Tweede Kamer der Staten-Generaal

35 975 XVII Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Vergaderjaar 2021‒2022

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2021 wijzigingen aan te brengen in:

De begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,Th.J.A.M.de Bruijn

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De voorliggende Tweede suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2021 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.

In onderdeel 2 worden de belangrijkste mutaties op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toegelicht.

Onderdeel 3 bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na de tabel «budgettaire gevolgen van beleid» wordt een toelichting op de mutaties gegeven. Hierbij worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in onderstaande staffel conform de Rijksbegrotingsvoorschriften toegelicht. De wijzigingen van de verplichtingen worden alleen toegelicht wanneer deze groter zijn dan 10% ten opzichte van de vorige stand op artikelniveau.

De budgetten zijn op het niveau van artikelonderdeel verdeeld over een aantal financiële instrumenten. Bij de uitvoering van BHOS-beleid wordt het meest effectieve instrument of uitvoerende organisatie geselecteerd. De keuze van het instrument is niet vooraf bekend en is daarom bij het opstellen van de begroting niet altijd goed te bepalen. Dit verklaart waarom de budgetten op instrumentniveau in deze suppletoire begroting veelvuldig wijzigen.

Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV

Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen

Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)

Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 en < 1000

5

10

=> 1000

10

20

2 Beleid

2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

Uitgaven:

In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen wat leidt tot een stijging van de geraamde uitgaven van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) met EUR 80 miljoen in 2021.

Hieronder vindt u een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen in de uitgaven ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2021 voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2021 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Art.

Uitgaven 2021

Vastgestelde begroting 2021

 

3.064.088

Stand 1e suppletoire begroting 2021

 

3.075.884

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

1.3

20.000

2) Klimaat

2,3

23.127

3) Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids

3.1

25.000

4) Humanitaire hulp

4,1

45.500

5) Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

4,3

‒ 20.500

6) Overig armoedebeleid

5,2

‒ 26.271

7) Nog te verdelen i.v.m. BNI en/of toerekeningen

5,4

‒ 1.490

8) Overige mutaties

 

14.252

Stand 2e suppletoire begroting 2021

 

3.155.502

Artikelonderdeel 1.3 Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 1.3 toe. Deze verhoging (hoofdzakelijk bij de Miljoenennota 2022) is toe te schrijven aan:

  • Een bijdrage aan Aceli. 

  • Een bijdrage aan het multilaterale OESO-programma tegen belasting­ontwijking.

  • Een extra bijdrage aan het Health Insurance Fund (HIF) voor Carepay.

  • Een additionele bijdrage aan Trade Mark East Africa (TMEA).

  • Een optopping in 2021 van het family support (o.a. cash transfer) programma in Soedan van de Wereldbank.

Artikelonderdeel 2.3 Klimaat

Het uitgavenbudget voor artikelonderdeel 2.3 is hoofdzakelijk met de Miljoenennota 2022 verhoogd. Deze verhoging is toe te schrijven aan:

  • Extra middelen voor het Least-Developed Countries Fund (LDCF) dat zich richt op klimaatadaptatie in lage-inkomenslanden.

  • Een extra bijdrage aan de herkapitalisatie van de Climate Investment Funds (CIFs), het multilaterale klimaatfonds van de gezamenlijke multilaterale ontwikkelingsbanken.

  • Een extra bijdrage aan het tegengaan van ontbossing, geografisch gericht op het Congo bekken.

Artikel 3.1 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids

Het uitgavenbudget van artikel 3.1 neemt toe. Deze verhoging is toe te schrijven aan:

  • Extra bijdragen ter bestrijding van de impact van COVID-19 in de armste landen aan het WHO Strategic Preparedness and Response Plan, The Global Fund to Fight Aids, Tuberculosis and Malaria (GFATM) en aan de Global Financing Facility (GFF).

Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire Hulp

Per saldo neemt het budget van artikelonderdeel 4.1 toe. Vanwege de crisis in Afghanistan zijn de niet meer inzetbare gedelegeerde middelen van de ambassade in Kaboel van artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en rechtstaatontwikkeling overgeheveld naar humanitaire hulp op artikel 4.1. Deze middelen worden ingezet ten behoeve van het Afghanistan Humanitarian Fund en het Regional Refugee Preparedness and Response Plan van UNHCR.

Daarnaast is het non-ODA budget voor humanitaire hulp verhoogd in verband met de inzet van blushelikopters voor de bestrijding van bosbranden in Albanië. Deze inzet is gebeurd op basis van een convenant tussen de ministerie van Defensie en Buitenlandse Zaken over militaire inzet ter ondersteuning van humanitaire actie.

Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

Het budget voor artikelonderdeel 4.3 wordt naar beneden bijgesteld. Vanwege de crisis in Afghanistan worden de niet meer inzetbare gedelegeerde middelen van post Kaboel (onder functionerende rechtsorde) overgeheveld naar artikel 4.1 Humanitaire hulp.

Artikelonderdeel 5.2 Overig armoedebeleid

Het budget op artikelonderdeel artikel 5.2 wordt per saldo neerwaarts bijgesteld. Dit is vooral toe te schrijven aan een overheveling van de Verdragsmiddelen voor Suriname naar het verdeelartikel 5.4. Deze Verdragsmiddelen komen in 2021 niet meer tot een uitgave. Deze middelen blijven, conform de uitvoeringen van het verdrag wel beschikbaar. Verder worden er non-ODA middelen overgeheveld naar artikel 1.3 voor de financiering van enkele programma’s voor internationaal ondernemen en naar het instrument Noodhulp non-ODA op artikel 4.1 in verband met humanitaire hulp bij de bestrijding van bosbranden in Albanië.

Artikelonderdeel 5.4 Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

Per saldo neemt de stand van het verdeelartikel 5.4 af. In de Miljoenennota 2022 was sprake van een positieve bijstelling van het verdeelartikel vanwege de positieve economische ontwikkeling (MEV raming) zoals gepubliceerd op Prinsjesdag. De negatieve bijstelling van artikel 5.4 wordt veroorzaakt door de raming van de ODA-toerekening voor eerstejaarsopvang van asielzoekers uit DAC-landen (EUR -38,2 miljoen). Hier tegenover staat een verhoging vanuit artikel 5.2 vanwege de Verdragsmiddelen Suriname. Deze middelen blijven, conform de uitvoering van het verdrag, de komende jaren wel beschikbaar. Ten slotte vloeit er een beperkt bedrag terug vanuit de BZ-begroting vanwege onderbesteding op ODA-programma's.

Ontvangsten:

In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen wat leidt tot een stijging van de geraamde ontvangsten van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) met EUR 3 miljoen in 2021.

Hieronder vindt u de meest in het oog springende wijziging in de ontvangsten ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2021 voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2021 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Art.

Ontvangsten 2021

Vastgestelde begroting 2021

 

56.661

Stand 1e suppletoire begroting 2021

 

54.231

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Ontvangsten DGGF

1,3

6.000

2) Overige mutaties

 

‒ 2.938

Stand 2e suppletoire begroting 2021

 

57.293

Artikel 1

De ontvangsten op artikelonderdeel 1.30 DGGF zijn verhoogd met een onttrekking uit de begrotingsreserve ter dekking van uitbetaalde wisselfinancieringen.

3 Beleidsartikelen

Artikel 1: Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2021

2021

2021

2021

2021

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

304 533

498 601

18 000

‒ 3 969

512 632

 

waarvan garantieverplichtingen

74 000

74 000

  

74 000

 

waarvan overige verplichtingen

230 533

424 601

  

438 632

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

513 365

520 951

18 000

3 004

541 955

 

waarvan juridisch verplicht

 

100%

  

100%

       

1.1

Duurzaam handels- en investeringssysteem, incl. MVO

28 781

28 556

0

‒ 899

27 657

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

9 575

12 575

0

375

12 950

 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

1 867

1 642

0

‒ 1 073

569

       
 

Opdrachten

     
 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

2 294

2 294

0

0

2 294

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

1 850

1 850

0

‒ 375

1 475

       
       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

8 000

5 000

0

0

5 000

 

Contributies internationaal ondernemen (non-ODA)

5 195

5 195

0

174

5 369

       
       

1.2

Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie

91 777

97 976

0

1 903

99 879

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Programma's internationaal ondernemen

15 846

10 000

0

5 250

15 250

 

Versterking concurrentiepositie Nederland

6 502

6 502

0

0

6 502

 

Invest Internationaal

9 000

9 000

0

‒ 7 027

1 973

 

Dutch Trade and Investment Fund

9 210

9 010

0

0

9 010

       
 

Garanties

     
 

Dutch Trade and Investment Fund

3 000

3 000

0

0

3 000

       
 

Opdrachten

     
 

Programma's internationaal ondernemen

1500

12216

0

3 201

15 417

 

Dutch Trade and Investment Fund

250

450

0

0

450

 

Wereldtentoonstelling Dubaï

2 000

4 450

0

195

4 645

 

China-strategie

500

0

0

0

0

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

42 848

43 348

0

284

43 632

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Programma's internationaal ondernemen

500

0

0

0

0

       
 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

     
 

Versterking economische functie

570

0

0

0

0

 

Overig

51

0

0

0

0

       
       

1.3

Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

392 807

394 419

18 000

2 000

414 419

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Marktontwikkeling en markttoegang

5 450

5 450

3 000

19 070

27 520

 

Economic governance and institutions

26 400

30 400

0

‒ 8 500

21 900

 

Financiële sector ontwikkeling

37 000

37 000

8 000

‒ 4 000

41 000

 

Infrastructuurontwikkeling

34 350

34 350

0

‒ 13 000

21 350

 

Duurzame productie en handel

39 700

39 700

0

0

39 700

 

(Jeugd)werkgelegenheid

8 000

8 000

0

0

8 000

       
 

Leningen

     
 

Infrastructuurontwikkeling

10 000

10 000

0

1 830

11 830

 

Financiële sector ontwikkeling

19 000

14 000

0

‒ 4 000

10 000

       
 

Garanties

     
 

Financiële sector ontwikkeling

1 000

1 000

0

8 000

9 000

       
 

Opdrachten

     
 

Marktontwikkeling en markttoegang

12 000

12 000

0

‒ 1 000

11 000

 

Economic governance and institutions

18 000

18 000

0

‒ 2 000

16 000

 

Financiële sector ontwikkeling

4 000

4 000

0

2 000

6 000

 

Infrastructuurontwikkeling

750

750

0

2 250

3 000

 

(Jeugd)werkgelegenheid

27 250

20 875

0

‒ 10 875

10 000

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

36 000

34 000

0

0

34 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

International Labour Organisation

5 700

5 700

0

‒ 705

4 995

 

Lokale private sector ontwikkeling

27 100

28 294

0

3 125

31 419

 

Marktontwikkeling en markttoegang

8 500

8 500

5 000

450

13 950

 

Partnershipprogramma ILO

5 500

4 900

0

0

4 900

 

Economic governance and institutions

7 000

7 000

2 000

0

9 000

 

Financiële sector ontwikkeling

3 000

3 000

0

20 415

23 415

 

Infrastructuurontwikkeling

45 000

45 000

0

‒ 10 000

35 000

 

(Jeugd)werkgelegenheid

3 000

3 000

0

380

3 380

 

Nexus onderwijs en werk

19 500

19 500

0

‒ 1 440

18 060

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

‒ 10 393

0

0

0

0

       
 

Ontvangsten

6 264

6 264

0

6 000

12 264

       

1.10

Ontvangsten duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

3 264

3.264

0

0

3 264

       

1.30

Ontvangsten DGGF

3 000

3.000

0

6 000

9 000

Toelichting

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget voor artikel 1 wordt ten opzichte van de eerste suppletoire begroting per saldo verhoogd. De verhoging van het verplichtingenbudget voor artikel 1 is toegelicht onder 'Uitgaven - Mutaties Miljoenennota'.

De beperkte verlaging van de verplichtingen van artikel 1 is het gevolg van een verschuiving van artikel 1.3 naar artikel 4 (vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling) vanwege het VNG-internationaal partnerschap programma met kasramingen van 2021 t/m 2025.

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Artikelonderdeel 1.3: Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

Zowel het uitgaven als het verplichtingenbudget voor artikelonderdeel 1.3 is met de Miljoenennota verhoogd en bestemd voor de ondersteuning van het economisch herstel in ontwikkelingslanden door:

  • Een bijdrage aan Aceli. Dit is een samenwerkingsverband van een aantal private kredietverstrekkers, waaronder NGO’s en banken gericht op het wegnemen van barrières in de financiële sector in ontwikkelingslanden.

  • Een bijdrage aan het multilaterale OESO-programma tegen belastingontwijking.

  • Een extra bijdrage aan het Health Insurance Fund (HIF) voor Carepay dat zorgt voor een versnelling van de digitalisering van de financiering van de gezondheidszorg in Afrikaanse landen.

  • Een additionele bijdrage aan Trade Mark East Africa (TMEA) ter bevordering van de regionale handel in Oost-Afrika.

  • Een optopping in 2021 van het family support (o.a. cash transfer) programma in Soedan van de Wereldbank, dat in juni 2020 werd toegekend. Bij de uitvoering hiervan worden de actuele ontwikkelingen in Soedan meegenomen.

Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2021

Artikelonderdeel 1.2: Versterkte Nederlandse handels- en investeringspositie

Het uitgavenbudget van artikelonderdeel 1.2 is verhoogd. Met deze verhoging komen extra middelen beschikbaar voor de financiering van goedlopende MKB-regelingen binnen de RVO opdracht Internationaal ondernemen en extra digitale voorzieningen voor Expo Dubai.

Verder is er op artikelonderdeel 1.2 ook sprake van een verlaging van het budget van Invest international. Deze verlaging betreft een technische mutatie wegens een overboeking naar het Ministerie van Financiën. Deze overboeking komt ten gunste van het opstartbudget van Invest International. De opstartkosten zijn hoger dan geraamd doordat de oprichting langer heeft geduurd dan eerder werd voorzien.

Artikelonderdeel 1.3 : Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

Het uitgavenbudget van artikelonderdeel 1.3 is per saldo verhoogd. Dit is het saldo van een desaldering van EUR 6 miljoen door hogere ontvangsten DGGF door een onttrekking uit de begrotingsreserve ter dekking van uitbetaalde wisselfinancieringen en een overheveling naar artikelonderdeel 2.1 (voedselzekerheid) vanwege het multi-thematische programma Land@Scale en anderzijds naar artikel 4.3 (veiligheid) in verband met het multi-thematische partnerschapsprogramma VNG-internationaal.

