35 352 Wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met verduidelijking van de burgerschapsopdracht aan scholen in het funderend onderwijs

M VERSLAG VAN EEN NADER SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 16 februari 2024

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap1 had kennisgenomen van de brief2 van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 22 december 2023, waarin de Minister vragen beantwoordde over de voortgang inzake de beleidsagenda betreffende het informeel onderwijs. De leden van de fractie van de PVV hadden nog een aantal aanvullende vragen. De fractieleden van JA21 sloten zich bij deze vragen aan.

Naar aanleiding hiervan is op 30 januari 2024 een brief gestuurd aan de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs.

De Minister heeft op 15 februari gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde nader schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Dragstra

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs

Den Haag, 30 januari 2024

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft met belangstelling kennisgenomen van uw brief3 van 22 december 2023, waarin u vragen heeft beantwoord over de voortgang inzake de beleidsagenda betreffende het informeel onderwijs, die gesteld zijn naar aanleiding van de brief4 van 14 juni 2023 van uw ambtsvoorganger over dit onderwerp. De leden van de fractie van de PVV hebben na bespreking van uw antwoordbrief in de commissievergadering van 16 januari 2024 en naar aanleiding van de eerdere brief van uw ambtsvoorganger nog een aantal vragen. De fractieleden van JA21 sluiten zich graag bij deze vragen aan.

Het kabinet wil sneller kunnen ingrijpen als informele onderwijsinstellingen en hun vertegenwoordigers anti-integratief, antidemocratisch en/of antirechtsstatelijk opereren. Het kabinet kan daarin worden belemmerd, omdat de verantwoordelijken van en in het informeel onderwijs zich immers kunnen beroepen op het feit dat zij binnen de grenzen van het recht op vrije meningsuiting, vrijheid van godsdienst, vrijheid van vereniging, vrijheid van onderwijs, persoonlijke levenssfeer en binnen de grenzen van de democratisch-rechtsstatelijke beginselen opereren.5

Kunt u aangeven wanneer anti-integratief, antidemocratisch of antirechtsstatelijk onderwijs op gespannen voet staat met de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van godsdienst, de vrijheid van vereniging, de vrijheid van onderwijs en het recht op de persoonlijke levenssfeer en de democratisch-rechtsstatelijke beginselen?

Het kabinet wil ondermijnende lessen in het informeel onderwijs vanuit een religieuze, extreemrechtse, extreemlinkse of een andere (extreme) ideologische overtuiging die aanzet tot haat, geweld of discriminatie, bij de wortels aanpakken.6

Kunt u aangeven of er ook zal worden ingegrepen in geval van eenzijdig informeel onderwijs over woke, klimaat en islam (onderwijs vanuit een extreme ideologische overtuiging), dat zich weliswaar in de privésfeer en buiten het publieke domein afspeelt, maar zich bij tijd en wijle explosief in de samenleving manifesteert en daarmee wordt opgedrongen aan andersdenkenden, waardoor dergelijk informeel onderwijs het democratisch burgerschap in de weg staat en de samenleving schaadt?

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ziet met belangstelling uit naar uw reactie en ontvangt deze graag binnen vier weken na dagtekening van deze brief.

De voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Th.W. Rietkerk

BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 februari 2024

Met deze brief beantwoord ik de nadere vragen uit de commissiebrief met kenmerk 173434.01u van de fracties van de PVV en JA21 naar aanleiding van de antwoordbrief van 22 december 2023, waarin ik vragen beantwoord heb over de voortgang inzake de beleidsagenda betreffende het informeel onderwijs.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul

Beantwoording van de vragen en opmerkingen van de fractieleden van de PVV en JA21

De leden van de PVV-fractie en de JA21-fractie vragen wanneer anti-integratief, antidemocratisch of antirechtsstatelijk onderwijs op gespannen voet staat met de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van godsdienst, de vrijheid van vereniging, de vrijheid van onderwijs en het recht op de persoonlijke levenssfeer en de democratisch-rechtsstatelijke beginselen.

Het kabinet heeft voor het toezicht op informeel onderwijs gekozen voor een smallere norm dan in de vraag wordt aangehaald, te weten: onderwijs dat aanzet tot haat, geweld of discriminatie. Hierover is uw Kamer geïnformeerd middels de brief van 14 juni 2023.7 Het afwegen van signalen tegen de fundamentele vrijheden van de betrokkene(n) zal steeds zorgvuldig en naar de specifieke omstandigheden van dat geval moeten gebeuren.

De leden van de PVV-fractie en de JA21-fractie vragen of er ook zal worden ingegrepen in geval van eenzijdig informeel onderwijs over woke, klimaat en islam (onderwijs vanuit een extreme ideologische overtuiging), dat zich weliswaar in de privésfeer en buiten het publieke domein afspeelt, maar zich bij tijd en wijle explosief in de samenleving manifesteert en daarmee wordt opgedrongen aan andersdenkenden, waardoor dergelijk informeel onderwijs het democratisch burgerschap in de weg staat en de samenleving schaadt.

Situaties die tot de kern van de privésfeer behoren, zoals onderwijs dat in de eigen woning wordt gegeven of onderwijs dat enkel aan de eigen kinderen wordt gegeven, vallen buiten het toepassingsbereik van de voorgenomen wet. Bij alle andere vormen van informeel onderwijs aan kinderen van 4 t/m 17 jaar kan, wanneer het wettelijke toezicht van kracht is, ingegrepen worden wanneer er signalen zijn dat het onderwijs aanzet tot haat, geweld of discriminatie en daardoor schadelijk is voor de democratische rechtsstaat.


X Noot
1

Samenstelling:

Lagas (BBB), Walenkamp (BBB), Van Knapen (BBB), Roovers (GroenLinks-PvdA), Veldhoen (GroenLinks-PvdA) (ondervoorzitter), Fiers (GroenLinks-PvdA), Ramsodit (GroenLinks-PvdA), Rosenmöller (GroenLinks-PvdA), Van den Berg (VVD), Van de Sanden (VVD), Rietkerk (CDA) (voorzitter), Doornhof (CDA), Van Meenen (D66), Belhirch (D66), Van Kesteren (PVV), Nicolaï (PvdD), Van Bijsterveld (JA21), Van Apeldoorn (SP), Talsma (CU), Van den Oetelaar (FVD), De Vries (SGP), Perin-Gopie (Volt), Van Rooijen (50PLUS), Van der Goot (OPNL).

X Noot
2

Kamerstukken I 2023/24, 35 352, L.

X Noot
3

Kamerstukken I 2023/24, 35 352, L.

X Noot
4

Kamerstukken I 2022/23, 35 352, K.

X Noot
5

Kamerstukken I 2022/23, 35 352, K, p. 2–3.

X Noot
6

Kamerstukken I 2022/23, 35 352, K, p. 9.

X Noot
7

Kamerstukken I 2022/23, 35 352, K.

Naar boven