Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 mei 2020
Graag doen wij u de Nederlandse inzending1 op de op 23 maart jl. door de Europese Commissie gedeelde questionnaire in het kader
van de toetsingscyclus voor de rechtsstaat toekomen. In haar politieke beleidslijnen
van 10 september 2019 sprak Commissievoorzitter Von der Leyen haar steun uit voor
een dergelijk aanvullend Europees rechtsstaatmechanisme waarbij de Commissie jaarlijks
een objectief niet-bindend verslag uitbrengt over de situatie van de rechtsstaat in
alle lidstaten.
Doel van de cyclus is om in een eerder stadium eventuele rechtsstatelijke problemen
te signaleren, elkaar waar mogelijk wederzijds te ondersteunen en best practices uit te wisselen op basis van een constructieve dialoog. De cyclus is geen vervanging
van de reeds bestaande instrumenten op het gebied van rechtsstatelijkheid.
Bij de bespreking van de toetsingscyclus in de Raad Algemene Zaken op 16 september
2019 heeft Nederland zijn steun voor dit rechtsstaatsmechanisme uitgesproken. Het
is voor het kabinet van cruciaal belang dat alle lidstaten aangesproken moeten kunnen
worden op het naleven van waarden als de rechtsstaat waaraan zij zich vrijelijk hebben
gecommitteerd. De eerbiediging van de rechtsstaat is essentieel voor het kunnen bestaan
van wederzijds vertrouwen tussen de lidstaten; erosie daarvan gaat ons allen daarom
aan. Adequate follow-up van de toetsingscyclus zal voor Nederland daarom een belangrijk
aandachtspunt zijn.
Op basis van de input van lidstaten, justitiële netwerken, ngo’s en andere relevante
actoren hoopt de Commissie begin september haar eerste jaarlijkse rapport te kunnen
presenteren. Dit rapport zal vervolgens onderwerp zijn van bespreking in de Raad Algemene
Zaken tijdens zijn jaarlijkse rechtsstatelijkheidsdialoog. Deze zal hoogstwaarschijnlijk
later dit jaar plaatsvinden onder Duits voorzitterschap. Het kabinet zet er tevens
op in dat ook in de JBZ-raad een dialoog over rechtsstatelijkheid gebaseerd op elementen
uit de toetsingscyclus zal worden gevoerd.
De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob