35 925 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2022

Nr. 184 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 juni 2022

We willen dat elk kind in Nederland het beste onderwijs krijgt. Daarvoor zijn genoeg en goede leraren essentieel. Met het Onderwijsakkoord «Samen voor het beste onderwijs» heb ik de handen ineen geslagen met de sociale partners in het funderend onderwijs. Het kabinet investeert in totaal structureel 1,5 miljard euro in leraren, schoolleiders en onderwijsondersteuners en daarmee in goed funderend onderwijs. Voor het primair onderwijs is, tegelijk met het Onderwijsakkoord, al een cao-akkoord getekend om de loonkloof te dichten. Voor het voortgezet onderwijs betekent het Onderwijsakkoord een structurele investering van 449 miljoen euro. De afspraken uit het Onderwijsakkoord zijn nu door de cao-partijen in het voortgezet onderwijs vertaald in een cao-akkoord, zodat het onderwijspersoneel daadwerkelijk verschil gaat merken. Met het Onderwijsakkoord en de structurele middelen, heb ik samen met partijen in het voortgezet onderwijs het fundament daarvoor gelegd.

De afgelopen periode is door de sociale partners hard gewerkt aan een nieuwe cao. Het was geen makkelijk proces, maar uiteindelijk telt het resultaat. Met hen vind ik het belangrijk dat de cao dan ook zo snel mogelijk wordt afgesloten. Ik heb de cao-partijen in het voortgezet onderwijs vandaag uitgenodigd om met elkaar in navolging van het onderwijsakkoord de volgende stap snel te kunnen zetten. Tijdens dit gesprek hebben we het onderwijsakkoord herbevestigd, bijvoorbeeld rond de inzet van cao-partijen op professionalisering en de aanpak van werkdruk. Dit omdat ik het heel belangrijk vind dat het geld uit het Onderwijsakkoord daar terechtkomt waar het nodig is, en dat het bijdraagt aan meer plezier in het werk en goed onderwijs. Ik zie dat partijen grote stappen hebben gezet op vier onderwerpen uit het Onderwijsakkoord: werkdrukverlichting, professionalisering, de positie van schoolleiders en de arbeidsmarkttoelage. Met deze brief informeer ik uw Kamer over deze cao-afspraken.

In het cao-akkoord hebben sociale partners het volgende afgesproken:

  • Looptijd: de cao heeft een looptijd van 1 januari 2022 tot 1 mei 2023.

  • Salaris: de salarissen worden per 1 juli 2022 structureel verhoogd met 4,75%. Verder komt er een eenmalige bruto uitkering van € 500 en ontvangt het ondersteunend personeel een jaarlijkse bruto-uitkering van € 275.

  • Werkdruk: hiervoor is in totaal 300 miljoen euro beschikbaar. De helft van dit budget wordt ingezet voor een extra individueel keuzebudget voor taakverlichting, zodat de werkdruk voor docenten lager wordt. Dit is 40 uur per schooljaar, bovenop de 50 uur die medewerkers al hebben. Voor schooljaar 2022–2023 geldt een overgangsjaar. Dit omdat de taakroosters veelal al vastliggen. Werkdruk, inclusief de inzet van het keuzebudget, is onderdeel van het functioneringsgesprek. Als het inzetten van de uren praktisch gezien niet meer lukt dan is komend schooljaar een andere besteding, inclusief uitbetaling, mogelijk. Over de andere helft van het budget voor werkdrukverlichting gaan schoolleiders, leraren en ondersteunend personeel in gesprek over de te nemen maatregelen op schoolniveau. Ook de medezeggenschap is hier actief bij betrokken. De werkdrukafspraken worden door cao-partijen gezamenlijk gemonitord en geëvalueerd en op schoolniveau wordt verantwoording afgelegd in het jaarverslag.

  • Professionalisering: het budget voor professionalisering van leraren uit het Onderwijsakkoord wordt vertaald in 16 uur extra professionaliseringsruimte voor leraren, die wordt besteed aan basisvaardigheden en curriculumherziening. Dit komt bovenop de al beschikbare ruimte van 83 uur, die voor hetzelfde doel kan worden ingezet.

  • Schoolleidersbeurs: de introductie van een schoolleidersbeurs voor de verdere professionele ontwikkeling van schoolleiders.

  • Arbeidsmarkttoelage: uiterlijk voor de start van schooljaar 2023–2024 maken sociale partners een cao-afspraak over de arbeidsmarkttoelage voor scholen met veel kwetsbare leerlingen.

Ik ben blij dat dit cao-akkoord er ligt. Hiermee geven cao-partijen uitvoering aan verschillende afspraken uit het Onderwijsakkoord. Nog belangrijker is dat met deze cao-afspraken de beschikbare middelen ook zo snel mogelijk terecht gaan komen op de scholen, bij het personeel. Zodat zij aan de slag kunnen met de belangrijke opgaven waar het onderwijs voor staat.

Het cao-akkoord wordt de komende weken voorgelegd aan de achterbannen van de cao-partijen. Bij een positief resultaat wordt het akkoord verwerkt in de cao vo. Zodra deze cao definitief is, worden de hiervoor beschikbare middelen toegevoegd aan de rijksbijdrage van de scholen.

Dit kabinet investeert fors in de arbeidsvoorwaarden van het personeel in het funderend onderwijs. Het is fantastisch dat sociale partners tot dit cao-akkoord zijn gekomen. Samen strijden we voor het allerbeste onderwijs voor onze leerlingen.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

Naar boven