35 300 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2020

Nr. 112 MOTIE VAN HET LID VAN DER GRAAF C.S.

Voorgesteld 2 juli 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat goede en snelle internationale treinverbindingen essentieel zijn voor een goede verbondenheid met de rest van Europa;

overwegende dat de Kamer bovendien heeft uitgesproken dat korteafstandsvluchten zo veel mogelijk omgezet zouden moeten worden in snelle internationale treinverbindingen;

overwegende dat de Kamer in een aantal recente moties aan de regering heeft gevraagd om ambitieus en breed in te zetten op verbetering van grensoverschrijdende snelle spoorverbindingen;

overwegende dat uit EU-informatie blijkt dat Nederland niet of nauwelijks gebruik maakt van Europese TEN-T-middelen voor personenvervoer;

overwegende dat de beleidsontwikkeling rond het nieuwe TEN-T-kader op EU-niveau bijna is afgerond;

verzoekt de regering, om maximale cofinanciering voor Nederlandse budgettaire middelen te krijgen uit EU-middelen, door een plan op te stellen om effectief op het TEN-T-programma van de EU in te spelen en in te zetten op maximale benutting door Nederland van TEN-T-middelen voor internationale spoorverbindingen, en de Kamer hierover uiterlijk in de tweede helft van september 2020 te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van der Graaf

Schonis

Kröger

Gijs van Dijk

Naar boven