35 300 B Vaststelling van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2020

35 300 C Vaststelling van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2020

Nr. 12 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 december 2019

Bij deze stuur ik u, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, naar aanleiding van mijn toezegging in mijn brief van 19 november1 als reactie op de aangenomen motie 35 300 VII, nr. 46 van uw Kamer, een overzicht van alle lopende onderzoeken en afspraken in het kader van artikel 2 van de Financiële-verhoudingswet. Dit overzicht is als bijlage bij deze brief opgenomen2. Tevens reageer ik hierbij op het verzoek van de commissie voor Binnenlandse zaken van 28 november over het in kaart brengen van de financiële impact van beleidsvoornemens op gemeenten.

Het overzicht laat de onderwerpen zien waarbij gesproken wordt over de passendheid van taken en middelen bij gemeenten. Dit gaat om onderwerpen die verband houden met taken waarvan de overheveling nog moet plaatsvinden, onderwerpen waarvan taken reeds naar gemeenten zijn overgeheveld en onderwerpen die raken aan de verdeling van middelen in het gemeentefonds.

In eerdergenoemde brief heb ik tevens toegezegd bij de besluitvormingsmomenten (Voorjaarsnota, Prinsjesdag en Najaarsnota) uw Kamer een inventarisatie te doen toekomen van de financiële effecten van voorgenomen beleidsmaatregelen. Hierin zal ik het verzoek van uw Kamer van 28 november jl. om ook de financiële effecten van reeds in gang gezette maatregelen te betrekken, meenemen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops


X Noot
1

Tweede Kamer, vergaderjaar 2019–2020, 35 300 B, nr. 9

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven