Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
|---|---|---|---|
| Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2025-2026 | 35386 nr. J |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
|---|---|---|---|
| Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2025-2026 | 35386 nr. J |
Vastgesteld 14 november 2025
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat / Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening1 heeft schriftelijk overleg gevoerd met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat – Openbaar Vervoer en Milieu, over de Wet veilige jaarwisseling. Bijgaand brengt de commissie hiervan verslag uit. Dit verslag bestaat uit:
• De uitgaande brief van 1 oktober 2025.
• De antwoordbrief van 13 november 2025.
De griffier van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat / Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, Dragstra
Aan De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat – Openbaar Vervoer en Milieu,
Den Haag, 1 oktober 2025
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat / Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft met belangstelling kennisgenomen van de brief van de toenmalige Minister van J&V van 11 juli 2025 over de Wet veilige jaarwisseling.2 Naar aanleiding van deze brief hebben de leden van de fracties van de BBB en de ChristenUnie nog enkele vragen en opmerkingen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de BBB
In het debat hebben de leden van de BBB-fractie zich al kritisch uitgesproken over compensatie van de sector. Bij deze leden komen signalen binnen dat het moeilijk is voor de sector om in contact te komen met het ministerie. De leden van de BBB-fractie hebben naar aanleiding daarvan de volgende vragen.
1. Wat is de stand van zaken voor wat betreft het overleg over compensatie met de branche?
2. Waar kunnen ondernemers terecht met hun meldingen van problemen?
3. Wat is het doel van de overleggen?
4. Wanneer verwacht u een resultaat van deze overleggen?
5. De leden van de BBB-fractie hebben signalen ontvangen dat in aanloop naar een verbod extra regels worden gesteld aan bijvoorbeeld verpakkingen. Kunt u aangeven of deze signalen kloppen? Als deze signalen kloppen, om wat voor extra regels zou het dan gaan en waarom zou hiervoor gekozen worden als er toch nog maar zo kort verkocht mag worden? Bent u bereid het voornemen voor het stellen van deze extra regels terug te draaien?
6. De leden van de BBB-fractie maken zich zorgen over de economische gevolgen van het vuurwerkverbod. Kunt u daarom cijfers verstrekken van de vuurwerkomzet in Nederland en de buurlanden per kwartaal vanaf 1 oktober 2025?
7. Gaasverpakkingen zijn jarenlang probleemloos toegestaan. Waarom zijn deze plotseling van 1 oktober tot 31 december levensgevaarlijk?
8. Er worden maatregelen genomen die op gespannen voet staan met het Europese principe van vrij verkeer van goederen. Kunt u hier een reflectie op geven?
9. De leden van de BBB-fractie menen dat rapporten worden genegeerd ten gunste van maatregelen die nauwelijks uitvoerbaar zijn en die het MKB buitenproportioneel raken. De situatie is wat hen betreft zo onzeker dat importeurs niet weten of ze überhaupt nog voor 2026 kunnen inkopen. Kunt u hierop reflecteren?
10. Winkels net over de grens zien hun omzet stijgen, omdat Nederlandse consumenten daar illegaal vuurwerk inkopen. Kunt u hierop reflecteren?
11. In het wetsvoorstel is geen evaluatiebepaling opgenomen, maar deze is wel toegezegd (toezegging T04059). Kan de evaluatie over de gevolgen voor de sector al uitgevoerd worden voordat het wetsvoorstel ingaat?
Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de ChristenUnie
1. Tijdens het debat over het voorstel voor de Wet veilige jaarwisseling heeft de Staatssecretaris van Openbaar Vervoer en Milieu toegezegd om de wet na een aantal jaar te evalueren en beloofd in de Verzamelbrief vuurwerk duidelijk te maken welk tijdpad de regering daarbij voor ogen staat (toezegging T04059). In deze brief gaat de Minister van Justitie en Veiligheid echter niet in op de evaluatie. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen u wanneer zij duidelijkheid over het moment van evaluatie kunnen verwachten.
De leden van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat / Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening zien uw reactie met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag binnen vier weken na dagtekening van deze brief.
Een gelijkluidende brief is verstuurd aan de Minister van Justitie en Veiligheid
De voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat / Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, R. Lievense
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 november 2025
Op 1 oktober jl. heb ik uw schrijven (kenmerk 178277) ontvangen naar aanleiding van de brief van toenmalig Minister van Justitie en Veiligheid (JenV) van 11 juli 2025 inzake de Wet veilige jaarwisseling.
Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat/Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (IenW/VRO) hebben de fracties BBB en CU vragen gesteld. Hierbij stuur ik u, mede namens de huidige Minister van Justitie en Veiligheid, de beantwoording van deze vragen.
Vragen van de leden van de fractie BBB
Vraag 1
Wat is de stand van zaken voor wat betreft het overleg over compensatie met de branche?
In mei 2025 zijn de gesprekken over de compensatie met de vuurwerkbranche (importeurs en detailhandelaren) gestart. In lijn met de aangenomen moties van Tweede Kamerleden Van der Plas en Eerdmans stelt een onafhankelijke externe partij een concrete schaderaming op in samenspraak met de vuurwerkbranche en het Ministerie IenW. Op basis van dit rapport en de uitgangspunten die juridisch moeten kunnen standhouden in het kader van nadeelcompensatie wordt het overleg met de branche voortgezet.
Vraag 2
Waar kunnen ondernemers terecht met hun meldingen van problemen?
Het Ministerie van IenW is in goed overleg met de brancheverenigingen over de schaderaming. Mochten ondernemers zorgen of problemen hebben, kunnen zij dit aangeven bij hun branchevereniging. Zij kunnen dit dan in de overleggen met het Ministerie IenW inbrengen. Naast de ambtelijke gesprekken ga ik, zoals toegezegd aan de branche, ook op korte termijn met hen in gesprek over de effecten van de concept AMvB ontheffingsmogelijkheid en de beleidsregel nadeelcompensatie.
Vraag 3
Wat is het doel van de overleggen?
Het doel van de overleggen is om input op te halen voor de nadere financiële analyse en voor het opstellen van een eerlijke en nette nadeelcompensatieregeling, als onderdeel van één van de randvoorwaarden die door de Tweede Kamer is verbonden aan de inwerkingtreding van de Wet veilige jaarwisseling.3
Vraag 4
Wanneer verwacht u een resultaat van deze overleggen?
Het is de verwachting dat in december 2025 een ontwerp beleidsregel nadeelcompensatie gereed is die begin 2026 als onderdeel van de voorhang aangeboden kan worden aan de Eerste en Tweede Kamer. Tevens is begin 2026 de internetconsultatie van de ontwerp beleidsregel nadeelcompensatie voorzien.
Vraag 5
De leden van de BBB-fractie hebben signalen ontvangen dat in aanloop naar een verbod extra regels worden gesteld aan bijvoorbeeld verpakkingen. Kunt u aangeven of deze signalen kloppen? Als deze signalen kloppen, om wat voor extra regels zou het dan gaan en waarom zou hiervoor gekozen worden als er toch nog maar zo kort verkocht mag worden? Bent u bereid het voornemen voor het stellen van deze extra regels terug te draaien?
Op 7 oktober 2025 is een wijzing van de Regeling aanwijzing consumentenvuurwerk (Rac) gepubliceerd die op 1 december 2025 in werking treedt.4 Helaas is in de publicatie van 7 oktober 2025 een omissie geconstateerd. De regeling ter reparatie van deze omissie ligt op dit moment ter spoednotificatie voor bij de Europese Commissie en zal naar verwachting eveneens op 1 december 2025 in werking treden.
Het voornemen tot deze wijziging is reeds op 30 september 2024 aangekondigd in een Kabinetsreactie op het rapport van de Universiteit Twente.5 Sinds de signaalrapportage van de ILT6 worden al gesprekken gevoerd met de branche over de risico’s van de gaasverpakkingen en zijn afspraken gemaakt gericht op het voorkomen van massa-explosieve reacties.
Op basis van onderzoek uitgevoerd door de ILT is geconstateerd dat door het toepassen van gaasverpakking een risico op massa-explosiviteit ontstaat. Het doel van deze maatregel is het reduceren van het risico op massa-explosiviteit om zo de veiligheid van vuurwerkopslagen en daarmee de veiligheid van omwonenden te borgen. Met de wijziging van de Rac wordt de toegestane samenstelling van het vuurwerk zodanig gewijzigd dat het toepassen van gaasverpakking wordt voorkomen. Deze wijziging staat los van de Wet veilige jaarwisseling. Gelet hierop is het uitstellen van deze wijziging niet wenselijk.
Met de Wet veilige jaarwisseling wordt een ontheffingsbevoegdheid voor de burgemeester geïntroduceerd voor het afsteken van aangewezen F2-vuurwerk tijdens de jaarwisseling. Om die reden is een wijziging van de Rac – ook na inwerkingtreding van de Wet veilige jaarwisseling – nog steeds relevant.
Vraag 6
De leden van de BBB-fractie maken zich zorgen over de economische gevolgen van het vuurwerkverbod. Kunt u daarom cijfers verstrekken van de vuurwerkomzet in Nederland en de buurlanden per kwartaal vanaf 1 oktober 2025?
Zoals in het antwoord op vraag 1 van de leden van de BBB al is aangegeven, zijn de gesprekken met de vuurwerkbranche gestart waarbij een onafhankelijk financieel expert de gevolgen van de Wet veilige jaarwisseling voor de branche in beeld brengt. De onafhankelijk expert heeft hiervoor alle benodigde informatie opgevraagd bij de branche zoals omzetcijfers. De definitieve rapportage zal, met de ontwerp beleidsregel nadeelcompensatie, gedeeld worden met de Eerste en Tweede Kamer in het kader van de zware voorhangprocedure van de Wet veilige jaarwisseling. Het Ministerie van IenW heeft geen beeld van de omzetcijfers in Duitsland en België.
Vraag 7
Gaasverpakkingen zijn jarenlang probleemloos toegestaan. Waarom zijn deze plotseling van 1 oktober tot 31 december levensgevaarlijk?
Uit de signaalrapportage van de ILT van 25 mei 2022 is gebleken dat gaasverpakkingen onvoldoende functioneren en vuurwerk verpakt in gaas zelfs massa-explosieve reacties kan vertonen. Zoals in het antwoord op vraag 5 al benoemd, zijn de vuurwerkopslagen in Nederland niet geschikt voor de opslag van vuurwerk dat massa-explosief kan reageren.
Naar aanleiding van de signaalrapportage heeft de vuurwerkbranche (BPN) zelf maatregelen voorgesteld om gaasverpakkingen te voorkomen en hierover werkafspraken gemaakt met de ILT. Uit testen, die uitgevoerd zijn in de jaren 2023 en 2024, is gebleken dat de werkafspraken effect sorteren maar dat diverse gaasverpakkingen nog steeds ondeugdelijk waren. Hiermee is de problematiek al langer bekend. Omdat de werkafspraken met de BPN vrijwillig zijn en niet gelden voor importeurs die niet zijn aangesloten bij de BPN, is de regeling zodanig gewijzigd dat gaasverpakkingen voor iedere importeur overbodig worden.
Vraag 8
Er worden maatregelen genomen die op gespannen voet staan met het Europese principe van vrij verkeer van goederen. Kunt u hier een reflectie op geven?
De wijziging van de Regeling aanwijzing consumentenvuurwerk is weliswaar een beperking van het vrij verkeer van goederen, maar de Europese Pyrorichtlijn, die over vuurwerk gaat, staat deze beperking toe. Lidstaten mogen in het belang van de openbare orde, de gezondheid en veiligheid of de bescherming van het milieu maatregelen nemen om het bezit, het gebruik en de verkoop van vuurwerk (van de categorieën F2 en F3) te beperken of te verbieden. Van die bevoegdheid is in het belang van de gezondheid en veiligheid gebruikt gemaakt. Deze maatregel is gemeld bij de Europese Commissie (genotificeerd).
Vraag 9
De leden van de BBB-fractie menen dat rapporten worden genegeerd ten gunste van maatregelen die nauwelijks uitvoerbaar zijn en die het MKB buitenproportioneel raken. De situatie is wat hen betreft zo onzeker dat importeurs niet weten of ze überhaupt nog voor 2026 kunnen inkopen. Kunt u hierop reflecteren?
Een meerderheid van zowel de Eerste als Tweede Kamer heeft bij de behandeling van de Wet veilige jaarwisseling duidelijk uitgesproken dat het landelijke vuurwerkverbod zo snel mogelijk in werking moet treden. In verband met de benodigde uitwerking van de Wet veilige jaarwisseling zal een algeheel vuurwerkverbod niet eerder gelden dan de jaarwisseling van 2026–2027.
In het kader van de Wet veilige jaarwisseling wordt, op basis van input van alle relevant stakeholders waaronder de vuurwerkbranche, de mogelijkheid voor een burgemeester om ontheffing te verlenen aan bijvoorbeeld verenigingen om aangewezen F2-vuurwerk af te kunnen steken, nader uitgewerkt. In de afgelopen periode heeft een bestuurlijke ronde plaatsgevonden waarbij ook met de vuurwerkbranche is gesproken.
