Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 maart 2021
Naar aanleiding van berichtgeving inzake fraude door een voormalig notaris van het
kantoor Pels Rijcken van heden (zie www.pelsrijcken.nl), informeer ik u als volgt.
De kwestie waarover het kantoor bericht, maakt deel uit van een lopend strafrechtelijk
onderzoek. Over (lopende) individuele zaken doe ik inhoudelijk geen mededelingen.
Om die reden heb ik uw Kamer ook niet eerder over deze kwestie ingelicht en kan ik
op die inhoud nu ook niet nader ingaan.
Naast het strafrechtelijk onderzoek door het Openbaar Ministerie, heeft het Bureau
Financieel Toezicht, conform haar wettelijke taak als integraal toezichthouder op
het notariaat, de kwestie ten aanzien van de notariële werkzaamheden in behandeling.
In aanvulling op de berichtgeving van het kantoor, hecht ik er in dit stadium wel
aan u te berichten dat de Landsadvocaat mijn Ministerie in september 2020 heeft bericht
dat een bij het kantoor werkzame notaris (destijds tevens partner en bestuursvoorzitter)
verdachte was in een strafrechtelijk onderzoek. Betrokkene is kort nadat deze verdenkingen
aan het licht kwamen overleden.
Namens de Staat heeft mijn ministerie zich in de afgelopen periode met de Landsadvocaat
verstaan, teneinde te bezien of er mogelijk gebreken zouden kunnen kleven aan de notariële
werkzaamheden van betrokkene, of aan de dienstverlening van het kantoor waar de Landsadvocaat
aan is verbonden, ten behoeve van de Staat.
De Landsadvocaat heeft mijn ministerie bericht dat het kantoor Pels Rijcken geen verdachte
is en dat het kantoor ook zelf aangifte heeft gedaan tegen betrokkene. De Landadvocaat
heeft mij verder bericht dat het kantoor de volle medewerking verleent aan het Openbaar
Ministerie.
Tenslotte heeft hij toegelicht welke maatregelen door het kantoor genomen zijn vanaf
het moment van het bij hem bekend raken van de verdenking. De Landsadvocaat heeft
mij op hoofdlijnen op de hoogte gehouden van de voorlopige bevindingen uit het in
opdracht van het kantoor verrichtte onderzoek.
Daarnaast heb ik onafhankelijk onderzoek laten verrichten naar de notariële werkzaamheden
van betrokkene ten behoeve van de rijksoverheid. Dit onderzoek is verricht door het
kantoor Houthoff. Op 18 december 2020 ben ik over de resultaten daarvan ingelicht.
Dat onderzoek heeft geen enkele aanwijzing opgeleverd dat in zaken waarin de Staat
cliënt was, niet naar daaraan te stellen notariële standaarden is gehandeld.
Ook voor het overige bestaat op basis van hetgeen mij bekend is momenteel geen aanleiding
tot zorg ten aanzien van de kwaliteit en legitimiteit van de werkzaamheden van de
Landadvocaat ten behoeve van de Staat. Wanneer nieuwe ontwikkelingen of resultaten
van onderzoeken daartoe aanleiding geven, zal ik u daarover informeren.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus