35 095 XVII Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2018 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2018 wijzigingen aan te brengen in:

de departementale begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII);

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Voorstel van wet

Door middel van het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld de uitgaven van de begroting 2018 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) te verhogen met EUR 8,3 miljoen en de ontvangsten te verhogen met EUR 3,5 miljoen.

2. Leeswijzer

In de toelichting worden de belangrijkste mutaties op de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toegelicht. Ten slotte volgt per artikel de nieuwe stand en een toelichting op de opmerkelijke verschillen.

Per artikel is een tabel opgenomen met de mutaties. De toelichting per beleidsartikel heeft betrekking op de kolom mutaties suppletoire begroting.

Conform de regeling Rijksbegrotingsvoorschriften en de Comptabiliteitswet dienen de opmerkelijke verschillen tussen de oorspronkelijke en huidige raming te worden toegelicht. Ook is omschreven welke ondergrens gehanteerd moet worden, waarboven een uitgavenmutatie moet worden toegelicht. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen beleidsmatige en technische mutaties. Op verplichtingenniveau worden mutaties groter dan 10% ten opzichte van de vorige stand, op artikelniveau toegelicht.

De budgetten zijn op het niveau van artikelonderdeel verdeeld over een aantal financiële instrumenten. Bij de uitvoering van BHOS-beleid wordt het meest effectieve instrument of uitvoerende organisatie geselecteerd. De keuze van het instrument is niet vooraf bekend en is daarom bij het opstellen van de begroting niet altijd goed te bepalen. Dit verklaart waarom de budgetten op instrumentniveau in deze suppletoire begroting veelvuldig wijzigen.

3. Overzicht belangrijkste mutaties 2018

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Het voorstel is om de uitgaven voor 2018 per saldo te verhogen met EUR 8,3 miljoen.

Hieronder vindt u een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen in de uitgaven ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2018 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Artikel

 

Mutatie

1.2

Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid

– 10,4

1.3

Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden

30

1.4

Dutch Good Growth Fund

– 22,7

2.1

Toename van voedselzekerheid

– 13

2.2

Verbeterd waterbeheer, drinkwater en sanitatie

10

2.3

Natuurlijke hulpbronnen, klimaat

9,6

3.4

Toename van het aantal goed opgeleide professionals, versterking van hoger- en beroepsonderwijsinstellingen en het bevorderen van beleidsrelevant onderzoek

20,5

4.1

Humanitaire hulp

14,1

4.3

Rechtstaatontwikkeling, wederopbouw, vredesopbouw etc.

57,5

5.4

Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

– 111.5

Toelichting

Artikel 1

De daling van de uitgaven op artikel 1.2 «Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid» komt met name door vertraging bij de uitvoering van het DGGF, de publiek-private Werkplaats en het forum voor afstemming van de export-, investerings- en innovatiebevorderende activiteiten van de overheid en het bedrijfsleven.

De toename van de uitgaven binnen het artikel 1.3 «Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden» wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een voorspoedige ontwikkeling van programma’s op het gebied van infrastructuur-, en financiële sector ontwikkeling zoals Massif (Micro and Small Enterprise Fund), het One Acre Fund en de Private Infrastructure Development Group.

Het budget voor artikel 1.4 Dutch Good Growth (DGGF) Fund daalt omdat de uitgaven voor het DGGF nog niet op het verwachte niveau zijn.

Artikel 2

De daling van het budget op 2.1 «Voedselzekerheid» wordt veroorzaakt door achterblijvende bestedingen in de partnerlanden en door vertraging bij de opstart van het nieuwe NUFFIC-onderwijsprogramma, Orange Knowledge Programme (OKP).

De toename van het budget op 2.2 «Verbeterd waterbeheer, drinkwater en sanitatie» is veroorzaakt door een extra bijdrage aan het Towards Universal Access to Sanitation, Water en Hygiene programma in West en Centraal Afrika, om de resultaten van de eerste fase van het programma te consolideren.

De toename van het budget op 2.3 is veroorzaakt door een extra bijdrage aan het Least developed countries Fund (LDCF) van de Global Environment Facility (GEF) omdat de nieuwe strategie van LDCF goede aansluiting biedt met de BHOS beleidsprioriteiten.

Artikel 3

De verhoging toename van het budget op 3.4 «Toename van het aantal goed opgeleide professionals, versterking van hoger- en beroepsonderwijsinstellingen en het bevorderen van beleidsrelevant onderzoek» wordt onder andere veroorzaakt door een extra bijdrage aan het Global Partnership for Education (GPE) als gevolg van de motie Bouali (Kamerstuk 34 952, nr. 2) over een «significante bijdrage aan het GPE».

Artikel 4

Het budget voor 4.1 «Humanitaire hulp» wordt met EUR 14,1 miljoen verhoogd voor bijdragen aan UNHCR, UNRWA, WFP, ICRC en humanitaire hulp in Jemen en Zuid Soedan en het UNICEF-programma Education cannot wait.

Het budget voor 4.3 «Rechtstaatontwikkeling, wederopbouw etc.» wordt met EUR 57,5 miljoen verhoogd. Dit betreft met name de verhoging van de BHOS-begroting met EUR 50 miljoen voor de Nederlandse bijdrage aan de EU Facility for Refugees in Turkey II (FRIT II).

Artikel 5

Het budget voor 5.4 «nog te verdelen» wordt met EUR 111,5 miljoen verlaagd. Deze mutatie is onder andere veroorzaakt door een hogere asieltoerekening voor 2018, een neerwaartse bijstelling van het ODA-budget als gevolg van de verwachte ontwikkeling van het BNI (Macro Economische Verkenning (MEV) en overheveling van budget naar andere artikelen ter financiering van ophogingen aldaar.

4. Toelichting per beleidsartikel

Beleidsartikel 1

Beleidsartikel 1 Duurzame handel en investeringen

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire

2018

2018

2018

2018

2018

(1)

(2)

   

(4)=(2+3)

Verplichtingen

354.944

451.151

250

346.727

798.128

 

waarvan garantieverplichtingen

70.000

70.000

 

0

70.000

               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

508.830

543.901

250

– 5.946

538.205

   

waarvan juridisch verplicht

 

86%

   

100%

               

1.1

Versterkt internationaal handelssysteem, met aandacht voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

19.113

34.773

250

– 2.915

32.108

               
 

Subsidies

         
   

Beleidsondersteuning, evaluaties en onderzoek

1.500

3.773

50

0

3.823

   

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

9.758

23.145

0

– 2.945

20.200

               
 

Opdrachten

         
   

Beleidsondersteuning internationaal economisch beleid (non-ODA)

2.185

2.185

0

30

2.215

               
 

Bijdrage (inter)nationale organisaties

         
   

Contributies internationaal ondernemen (non-ODA)

5.670

5.670

200

0

5.870

               
               

1.2

Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid

84.031

97.015

0

– 10.408

86.607

               
 

Subsidies

         
   

Starters International Business (SIB)/ Programma Strategische Beurzen (non-ODA)

5.800

4.000

0

0

4.000

   

Partners for International Business (PIB) (non-ODA)

5.705

3.905

0

0

3.905

   

Demontratieprojecten, haalbaarheidsstudies en investeringsstudies (DHI) (non-ODA)

3.500

2.800

1.133

0

3.933

   

Dutch Trade and Investment Fund (non-ODA)

19.771

19.771

0

– 7.771

12.000

   

Versterking concurrentiepositie Nederland

9.195

10.295

0

– 7.307

2.988

   

Versterking economische functie

527

527

0

43

570

   

Aanvullende opdrachten

2.400

2.400

0

0

2.400

   

Overig (non-ODA)

1.000

1.886

0

3.878

5.764

   

Invest NL

0

7.000

0

0

7.000

               
 

Leningen

         
   

Overig

1.133

1.133

– 1.133

0

0

               
 

Opdrachten

         
   

Invest NL

0

1.700

0

249

1.949

   

Wereldtentoonstelling Dubaï

1.000

298

0

0

298

   

GES

0

0

0

500

500

               
 

Bijdragen aan agentschappen

         
   

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (non-ODA)

28.600

35.900

0

0

35.900

   

Versterking economische functie (NBSO's via RVO) (non-ODA)

5.400

5.400

0

0

5.400

               

1.3

Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden

292.186

339.463

0

30.027

369.490

               
 

Subsidies

         
   

Marktontwikkeling in het kader van private sector development

45.696

49.473

0

– 450

49.023

   

Wet en regelgeving

5.000

5.000

0

3.000

8.000

   

Financiele sectorontwikkeling

15.000

19.500

0

30.500

50.000

   

Versterking privaat ondernemerschap

53.000

53.000

0

0

53.000

   