Ontvangsten

De ontvangsten op artikelonderdeel 1.30 DGGF zijn verhoogd met een onttrekking uit de begrotingsreserve ter dekking van uitbetaalde wisselfinancieringen.

Artikel 2: Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2021

2021

2021

2021

2021

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

514 813

762 192

23 000

189 740

974 932

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

735 277

727 096

23 000

3 627

753 723

 

waarvan juridisch verplicht

 

100%

  

100%

       

2.1

Voedselzekerheid

321 095

325 447

0

3 500

328 947

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

26 000

15 350

0

‒ 2 000

13 350

 

Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sect.

39 800

33 125

0

11 500

44 625

 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

2 000

2 000

0

0

2 000

 

Uitbannen huidige honger en voeding

23 000

13 900

0

6 500

20 400

 

Voedselzekerheid

0

0

0

800

800

       
 

Opdrachten

     
 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

37 000

24 000

0

‒ 6 752

17 248

 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

11 450

6 500

0

‒ 500

6 000

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

4 000

3 733

0

‒ 184

3 549

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Voedselzekerheid

160 850

163 339

0

‒ 4 864

158 475

 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

0

3 000

0

8 000

11 000

 

Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sect.

17 195

22 000

0

‒ 9 500

12 500

 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

14 000

26 000

0

‒ 1 000

25 000

 

Uitbannen huidige honger en voeding

4 000

12 500

0

1 500

14 000

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

‒ 18 200

0

0

0

0

       

2.2

Water

193 714

187 895

0

0

187 895

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Waterbeheer

21 000

16 651

0

7 160

23 811

 

Drinkwater en sanitatie

20 459

20 459

0

0

20 459

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

2 000

2 000

0

0

2 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Waterbeheer

91 700

85 790

0

‒ 2 516

83 274

 

Drinkwater en sanitatie

58 555

62 995

0

‒ 4 644

58 351

       
       
       

2.3

Klimaat

220 468

213 754

23 000

127

236 881

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Klimaat algemeen

32 400

32 400

0

0

32 400

 

Hernieuwbare energie

35 000

35 000

0

‒ 6 000

29 000

 

Dutch Fund for Climate and Development

40 000

40 000

0

‒ 5 000

35 000

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

3 000

3 000

0

0

3 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Contributie IZA/IZT

357

357

0

0

357

 

Klimaatprogramma's (non-ODA)

1 150

1 150

0

127

1 277

 

Klimaat algemeen

83 561

77 705

23 000

0

100 705

 

Hernieuwbare energie

17 000

17 000

0

11 000

28 000

 

UNEP

8 000

7 142

0

0

7 142

       

Toelichting

Verplichtingen

De stijging van het verplichtingenbudget bij Miljoenennota zijn gerelateerd aan de onder de uitgavenmutaties Miljoenennota toegelichte wijzigingen.

De overige mutaties bedragen per saldo een verhoging van EUR 189 miljoen. Deze toename is het gevolg van de per saldo opwaartse mutaties op artikelonderdelen 2.1 (voedselzekerheid), 2.2 (water) en 2.3 (klimaat).

Voor artikelonderdeel 2.1 (Voedselzekerheid) is dit toe te schrijven aan enerzijds de verstrekking van een subsidie aan de organisatie GAIN in het kader van bestrijding van honger en anderzijds aan bijdragen aan de Wereldbank in het kader van voedselsystemen voor het Food Systems Resilience programma in West-Afrika en het PSNP programma (Ethiopa’s Productive Safety Net Programme) in Ethiopië alsmede een bijdrage aan IFAD.

Voor artikelonderdeel 2.2 (water) leiden subsidies voor de nieuwe WASH programmering voor de nieuwe fase van DUPC/IHE (Delft Water and Development Partnership Programme), voor twee RVO programma's (Reversing the Flow en Partners voor Water), voor het vervolg van de Blue Deal (Unie van Waterschappen) en voor het vervolg van SIWI (Stockholm International Water Institute) tot een verhoging. Daarnaast is de verhoging het gevolg van extra bijdragen voor nieuwe programmering op het gebied van drinkwater (WASH) voor het Water Sector Fund, voor het SHF (Sanitation and Hygiene Fund) van UNOPS (United Nations Office for Project Services) en voor een vervolg van UN Water via UNOPS.

