35 384 Wijziging van de Wet op het bevolkingsonderzoek in verband met actuele ontwikkelingen op het terrein van preventief gezondheidsonderzoek

Nr. 12 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 21 mei 2021

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel I, onderdeel C, wordt een subonderdeel toegevoegd, luidende:

4. In het zesde lid (nieuw), wordt «artikel 3, tweede en derde lid» vervangen door «het derde en vierde lid».

B

In artikel I, onderdeel J, komt het voorgestelde artikel 12 als volgt te luiden:

Artikel 12

Onze Minister is bevoegd tot oplegging van een last onder bestuursdwang ter handhaving van:

a. het bij artikel 3, eerste lid, bepaalde;

b. het krachtens artikel 3, derde, vierde of zesde lid, bepaalde;

c. een krachtens artikel 3, vijfde lid, aan een vergunning verbonden voorschrift of beperking;

d. het bij artikel 9a, eerste of tweede lid, bepaalde;

e. het bij artikel 9b, eerste lid, bepaalde;

f. het krachtens artikel 9b, tweede lid, bepaalde;

g. het bij artikel 9c, eerste lid, bepaalde;

h. het krachtens artikel 9c, tweede lid, bepaalde.

C

In artikel I, onderdeel K, onder 1, wordt in het voorgestelde artikel 13, eerste lid, onderdeel b, «aan een vergunning verbonden voorschrift» vervangen door «aan een vergunning verbonden voorschrift of beperking».

Toelichting

Deze tweede nota van wijziging bevat enkele wijzigingen van technische aard. In de eerste plaats wordt voorgesteld om in het te vernummeren zesde lid van artikel 3 een verwijzing naar andere leden van dit artikel aan te passen aan de voorgestelde vernummering van die leden.

Daarnaast wordt het voorgestelde artikel 12 uit het wetsvoorstel aangepast. Hierin is bepaald wanneer de Minister bevoegd is tot oplegging van een last onder bestuursdwang. In de eerste plaats wordt ook het handhaven van het krachtens artikel 3, derde, vierde of zesde lid, bepaalde in dit artikel opgenomen. Per omissie was dit eerder niet het geval. Voorts is bij een aan een vergunning verbonden voorschrift de verwijzing naar het juiste lid van artikel 3 opgenomen (het vijfde lid in plaats van het vierde lid) en daarnaast wordt ook verwezen naar een mogelijk aan de vergunning verbonden beperking. Deze laatste wijziging wordt in onderdeel C van deze nota van wijziging ook in het voorgestelde artikel 13, eerste lid, doorgevoerd. Artikel 13 bepaalt wanneer er sprake is van een strafrechtelijke overtreding. Ten slotte zijn nu alle onderdelen van het voorgestelde artikel 12 op dezelfde wijze vormgegeven.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis

Naar boven