Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | 35967 nr. 5 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | 35967 nr. 5 |
Vastgesteld 25 februari 2022
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen en de gemaakte opmerkingen afdoende zal hebben geantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.
Inhoudsopgave |
blz. |
|||
I. |
ALGEMEEN |
1 |
||
1. |
Inleiding |
1 |
||
2. |
Voorgeschiedenis en totstandkoming herindelingsadvies |
2 |
||
3. |
Toets aan het Beleidskader gemeentelijke herindeling |
2 |
||
3.1 |
Draagvlak |
3 |
||
3.2 |
Regionale samenhang |
3 |
||
4. |
Financiële aspecten |
3 |
||
5. |
Overige aspecten |
4 |
||
5.1 |
Naamgeving |
4 |
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel Samenvoeging van de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne. Deze leden constateren dat de samenvoeging plaatsvindt op initiatief van de betrokken gemeenten. De gemeenten hebben een herindelingsadvies opgesteld en de gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland hebben een positieve zienswijze uitgebracht. Het wetsvoorstel geeft deze leden geen aanleiding tot het maken van opmerkingen en het stellen van vragen.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het genoemde wetsvoorstel en willen de regering nog enkele vragen voorleggen.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorstel tot samenvoeging van de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne. Deze leden onderschrijven de voorkeur van de regering voor herindelingen van onderop, dat wil zeggen op initiatief van de betrokken gemeenten.
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van het genoemde wetsvoorstel.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende wetsvoorstel waarin voorgesteld wordt om de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne samen te voegen. Op grond van de voorliggende wet en de memorie van toelichting hebben deze leden op dit moment enkele vragen aan de regering.
De leden van de D66-fractie zijn verheugd om te lezen dat de betrokken gemeenten de inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties goed hebben betrokken bij het herindelingsproces. Deze leden vragen zich echter af wat er met de ideeën van inwoners en organisaties uit de gemeenten is gedaan. Kan de regering dit toelichten?
De leden van de SP-fractie hebben al vaak hun ongenoegen geuit over de vele gemeentelijke herindelingen die niet vanuit de inwoners van de gemeenten komen maar die door de omstandigheden zijn afgedwongen. Die omstandigheden, met name de decentralisaties, zijn gecreëerd door het Rijk en worden daarmee van bovenaf opgelegd. De voorgenomen herindeling tot de nieuwe gemeente Voorne aan Zee kwam eveneens voort uit de beoordeling dat de afzonderlijke gemeenten Hellevoetsluis, Brielle en Westvoorne niet zelfstandig de toegenomen taken zouden kunnen uitvoeren. Hoe past dat binnen het afwegingskader onder het punt van draagvlak, als het draagvlak slechts voortkomt uit opgelegde omstandigheden? Hoe beoordeelt de regering de uitspraak van de gemeente Hellevoetsluis in dat kader, dat er pas ná het besluit tot herindeling werd gekeken naar wat voor soort gemeente Voorne aan Zee wil zijn?1 Is de regering het met deze leden eens dat dit de omgekeerde volgorde is? Zo nee, waarom niet?
De leden van de D66-fractie hebben vernomen dat er ook is overwogen om de gemeente Nissewaard bij de herindeling te betrekken, omdat kernen van de gemeente Nissewaard op het eiland Voorne liggen. Dit bleek echter om onduidelijke redenen niet wenselijk. Kan de regering dit uitgebreider expliceren?
De leden van de CDA-fractie constateren dat de besluitvorming in de betrokken gemeenten heeft plaatsgevonden in een tijd waarin het als gevolg van coronamaatregelen beperkt mogelijk was fysieke bijeenkomsten te organiseren. Deze leden vragen welke gevolgen deze beperkingen hebben gehad voor de betrokkenheid van burgers, bedrijven en organisaties bij het besluitvormingsproces. Is het proces van onderop voldoende geborgd?
De leden van de SP-fractie vragen waarom er in geen van de gemeenten een referendum is gehouden over de voorgenomen fusie. Deze leden lezen immers ook bezwaren van inwoners, die zien op zorgen over verlies van identiteit en voorzieningen. Verder vragen zij of de regering onderzoek representatief acht als enkel mensen worden bevraagd die zelf al hebben aangegeven mee te willen doen aan gemeentelijke onderzoeken, zoals in Westvoorne. Hoe verhoudt zich dat volgens de regering bijvoorbeeld tot de analyse van de staatscommissie parlementair stelsel, die de participatieparadox benoemt: bij pogingen om mensen te betrekken bij de politiek zijn het vaak de groepen burgers die toch al vertegenwoordigd worden en actief deelnemen die bereikt worden?2
De leden van de CDA-fractie lezen dat de regering constateert dat Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne in grotendeels dezelfde samenwerkingsverbanden participeren en hierbinnen vaak kleinere spelers zijn.3 Deze leden vragen in welke samenwerkingsverbanden de gemeenten niet alle drie participeren en welke consequenties dit heeft na de samenvoeging. Betreffen dit wettelijke samenwerkingsverbanden? Op welke wijze is het proces van uit- en intreden van de samenwerkingsverbanden geregeld? Op welke wijze is de continuïteit en kwaliteit van de dienstverlening van de betreffende gemeenschappelijke regelingen geborgd? Welke project- en frictiekosten zijn gemoeid met het uit- en intreden?
De leden van de GroenLinks-fractie hebben vaker aandacht gevraagd voor de democratische betrokkenheid van raadsleden bij gemeenschappelijke regelingen. Wanneer deze drie gemeenten samen verder gaan in de nieuwe gemeente Voorne aan Zee zullen er in totaal minder raadsleden zijn. Dit betekent dus ook dat er mogelijk minder raadsleden actief zullen worden in de gemeenschappelijke regelingen waar de nieuwe gemeente deelnemer van zal zijn. In het kader hiervan vragen deze leden van hoeveel gemeenschappelijke regelingen de huidige gemeenten deelnemer zijn en hoeveel dit er bij de nieuwe gemeente zullen zijn. Voorts vragen zij of de regering de zorg deelt dat wanneer er minder raadsleden zijn, ook de betrokkenheid bij de besluitvorming in gemeenschappelijke regelingen minder intensief zal worden.
De leden van de D66-fractie lezen dat de financiële herindelingsscan aantoont dat de meerjarenraming bij alle drie de gemeenten niet structureel en reëel in evenwicht is. Deze leden onderstrepen het belang van een transparante en heldere samenwerking tussen de gemeenten in de toekomst. Kan de regering uitleggen hoe de gemeenten het verschil in financiële positie gaan overbruggen zodat dit niet een risico voor een goede samenwerking vormt?
De leden van de CDA-fractie lezen dat de drie gemeenten in aanvulling op de herindelingsscan een due diligence onderzoek hebben laten uitvoeren.4 Deze leden lezen in het herindelingsadvies dat het due diligence onderzoek geen verrassingen bevat en in lijn is met de herindelingsscan. Zij vragen wat de toegevoegde waarde voor overheden is van een due diligence onderzoek, dat in de regel wordt uitgevoerd bij fusies of bedrijfsovernames.
De leden van de GroenLinks-fractie constateren dat het aantal gemeenten in Nederland de afgelopen decennia en ook de afgelopen jaren behoorlijk afneemt door de vele gemeentelijke herindelingen. Sommige herindelingen verlopen soepel vanwege het grote lokale draagvlak. Bij andere herindelingen is veel discussie over de wenselijkheid en de nut en noodzaak van een herindeling. Deze leden zijn daarom benieuwd naar de visie van de nieuwe regering ten aanzien van gemeentelijke herindelingen en meer in algemene zin de toekomst van gemeenten. Graag zouden deze leden de regering daarbij willen vragen ook in te gaan op hoe de regering aankijkt tegen de vraagstukken die de revue passeren in het artikel Wat heeft IJsselstein nog te zeggen over IJsselstein? Macht van de kiezer wordt in gemeenten steeds kleiner.5
De leden van de CDA-fractie lezen dat de regering stelt dat de naam van de nieuwe gemeente Voorne aan Zee ook vanuit het oogpunt van toeristische marketing en promotie een begrijpelijke keuze is.6 Deze leden hechten eraan dat historische plaatsen die het verhaal van onze geschiedenis vertellen beter zichtbaar en toegankelijk worden gemaakt. Terecht wordt in het herindelingsadvies melding gemaakt van het feit dat de stad Brielle op 1 april 1572, nu 450 jaar geleden, werd ingenomen door de watergeuzen. Dit was een kantelpunt in de opstand tegen het Spaanse Rijk. Deze leden vragen op welke wijze de gemeente Voorne aan Zee de historische betekenis van Brielle betrekt in de toeristische marketing en promotie.
De voorzitter van de commissie, Hagen
De adjunct-griffier van de commissie, Meijer
Rijnmond, «Stapje dichterbij: ministerraad stemt in met ontstaan gemeente Voorne aan Zee» 24 september 2021 (https://www.rijnmond.nl/algemeen/1410260/stapje-dichterbij-ministerraad-stemt-in-met-ontstaan-gemeente-voorne-aan-zee).
Staatscommissie parlementair stelsel, Lage drempels, hoge dijken; Democratie en rechtsstaat in balans (2018) p. 82.
NRC, 18 februari 2022, «Wat heeft IJsselstein nog te zeggen over IJsselstein? Macht van de kiezer wordt in gemeenten steeds kleiner» (https://www.nrc.nl/nieuws/2022/02/18/wat-heeft-ijsselstein-nog-te-zeggen-over-ijsselstein-macht-van-de-kiezer-wordt-in-gemeenten-steeds-kleiner-a4090588).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35967-5.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.