De meest in het oog springende mutaties op artikelonderdeel 2.3 (klimaat) die leiden tot de verhoging van het verplichtingenbudget zijn verplichtingen voor nieuwe programma's waaronder subsidies aan Tropenbos International, IISD (International Institute for Sustainable Development) voor het Forum on Mining and Minerals, aan IDH Sustainable Landscapes en voor de verlenging van het programma met NDCP (the Coalition for Finance Ministers for Climate Action), een vervolgfinanciering aan het EPRM (European Partnership for Responsible Mining) via RVO en aan bijdragen aan nieuwe programma's, zoals het Climate Action Partnership met de EBRD (Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling), de Tropical Forest Alliance, de Climate Investment Funds, de RVO in het kader van Klimaatdiplomatie

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Artikelonderdeel 2.3: Klimaat

Zowel het uitgaven- als het verplichtingenbudget voor artikelonderdeel 2.3 is met de Miljoenennota verhoogd en bestemd voor ondersteuning in de aanpak van de klimaatcrises door:

  • Een bijdrage aan de herkapitalisatie van de Climate Investment Funds (CIFs), het multilaterale klimaatfonds van de gezamenlijke multilaterale ontwikkelingsbanken, voor het helpen van ontwikkelingslanden bij grootschalige inpassing van hernieuwbare energie, vanwege de centrale rol van hernieuwbare energie in alle transitiepaden naar net-zero 2050.

  • Extra middelen voor het Least-Developed Countries Fund (LDCF) dat zich richt op klimaatadaptatie in lage-inkomenslanden. Nederland toont daarmee zijn commitment aan klimaatadaptatie en een focus op de meest kwetsbaren. Ook hiermee blijft binnen de Nederlandse klimaatfinanciering het aandeel op peil voor klimaatadaptatie en het aandeel voor lage-inkomenslanden.

  • Een extra bijdrage aan het tegengaan van ontbossing in het Congo bekken. Dit gebeurt hoofdzakelijk door een verhoging van de bestaande financiering aan het Central African Forest Initiative (CAFI). 

Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2021

Artikelonderdeel 2.1: Voedselzekerheid

Het uitgavenbudget van artikel 2.1 (voedselzekerheid) is per saldo verhoogd door een overheveling vanuit artikelonderdeel 1.3 (private sector) en een overheveling vanuit artikelonderdeel 4.3 (veiligheid) voor het multi-thematisch programma Land@Scale op het gebied van voedselzekerheid. Afgezien van bovenstaande mutatie wordt er door de posten per saldo budget teruggegeven als gevolg van vertragingen door COVID-19. Daarnaastis er in het kader van de bestrijding van honger en het realiseren van ecologische voedselsystemen een subsidie voorzien aan de organisatie GAIN, bijdragen aan het Food Systems Resilience programma en het PSNP programma (Ethiopa’s Productive Safety Net Programme) van de Wereldbank alsmede aan IFAD voor een programma gericht op de productiviteit en weerbaarheid tegen de gevolgen van klimaatverandering van kleinschalige boer(inn)en.

Artikelonderdeel 2.3: Klimaat

Op artikelonderdeel 2.3 is voornamelijk tussen instrumenten geschoven ten behoeve van het porfolio hernieuwbare energie budget. Hiermee worden bijdragen gedaan aan activiteiten van onder andere het Regional Off-Grid Electricity Access Project Sahel (ROGEP) en het Energy Sector Management Assistance Programme (ESMAP) van de Wereldbank, alsmede voor het Energising Development (ENDEV) van het Duitse Federal Ministry for Economic Cooperation and Development (BMZ). De verschuiving is onder andere mogelijk door een lager dan verwachte uitgaveprognose op het klimaatfonds (DFCD) als gevolg van COVID-19.

Artikel 3: Sociale vooruitgang

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Sociale vooruitgang (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2021

2021

2021

2021

2021

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

212 015

467 209

25 000

215 592

707 801

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

744 709

792 437

25 000

0

817 437

 

waarvan juridisch verplicht

 

99%

  

100%

       

3.1

Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids

403 189

500 316

25 000

0

525 316

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

SRGR en hiv/aids

145 958

80 083

5 000

20 172

105 255

 

Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis

10

0

0

0

0

       
 

Opdrachten

     
 

SRGR en hiv/aids

0

26 562

0

‒ 5 572

20 990

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

0

400

0

‒ 250

150

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

WHO/PAHO

6 713

6 213

0

‒ 175

6 038

 

SRGR en hiv/aids

104 100

212 750

10 000

‒ 17 750

205 000

 

UNFPA

58 000

58 000

0

‒ 970

57 030

 

UNAIDS

20 000

20 000

0

0

20 000

 

Partnershipprogramma WHO

12 013

12 013

0

3 840

15 853

 

Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis

51 990

52 000

0

0

52 000

 

UNICEF

7 000

7 000

0

0

7 000

 

Vrouwenrechten en keuzevrijheid

16 000

25 295

10 000

705

36 000

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

‒ 18 595

0

0

0

0

       

3.2

Vrouwenrechten en gendergelijkheid

52 439

51 405

0

0

51 405

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Vrouwenrechten

35 074

33 730

0

4 576

38 306

       
 

Opdrachten

     
 

Vrouwenrechten

1 000

1 000

0

‒ 500

500

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

0

0

0

0

0

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Vrouwenrechten

10 365

10 675

0

‒ 4 076

6 599

 

UNWOMEN

6 000

6 000

0

0

6 000

       

3.3

Maatschappelijk middenveld

219 531

166 666

0

0

166 666

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Twinningsfaciliteit Suriname

325

1 616

0

‒ 1 616

0

 

Versterking maatschappelijk middenveld

205 791

141 632

0

1 811

143 443

       
 

Opdrachten

     
 

Versterking maatschappelijk middenveld

0

14 000

0

0

14 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Versterking maatschappelijk middenveld

13 415

9 418

0

‒ 195

9 223

       

3.4

Onderwijs

69 550

74 050

0

0

74 050

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Onderzoeksprogramma's

1 500

1 500

0

‒ 75

1 425

       
 

Garanties

     
 

Onderwijs

0

0

0

0

0

       
 

Opdrachten

     
 

Onderzoeksprogramma's

1 500

0

0

120

120

 

Hoger Onderwijs

46 300

47 979

0

11 728

59 707

       
       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Onderwijs

5 250

9 571

0

‒ 6 773

2 798

 

Global partnership for education

15 000

15 000

0

‒ 5 000

10 000

       

Toelichting

Verplichtingen

Het totale verplichtingenbudget voor artikel 3 neemt toe met EUR 240,6 miljoen. Dit houdt verband met een aantal commiteringen die vanuit 2020 zijn doorgeschoven naar 2021 voor onder andere het subsidiekader voor Versterking Maatschappelijk Middenveld waaronder het subsidiekader Power of Voices. Daarnaast worden er commiteringen aangegaan in 2021 voor een nieuwe core bijdrage aan GAVI en voor een extra bijdrage aan Down to Zero (motie Kuik/Voordewind, Kamerstuk 35570 XVII nr. 36)

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Ter bestrijding van de impact van COVID-19 in de armste landen worden er in 2021 extra bijdragen gedaan aan het WHO Strategic Preparedness and Response Plan, The Global Fund to Fight Aids, Tuberculosis and Malaria (GFATM) en aan de Global Financing Facility (GFF).

Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2021

3.4 Onderwijs

Er vindt een technische overheveling plaats van het instrument bijdrage naar het instrument opdrachten voor uitgaven voor NUFFIC die eerder gepland waren voor 2020.

Artikel 4: Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2021

2021

2021

2021

2021

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

509 568

632 267

27 000

‒ 159 115

500 152

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

748 586

744 296

27 000

5 500

776 796

 

waarvan juridisch verplicht

 

98%

  

100%

       

4.1

Humanitaire hulp

375 017

375 017

17 000

28 500

420 517

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Noodhulpprogramma's

92 000

92 000

3 000

1 800

96 800

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Noodhulpprogramma's

200 000

200 000

14 000

21 700

235 700

 

Noodhulpprogramma's non-ODA

1 017

1 017

0

5 000

6 017

 

UNHCR

33 000

33 000

0

0

33 000

 

UNRWA

13 000

13 000

0

0

13 000

 

Wereldvoedselprogramma

36 000

36 000

0

0

36 000

       

4.2

Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking

167 000

167 000

10 000

‒ 2 500

174 500

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Opvang in de regio

5 000

5 000

0

0

5 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Opvang in de regio

128 000

128 000

10 000

‒ 2 500

135 500

 

Migratie en ontwikkeling

34 000

34 000

0

0

34 000

       

4.3

Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

206 569

202 279

0

‒ 20 500

181 779

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Legitieme stabiliteit

16 950

7 000

0

2 600

9 600

 

Inclusieve vredes- en politieke processen

8 000

8 000

0

11 500

19 500

 

Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen

6 000

6 000

0

0

6 000

 

Functionerende rechtsorde

29 038

17 309

0

‒ 918

16 391

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Legitieme stabiliteit

10 305

9 000

0

1 400

10 400

 

Functionerende rechtsorde

129 950

129 970

0

‒ 35 082

94 888

 

Inclusieve vredes- en politieke processen

25 000

25 000

0

0

25 000

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

‒ 18 674

0

0

0

0

       

Toelichting

Verplichtingen

De stijging van het verplichtingenbudget bij Miljoenennota zijn gerelateerd aan de onder de uitgavenmutaties Miljoenennota toegelichte wijzigingen.

De overige mutaties bedragen per saldo een verlaging van het verplichtingenbudget met EUR 159 miljoen.

De verlaging komt voor het belangrijkste deel door het verschuiven van nieuwe meerjarige verplichtingen voor humanitaire hulp van 2021 naar begin 2022 en het neerwaarts bijstellen van het verplichtingen budget van de post Kaboel vanwege de crisis in Afghanistan. Daarnaast wordt een nieuwe fase voor projecten in de veiligheids- en rechtstaatontwikkeling sector in Oeganda uitgesteld vanwege lokale politieke ontwikkelingen en geweld rondom verkiezingen.

