevolg van mutaties in de accres relevante uitgaven (ARU) wordt het accres 2022, ten opzichte van de stand Miljoenennota 2022, verhoogd met € 86,2 mln.
2. Afrekening ruimte onder plafond BCF 2021
De ontwikkeling van het BTW compensatiefonds (BCF) en het bijbehorende plafond leiden, conform het Financieel Akkoord Rijk/VNG/IPO, met ingang van 2015 tot een toename of afname van de algemene uitkering van de fondsen. Bij Miljoenennota 2022 werd de ruimte onder het plafond voor 2021 geraamd op € 243,2 mln., waarvan € 27,2 mln. voor de provincies. Bij de definitieve afrekening blijkt deze ruimte te zijn toegenomen met € 135,0 mln. Dit overschot wordt toegevoegd aan het gemeentefonds en provinciefonds. Het aandeel van de provincies daarin bedraagt € 15,5 mln.
3. Opcenten MRB
Electrische voertuigen zijn tot en met 2024 vrijgesteld van motorrijtuigenbelasting (MRB). Daardoor lopen de provincies opcenten mis. Deze gederfde opcenten voor de periode 2021-2024 van totaal € 372 mln. worden gecompenseerd in de periode 2022 t/m 2024. Dit betekent € 124 mln. per jaar.
4. Opschorten oploop opschalingskorting
De oploop van de opschalingskorting voor provincies is geschrapt voor de duur van deze kabinetsperiode. Het betreft een reeks die oploopt van € 10 mln. in 2022 naar € 40 mln. in 2025. Dit betekent dat de stand van de opschalingskorting zoals bereikt in 2021 (€ 35 mln.) wordt bevroren gedurende de periode 2022 t/m 2025.
In onderstaande tabel worden voor de verplichtingen, de uitgaven en de ontvangsten de budgettaire gevolgen van beleid van het provinciefonds weergegeven. Hiermee worden de integrale uitgaven die samenhangen met de samengestelde beleidsdoelstelling (het nastreven van een adequate omvang van het provinciefonds en het nastreven van een adequate verdeling van de middelen over de provincies) inzichtelijk gemaakt.
Ontwerp-begroting (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting (3=1+2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5=3+4) | Mutatie 2023 | Mutatie 2024 | Mutatie 2025 | Mutatie 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 2.540.680 | 0 | 2.540.680 | 246.390 | 2.787.070 | 230.288 | 240.188 | 126.188 | 51.033 |
Uitgaven | 2.540.680 | 0 | 2.540.680 | 256.295 | 2.796.975 | 230.288 | 240.188 | 126.188 | 51.033 |
Financiering provincies | |||||||||
Bijdragen aan medeoverheden | |||||||||
Algemene uitkering | 2.487.642 | 0 | 2.487.642 | 247.000 | 2.734.642 | 230.188 | 240.188 | 126.188 | 51.033 |
Decentralisatie-uitkeringen | 52.938 | 0 | 52.938 | 9.295 | 62.233 | 100 | 0 | 0 | 0 |
Kosten Financiële verhoudingswet | |||||||||
Opdrachten | |||||||||
Onderzoeken verdeelsystematiek | 100 | 0 | 100 | 0 | 100 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 2.540.680 | 0 | 2.540.680 | 256.295 | 2.796.975 | 230.288 | 240.188 | 126.188 | 51.033 |
Toelichting
Algemeen
Het aandeel juridisch verplicht bedraagt bij het provinciefonds 100%.
Bijdragen aan medeoverheden
Algemene uitkering
Dit betreft de uitkering aan alle provincies, die ten goede komt aan de algemene middelen van de provincies. De uitkering is gebaseerd op de artikel 5, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet. Een toelichting op de belangrijkste mutaties is opgenomen in paragraaf 2.1.
Decentralisatie-uitkeringen
Naast de algemene uitkering kent het provinciefonds ook decentralisatie-uitkeringen. De decentralisatie-uitkeringen zijn gebaseerd op de artikel 5, tweede lid, van de Financiële-verhoudingswet. Een toelichting op de belangrijkste mutaties is opgenomen in paragraaf 2.1. Een overzicht van de decentralisatie-uitkeringen is opgenomen in paragraaf 4.1.
Opdrachten
Onderzoeken verdeelsystematiek
Dit betreft het budget dat elk jaar is gereserveerd voor de uitvoering van onderzoeken op het vlak van de omvang en verdeling van het provinciefonds en het onderhoud van het betaalsysteem.
Omschrijving | Uitgaven 2022 |
DINGtiid | 29 |
Drugsdumpingen | 1.000 |
Erfgoeddeal | 596 |
Fries in het MBO | 200 |
Fryske Akademie | 1.559 |
Monumenten | 20.000 |
Na-ijlende effecten mijnbouw | 647 |
Omgevingsveiligheid | 675 |
Ondersteuning RES proces | 2.677 |
Uitvoeringskosten klimaatakkoord | 5.670 |
Vernieuwde aanpak gebiedsgericht werken | 124 |
Waddenfonds | 28.878 |
Wettelijke Friese taal | 150 |
Wildbeheer Limburg | 23 |
Wijziging betalingsverloop decentralisatie uitkeringen | 5 |
Totaal: | 62.233 |
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36120-C-2.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.