Vraag 10
Winkels net over de grens zien hun omzet stijgen, omdat Nederlandse consumenten daar illegaal vuurwerk inkopen. Kunt u hierop reflecteren?
Uit de voorgaande jaren kunnen wij concluderen dat Nederlandse consumenten regelmatig vuurwerk over de grens aanschaffen, met name in België en Duitsland, en dat grenswinkels daar destijds van profiteerden.
Deze ontwikkeling onderstreept het belang van een goede grensoverschrijdende samenwerking en afstemming met buurlanden, om ongewenste verschuivingseffecten te beperken en de naleving van de Nederlandse regelgeving te versterken.
In het op te stellen handhavingsplan ter implementatie van de Wet veilige jaarwisseling wordt nader aandacht besteed aan de problematiek rondom de grensgemeenten en mogelijke verschuivingseffecten. In het handhavingsplan worden bestaande initiatieven en best practices gebundeld en worden aanvullende acties uitgevoerd in het kader van de aanpak in de grensregio’s maar ook op preventie, opsporing, handhaving en communicatie, aangezien initiatieven op deze terreinen ook van invloed kunnen zijn op het (koop)gedrag van burgers (over de grens).
Vraag 11
In het wetsvoorstel is geen evaluatiebepaling opgenomen, maar deze is wel toegezegd (toezegging T04059). Kan de evaluatie over de gevolgen voor de sector al uitgevoerd worden voordat het wetsvoorstel ingaat?
Het is nog niet mogelijk om de wet te evalueren wanneer deze nog niet in werking is getreden. In het kader van het nadeelcompensatietraject wordt al wel gekeken naar de (financiële) gevolgen voor de vuurwerkbranche.
Vraag van de leden van de fractie CU
Vraag 1
Tijdens het debat over het voorstel voor de Wet veilige jaarwisseling heeft de Staatssecretaris van Openbaar Vervoer en Milieu toegezegd om de wet na een aantal jaar te evalueren en beloofd in de Verzamelbrief vuurwerk duidelijk te maken welk tijdpad de regering daarbij voor ogen staat (toezegging T04059). In deze brief gaat de Minister van Justitie en Veiligheid echter niet in op de evaluatie. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen u wanneer zij duidelijkheid over het moment van evaluatie kunnen verwachten.
Zoals toegezegd tijdens de behandeling van de Wet veilige jaarwisseling in de Eerste Kamer zal de Wet veilige jaarwisseling worden geëvalueerd. Om te kunnen bepalen hoe deze evaluatie eruit komt te zien, welke monitoringsinstrumenten daarvoor in werking gesteld moeten worden, en welk tijdspad daarbij hoort, is het van belang om te weten hoe de uitwerking van de wet eruit komt te zien. De algemene maatregel van bestuur (AMvB) waarin de ontheffingsbevoegdheid nader wordt uitgewerkt, wordt naar verwachting in november aangeboden voor openbare internetconsultatie en wordt daarna voorgehangen in het parlement. De verwachting is dat daarna gestart kan worden met een plan van aanpak voor de evaluatie. Uw Kamer zal hier medio 2026 over worden geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat – Openbaar Vervoer en Milieu, A.A. Aartsen
Samenstelling:
Marquart Scholtz (BBB), Griffioen (BBB), Karimi (GroenLinks-PvdA), Lagas (BBB), Veldhoen (GroenLinks-PvdA), Ramsodit (GroenLinks-PvdA), Thijssen (GroenLinks-PvdA), Recourt (GroenLinks-PvdA), Kaljouw (VVD), Meijer (VVD), Van Toorenburg (CDA), Bakker-Klein (CDA), Dittrich (D66), Croll (D66), Aerdts (D66) (ondervoorzitter), Van Hattem (PVV) (voorzitter), Koffeman (PvdD), Janssen (SP), Huizinga-Heringa (CU), Van den Oetelaar (FVD), Schalk (SGP), Perin-Gopie (Volt), Van Rooijen (50PLUS), Van der Goot (OPNL), Van de Sanden (Fractie-Van de Sanden), Walenkamp (Fractie-Walenkamp), Visseren-Hamakers (Fractie-Visseren-Hamakers)
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35386-J.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.