In het saldo zitten verhogingen van verplichtingenbudgetten verwerkt vanwege het aangaan van meerjarige verplichtingen voor programma’s van IDLO (International Development Law Organization), het VN-ontwikkelingsprogramma UNDP en de ICMP (International Commission on Missing Persons) en een rechtsorde programma in Somalië. Ook zijn er verhogingen vanwege het IOM programma COMPASS (naar voren gehaald vanuit 2022), een multi-thematische partnerschapsprogramma van VNG-international (overgeheveld vanuit artikel 2) en enkele andere programma's. Tenslotte is het verplichtingenbudget humanitaire hulp non-ODA opgehoogd in verband met de noodhulp aan Albanië.

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire hulp

Het budget voor noodhulp is verhoogd. De middelen zijn bestemd voor het Centraal VN-fonds voor humanitaire hulp (CERF) en flexibel en wereldwijd inzetbaar daar waar de noden het hoogst zijn. Daarnaast is een deel bestemd voor het regionaal fonds voor humanitaire hulpin de Sahel (CBPF) van OCHA voor de regionale coördinatie en implementatie van humanitaire hulp en voor een extra bijdrage aan de Dutch Relief Alliance (DRA). Dit is een Nederlandse alliantie van veertien noodhulporganisaties. Deze extra bijdrage is geoormerkt voor inzet ter bestrijding van de humanitaire crisis in Ethiopië.

Artikelonderdeel 4.2 Opvang in de regio en migratiesamenwerking

Het budget is verhoogd voor verlenen van cash assistance via UNHCR aan zwaar getroffen vluchtelingen en gastgemeenschappen in Libanon om in hun overlevingsbehoeftes te voorzien en hun weerbaarheid te vergroten.

Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2021

Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire Hulp

Vanwege de crisis in Afghanistanworden de niet meer inzetbare gedelegeerde middelen van post Kaboel van artikelonderdeel 4.3 (Veiligheid en rechtstaatontwikkeling) overgeheveld naar artikel 4.1 (humanitaire hulp). Deze middelen worden ingezet ten behoeve van het Afghanistan Humanitarian Fund en het Regional Refugee Preparedness and Response Plan van UNHCR.

Daarnaast is het budget voor humanitaire hulp non-ODA verhoogd in verband met de inzet van blushelikopters voor de bestrijding van bosbranden in Albanië. Deze inzet is gebeurd op basis van een convenant tussen de ministerie van Defensie en Buitenlandse Zaken over militaire inzet ter ondersteuning van humanitaire actie.

Artikelonderdeel 4.2 Opvang in de regio en migratiesamenwerking

Een bedrag van EUR 2,5 miljoen is overgeheveld naar artikel 4.3 Veiligheid en rechtstaatontwikkeling als bijdrage aan een multi-thematisch programma van VNG-international.

Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en rechtsorde

De vanwege de crisis in Afghanistan worden de meer inzetbare gedelegeerde middelen van de ambassade Kaboel onder het instrument functionerende rechtsorde bijdragen overgeheveld naar artikel 4.1 Humanitaire hulp.

Afgezien van bovenstaande mutatie wordt er door de posten op het instrument functionerende rechtsorde bijdragen per saldo budget teruggegeven. De belangrijkste teruggaven betreffen post Juba vanwege vertragingen door COVID en de posten Kampala en Tunis die programma’s opschorten vanwege politieke ontwikkelingen en/of geweld. Het budget van post Ouagadougou is verhoogd vanwege een internationaal recht programma (IDLO) en een UNDP-programma.

Onder het instrument Inclusieve vredes- en politieke processen is een multi-thematisch partnerschapsprogramma van VNG-internationaal geregistreerd. In verband daarmee zijn overhevelingen ontvangen vanuit het artikel voor opvang in de regio en migratiesamenwerking (artikel 4.2) vanwege een migratiecomponent en het artikel voor private sectorontwikkeling (artikel 1.3) vanwege een lokale belastingencomponent.

Tenslotte wordt budget overgeheveld voor het multi-thematische voedselzekerheidsprogramma Land@scale op artikel 2.1.

Artikel 5: Multilaterale samenwerking en overige inzet

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Multilaterale samenwerking en overige inzet (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2021

2021

2021

2021

2021

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

32 396

57 358

‒ 650

7 536

64 244

 

waarvan garantieverplichtingen

102 461

99 211

  

99 211

 

waarvan overige verplichtingen

‒ 70 065

‒ 41 853

  

‒ 34 967

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

322 151

291 104

17 078

‒ 42 591

265 591

 

waarvan juridisch verplicht

 

99%

  

100%

       

5.1

Multilaterale samenwerking

171 654

191 824

0

2 248

194 072

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

UNIDO

1 950

1 950

0

‒ 419

1 531

 

UNDP

30 000

30 000

0

10 000

40 000

 

UNICEF

33 000

30 854

0

2 146

33 000

 

Speciale multilaterale activiteiten

11 077

11 077

0

0

11 077

 

Assistent deskundigenprogramma

9 000

8 188

0

‒ 1 061

7 127

 

Internationale Financiële Instellingen

18 324

35 490

0

300

35 790

 

Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen

67 789

67 789

0

‒ 8 895

58 894

 

Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken

6 476

6 476

0

177

6 653

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

‒ 5 962

0

0

0

0

       

5.2

Overig armoedebeleid

81 277

97 482

‒ 650

‒ 25 621

71 211

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

7 870

7 880

‒ 650

‒ 611

6 619

 

Nationale SDG Implementatie

0

800

0

0

800

       
 

Opdrachten

     
 

Nationale SDG Implementatie

0

50

0

0

50

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

UNESCO

4 400

4 400

0

‒ 504

3 896

 

Diverse ondersteunende activiteiten

12 791

29 685

0

‒ 24 245

5 440

 

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

2 445

2 435

0

‒ 86

2 349

 

Schuldverlichting

53 521

51 982

0

0

51 982

 

Voorlichting op het terrein van Ontwikkelingssamenwerking

250

250

0

‒ 175

75

       
       

5.4

Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

69 220

1 798

17 728

‒ 19 218

308

       
       
       
       
       
 

Ontvangsten

50 397

47 967

‒ 2 123

‒ 815

45 029

       

5.20

Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen

29 221

26 791

‒ 2 123

‒ 815

23 853

       

5.21

Ontvangsten OS

21 176

21 176

0

0

21 176

       

5.22

Koersverschillen OS

pm

pm

pm

0

pm

       

5.23

Diverse ontvangsten non-ODA

0

0

0

0

0

Toelichting

Verplichtingen

Per saldo wordt het verplichtingenbudget van artikel 5 verhoogd met EUR 7,5 miljoen.

De belangrijkse verhogingen zijn toe te schrijven aan middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen vanwege het overstappen naar een ander betaalschema en aan een verhoging voor speciale multilaterale activiteiten vanwege het doorschuiven van een verplichting van vorig jaar naar dit jaar voor de VN hervormingsagenda.

Verlagingen zijn er op de verplichtingenbudgetten voor Internationale Financiële Instellingen en schuldverlichting zodat deze beter overeenkomen met de daadwerkelijke verplichtingen.

Uitgaven

Miljoenennota mutaties

Artikelonderdeel 5.4 Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

Vanwege de positieve economische ontwikkeling volgens de op Prinsjesdag gepubliceerde Macro Economische Verkenning (MEV) wordt het verdeelartikel voor 2021 naar boven bijgesteld.

Overige mutatiesTweede suppletoire begroting 2021

Artikel 5.1 Multilaterale samenwerking

Er zijn twee ontwikkelingen: Een overheveling binnen het artikel naar UNICEF/UNDP en een aanpassing van het budget voor de Asian Development Bank (AsDB). De overheveling betreft een toevoeging van middelen aan de instrumenten voor UNDP en UNICEF nog als uitvloeisel van de eerder in 2020 doorgevoerde BNI-mutaties. De overheveling gebeurt binnen het artikel vanuit de instrumenten voor het Assistent Deskundigen programma en Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen. Voor de AsDB is een verhoging van de middelenaanvulling voorzien vanwege een aangepast betaalschema.

Artikelonderdeel 5.2 Overig armoedebeleid

Het budget op artikelonderdeel artikel 5.2 Overig armoedebeleid wordt per saldo neerwaarts bijgesteld. Dit is vooral toe te schrijven aan een overheveling de Verdragsmiddelen voor Suriname naar het verdeelartikel 5.4. De Verdragsmiddelen komen in 2021 niet meer tot een uitgave. Deze middelen blijven, conform de uitvoering van het verdrag, de komende jaren wel beschikbaar. Verder worden er non-ODA middelen overgeheveld naar artikel 1.3 voor de financiering van enkele programma’s voor internationaal ondernemen en worden middelen overgeheveld naar het instrument Noodhulp non-ODA op artikel 4.1 in verband met de bestrijding van bosbranden in Albanië.

Artikelonderdeel 5.4 Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

Per saldo neemt de stand van het verdeelartikel 5.4 af. De belangrijkste oorzaak is een tegenvaller in de raming van de ODA-toerekening van eerstejaarsopvang van asielzoekers uit DAC-landen (EUR -38,2 miljoen). Hiertegenover staat een overheveling vanuit artikel 5.2 vanwege de Verdragsmiddelen voor Suriname. Deze middelen blijven, conform de uitvoering van het verdrag, de komende jaren wel beschikbaar. Ten slotte vloeit er een beperkt bedrag terug vanuit de begroting van Buitenlandse Zaken vanwege onderbesteding op ODA-programma's.

Naar boven