35 289 Wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet educatie en beroepsonderwijs BES inzake het verstrekken van aanvullende middelen in verband met bijzondere omstandigheden

C NADER VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP1

Vastgesteld 28 april 2020

De leden van de fracties van GroenLinks en de PvdA danken de regering voor de beantwoording van de vragen in het voorlopig verslag. Over het begrip «bijzondere omstandigheden» en de toewijzing van middelen hebben zij nog een enkele onbeantwoorde vraag.

In het voorlopig verslag hebben deze leden een aantal situaties geschetst waarin het voorliggende wetsvoorstel mogelijk van betekenis zou kunnen worden: het Techniekpact, het lerarentekort en de fluctuerende vraag van de arbeidsmarkt. Onevenredige gevolgen van het Techniekpact zullen blijkens de beantwoording wel gefinancierd kunnen worden met de aanvullende middelen, de gevolgen van het lerarentekort niet, aangezien hier andere maatregelen voor genomen worden. Kan de regering een sluitende definitie verschaffen van het begrip «bijzondere omstandigheden»? Impliceert dat begrip als zodanig dat er geen andere maatregelen (kunnen) worden genomen? Kunnen negatieve financiële gevolgen van bijvoorbeeld de coronacrisis ook worden ondervangen met de aanvullende middelen van dit wetsvoorstel of is dat juist niet de bedoeling? Is met het Techniekpact niet nadrukkelijk ingezet op een toename van het aantal leerlingen, en wordt de bekostiging niet afgestemd op het aantal leerlingen, zodat dit nauwelijks onverwacht is, terwijl het lerarentekort nadrukkelijk geen doel van het regeringsbeleid is? Wat is de dragende grond voor het onderscheid in het begrip «bijzondere omstandigheden» waardoor het ene wel kan kwalificeren en het andere niet?

De commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ziet met belangstelling uit naar de nadere memorie van antwoord en ontvangt deze graag binnen vier weken na vaststelling van dit nader voorlopig verslag.

De voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Bikker

De griffier van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Bergman


X Noot
1

Samenstelling:

Essers (CDA), Ganzevoort (GL), Sent (PvdA), Van Strien (PVV), Van Apeldoorn (SP), Atsma (CDA), Nooren (PvdA), Pijlman (D66) (ondervoorzitter), Schalk (SGP), Bikker (CU) (voorzitter), Klip-Martin (VVD), De Bruijn-Wezeman(VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), A.J.M. van Kesteren (PVV), De Blécourt-Wouterse (VVD), Van der Burg (VVD), Dessing (FVD), Doornhof (CDA), Gerbrandy (OSF), Nanninga (FVD), Nicolaï (PvdD), Pouw-Verweij (FVD), Veldhoen (GL), Vendrik (GL), Van der Voort (D66), De Vries (Fractie-Otten)

Naar boven