Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
d.d. 3 juni 2020 en het nader rapport d.d. 15 juni 2020, aangeboden aan de Koning
door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het advies van de Afdeling
advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 18 mei 2020, nr. 2020001008,
machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake
het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies,
gedateerd 3 juni 2020, nr. W12.20.0140/III, bied ik u hierbij aan.
Het voorstel geeft de Afdeling advisering van de Raad van State geen aanleiding tot
het maken van opmerkingen. Het advies is integraal opgenomen in dit nader rapport
en is cursief afgedrukt.
Bij Kabinetsmissive van 18 mei 2020, no. 2020001008, heeft Uwe Majesteit, op voordracht
van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, bij de Afdeling advisering van
de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging
van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Verzamelwet
SZW 2021), met memorie van toelichting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen bij het voorstel
en adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.
Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert
de Afdeling dit advies openbaar te maken.
De vice-president van de Raad van State,
Th.C. de Graaf
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om enkele redactionele verbeteringen in het
voorstel van wet en de memorie van toelichting aan te brengen:
-
1. In artikel IV is het voorgestelde artikel 17a van de Arbeidswet 2000 BES redactioneel
aangepast teneinde de verhouding tussen het eerste en tweede lid te verduidelijken.
-
2. Als gevolg van de behandeling van het wetsvoorstel «Wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening
jonggehandicapten en enkele andere wetten in verband met verdere activering van de
participatie van jonggehandicapten en het harmoniseren van de verschillende regimes
Wajong» door het parlement was een technische aanpassing van artikel XVII nodig. De
verwijzing naar het derde lid wordt nu vernummerd naar het vierde lid.
Ik verzoek U het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie
van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. Koolmees