35 892 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet dieren met het oog op de versterking en aanvulling van het instrumentarium ten behoeve van de opsporing, vervolging en bestuursrechtelijke sanctionering van dierenmishandeling, dierverwaarlozing en overtreding van bepalingen inzake dierenwelzijn, dierengezondheid en het aanhitsen van dieren (Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing)

Nr. 9 NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 13 mei 2022

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

In artikel III, onderdeel F, wordt aan het voorgestelde 8.11a, derde lid, toegevoegd «In afwijking hiervan kan de maatregel voor een periode van ten hoogste twintig jaren worden opgelegd indien de verdachte bij rechterlijke uitspraak wordt veroordeeld wegens het in artikel 8.12, zevende lid, omschreven misdrijf of indien nog geen tien jaren zijn verstreken sedert de dag waarop de verdachte eerder onherroepelijk is veroordeeld wegens een strafbaar feit dat de gezondheid of het welzijn of een of meer dieren benadeelt.»

Toelichting

Met deze nota van wijziging wordt voorzien in de mogelijkheid om een langer zelfstandig houdverbod op te leggen aan personen die een eerder opgelegd houdverbod hebben overtreden of zich herhaaldelijk schuldig hebben gemaakt aan een strafbaar feit dat de gezondheid of het welzijn van dieren benadeelt. Hiermee wordt onder meer opvolging gegeven aan de door verschillende fracties in het verslag geuite wens om een langer houdverbod voor recidiverende dierenbeulen mogelijk te maken. Ook wordt hiermee invulling gegeven aan moties van de leden Graus en Wassenberg (Kamerstukken II 2021/22, 35 925 XIV, nr. 28 en Kamerstukken II 2020/21, 35 570 XIV, nr. 16).

De oplegging van een houdverbod met een maximale duur van twintig jaar wordt in twee gevallen mogelijk gemaakt. Het gaat daarbij ten eerste om de situatie dat een persoon aan wie eerder een houdverbod is opgelegd, dit houdverbod overtreedt door opnieuw dieren te gaan houden (of te handelen in strijd met andere, aan het houdverbod verbonden voorschriften zoals een locatieverbod). Overtreding van een opgelegd houdverbod levert een strafbaar feit op (het voorgestelde artikel 8.12, zevende lid, van de Wet dieren). De onderhavige nota van wijziging voorziet erin dat – indien bij een veroordeling wegens overtreding van een lopend houdverbod opnieuw een houdverbod wordt opgelegd – de maximale duur van dit nieuwe houdverbod wordt verdubbeld van tien naar twintig jaar.

Ten tweede kan het houdverbod voor maximaal twintig jaar worden opgelegd indien betrokkene eerder onherroepelijk is veroordeeld wegens een strafbaar feit dat de gezondheid of het welzijn van dieren schaadt. Hiervoor is niet vereist dat bij die eerdere veroordeling ook een houdverbod is opgelegd. De enkele omstandigheid dat iemand eerder is veroordeeld voor een dergelijk strafbaar feit is voldoende om een houdverbod van een langere maximale duur op te kunnen leggen.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yesilgöz-Zegerius

Naar boven