35 387 Parlementair onderzoek uitvoeringsorganisaties

Nr. 17 BRIEF VAN HET PRESIDIUM

Aan de Leden

Den Haag, 25 april 2022

Tijdens het plenaire debat d.d. 24 maart 2022 over het rapport «Klem tussen balie en beleid» van de Tijdelijke commissie uitvoeringsorganisaties (TCU) is door het lid Sneller gevraagd naar de uitvoering van aanbeveling 7 uit het rapport van de TCU (Handelingen II vergaderjaar 2021/22, nr. 64, debat over het rapport van de tijdelijke commissie Uitvoeringsorganisaties «Klem tussen balie en beleid»). Deze aanbeveling luidt: «Gezien het belang dat de TCU hecht aan evaluatie beveelt zij het Presidium van de Tweede Kamer aan een jaar na behandeling te (laten) evalueren of dit rapport tot structurele veranderingen heeft geleid. Deze impactevaluatie moet zich richten op de aanbevelingen die door de Kamer zijn overgenomen. De evaluatie kan bijvoorbeeld antwoord geven op de vraag of het rapport heeft geleid tot meer contact tussen Kamer en uitvoering, tot meer balans in de driehoek, et cetera. Op langere termijn kan ook worden geëvalueerd of er minder mis gaat tussen balie en beleid en wat de burger daarvan merkt. De TCU beveelt het Presidium aan deze impactevaluatie actief te agenderen.»

In de periode tussen de presentatie van het rapport op 25 februari 2021 (Kamerstuk 35 387, nr. 2) en het gevoerde debat over de aanbevelingen op 24 maart 2022 (Handelingen II vergaderjaar 2021/22, nr. 64, debat over het rapport van de tijdelijke commissie Uitvoeringsorganisaties «Klem tussen balie en beleid»), heeft het rapport van de TCU heeft haar weg in de Tweede Kamer op verschillende plekken gevonden:

  • a. Een aantal aanbevelingen van de TCU heeft een plek gevonden op de kennisagenda’s van o.a. de commissies J&V, BiZa en SZW (o.a. Dag van de Publieke Dienstverlening).

  • b. De werkgroep «Versterking functies Tweede Kamer» heeft diverse aanbevelingen gedaan o.a. over (het monitoren van) de uitvoerbaarheid van wetgeving en beleid, verbeteren van contacten tussen Kamer, departementen en uitvoering onder verwijzing naar en voortkomende uit het rapport van de TCU.

  • c. De Parlementaire enquêtecommissie fraudebeleid en dienstverlening heeft als opdracht het rapport van de TCU te betrekken in haar onderzoek (gewijzigde motie van het lid Marijnissen c.s., Kamerstuk 35 510, nr. 51). Tevens wordt hierbij de rol van de Kamer expliciet meegenomen.

  • d. Tijdens het debat is een gewijzigdemotie door de leden Strolenberg en Van der Graaf ingediend die de regering verzoekt om de Kamer jaarlijks een kabinetsbrede brief te doen toekomen waarin wordt ingegaan op de stand van zaken omtrent de aan het kabinet gerichte aanbevelingen van de TCU (Kamerstuk 35 387, nr. 16). Deze motie is aangenomen en op deze manier wordt de Kamer geïnformeerd over de uitwerking van deze aanbevelingen.

Gebleken is dat de aanbevelingen op verschillende wijze invulling gekregen hebben in de Tweede Kamer, waaronder een parlementaire enquête. Dat was niet bekend toen de aanbeveling aan het Presidium werd gedaan. Gezien de acties die zijn uitgezet vindt het Presidium het op dit moment niet voor de hand liggen tot een evaluatie van de aanbevelingen over te gaan.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, Vera Bergkamp

Naar boven