Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2020-2021 | 35892 nr. 2 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2020-2021 | 35892 nr. 2 |
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die dezen zullen zien of horen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is om het bestaande instrumentarium voor de opsporing, vervolging en bestuursrechtelijke sanctionering van dierenmishandeling,
dierverwaarlozing en bepalingen betreffende dierenwelzijn en dierengezondheid te versterken en aan te vullen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 14b, derde lid, vervalt.
B
Na artikel 306 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
C
In artikel 425, onderdeel 1°, vervalt «een dier op een mens aanhitst of» en wordt na «wanneer het een mens» ingevoegd «of een dier».
Artikel 509hh van het Wetboek van Strafvordering wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt onder vervanging van de punt door een komma aan het slot van onderdeel c toegevoegd «dan wel».
2. Aan het eerste lid wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
d. in verband waarmee vrees bestaat voor gedrag van de verdachte dat herhaald gevaar voor de gezondheid of het welzijn van een of meer dieren oplevert.
3. Aan het tweede lid wordt onder vervanging van de punt door een komma aan het slot van onderdeel d een onderdeel toegevoegd, luidende:
e. geen of minder dieren te houden, dan wel bepaalde diersoorten niet te houden.
De Wet dieren wordt als volgt gewijzigd:
A
In de artikelen 2.15, vijfde en zesde lid, en 2.16, derde en vierde lid, wordt na «een bij artikel 2.8 verboden» telkens ingevoegd «of bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen».
B
Na artikel 5.10 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Onze Minister kan maatregelen treffen met betrekking tot houders van dieren ter bevordering van de kennis van de houder wanneer door die houder niet is voldaan aan het bepaalde bij of krachtens deze wet.
2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, kunnen een verplichting inhouden tot het volgen van een cursus of training.
C
In artikel 5.12, eerste lid, wordt «de gezondheid van mens of dier» vervangen door «de gezondheid van mens of dier, of het welzijn van dieren».
D
In artikel 8.6, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, wordt na «2.10, tweede, derde en vierde lid,» ingevoegd «2.15, vijfde en zesde lid, 2.16, eerste, derde en vierde lid,» en wordt na «5.10,» ingevoegd «5.10a,».
E
In artikel 8.11, eerste lid, vervalt «1.4,» en wordt na «artikel 7.5 derde lid,» ingevoegd «of met de maatregel, als bedoeld in artikel 8.11a».
F
Na artikel 8.11 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Ter beveiliging van de maatschappij, ter bescherming van de goede zeden of ter voorkoming van strafbare feiten die de gezondheid of het welzijn van een of meer dieren benadelen, kan een maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid worden opgelegd bij de rechterlijke uitspraak:
a. waarbij iemand wegens een strafbaar feit wordt veroordeeld;
b. waarbij overeenkomstig artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht wordt bepaald dat geen straf zal worden opgelegd.
2. De maatregel kan inhouden dat de verdachte wordt bevolen:
a. geen of minder dieren, dan wel bepaalde diersoorten niet, te houden,
b. zich niet op te houden in een bepaald gebied.
3. De maatregel kan voor een periode van ten hoogste tien jaren worden opgelegd.
4. De rechter kan bij zijn uitspraak, ambtshalve of op vordering van de officier van justitie, bevelen dat de maatregel dadelijk uitvoerbaar is indien er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de veroordeelde wederom een strafbaar feit zal begaan dat de gezondheid of het welzijn van een of meer dieren benadeelt.
5. Het bevel, bedoeld in het vierde lid, kan door de rechter die kennisneemt van het hoger beroep, ambtshalve, op verzoek van de veroordeelde of op vordering van het openbaar ministerie, worden opgeheven.
6. De maatregel kan tezamen met straffen en andere maatregelen worden opgelegd.
G
Aan artikel 8.12 wordt een lid toegevoegd, luidende:
7. Gedragingen in strijd met artikel 8.11a worden gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of een geldboete van de derde categorie.
In artikel 1, onderdelen 1° en 2°, van de Wet op de economische delicten vervalt in de zinsneden met betrekking tot de Wet dieren «waar dieren van krachtens artikel 2.3, tweede lid, aangewezen soorten of categorieën, worden gehouden».
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie en Veiligheid,
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35892-2.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.