Infrastructuurontwikkeling

90.050

92.831

0

17.819

110.650

   

Samenwerking bedrijfsleven en PPP's

8.500

8.500

0

– 6.500

2.000

   

Versterking privaat ondernemerschap (non-ODA)

1.700

1.700

0

300

2.000

   

Technische assistentie DGGF

7.700

7.700

0

0

7.700

               
 

Bijdragen aan agentschappen

         
   

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

36.000

36.000

0

0

36.000

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

International Labour Organization

5.700

5.700

0

– 750

4.950

   

Partnershipprogramma ILO

5.500

5.500

0

0

5.500

   

Landenprogramma's ondernemingsklimaat

16.840

18.059

0

8

18.067

   

Bedrijfsmatige technische bijstand

1.500

1.500

0

– 900

600

   

(jeugd)Werkgelegenheid

0

30.000

0

– 13.000

17.000

   

Innovatie

0

5.000

0

0

5.000

               

1.4

Dutch Good Growth Fund: intensivering van ontwikkelingsrelevante investeringen in en handel met ontwikkelingslanden door het Nederlandse en het lokale bedrijfsleven, met de focus op het MKB en bij uitzondering en onder condities grootbedrijf

113.500

72.650

0

– 22.650

50.000

               
 

Subsidies

         
   

programma's Dutch Good Growth Fund

31.246

20.000

0

– 6.235

13.765

               
 

Leningen

         
   

programma's Dutch Good Growth Fund

61.944

39.650

0

– 12.362

27.288

 

Garanties

         
   

programma's Dutch Good Growth Fund

20.310

13.000

0

– 4.053

8.947

               

Ontvangsten

4.119

6.619

0

0

6.619

               

1.10

Ontvangsten duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

3.619

3.619

0

0

3.619

               

1.40

Ontvangsten DGGF

500

3.000

0

0

3.000

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget voor het gehele artikel stijgt met EUR 346,7 miljoen, met name op artikelonderdeel 1.3 «Versterkte private sector en investeringsklimaat in ontwikkelingslanden». Er is een stelselwijziging doorgevoerd in de manier waarop opdrachten aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) worden opgenomen in de administratie. Met ingang van 2018 zijn alleen de door RVO juridisch aangegane verplichtingen aan derden opgenomen in plaats van een verplichting voor de opdracht van het ministerie aan RVO. Dit heeft geleid tot een verlaging van het verplichtingenbudget in 2017 en een verhoging in 2018.

Uitgaven

Het budget voor 1.2 «Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid» daalt met EUR 10,4 miljoen. Dit is veroorzaakt doordat een transactie voor het Dutch Trade and Investement Fund (DTIF) niet kon doorgaan. Ook werd minder uitgegeven voor versterking concurrentiepositie Nederland. Dit wordt veroorzaakt door vertraging in de financiering van de publiek-private Werkplaats, het forum voor afstemming van de export-, investerings- en innovatiebevorderende activiteiten van de overheid en het bedrijfsleven.

Het budget voor 1.3 «Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden» stijgt met EUR 30 miljoen voor extra bijdragen voor financiële sector ontwikkeling en infrastructuur zoals Massif (Micro and Small Enterprise Fund), het One Acre Fund en de Private Infrastructure Development Group vanwege een voorspoedige ontwikkeling van deze programma’s.

Het budget voor 1.4 «Dutch Good Growth Fund» (DGGF) daalt met EUR 22,7 miljoen. De bestedingen van het DGGF zijn nog niet op het verwachte niveau. Voor de zomer is het meerjarige kasritme voor het DGGF aangepast aan de ervaringen van afgelopen jaren, en zijn daarnaast de voorwaarden voor het fonds meer toegesneden op financieringsbehoeften. De verwachting is dat de aanpassingen op termijn zullen leiden tot hogere uitputting.

Beleidsartikel 2

Beleidsartikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid en water

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire

2018

2018

2018

2018

2018

(1)

(2)

   

(4)=(2+3)

Verplichtingen

475.744

635.194

50

154.236

789.480

               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

666.496

707.556

50

6.524

714.130

   

waarvan juridisch verplicht

 

92%

   

100%

               

2.1

Toename van voedselzekerheid

337.295

337.295

0

– 13.000

324.295

               
 

Subsidies

         
   

Bevorderen inclusieve en duurzame groei in de agrarische sector

57.745

56.745

– 30.000

0

26.745

   

Kennis en capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

53.800

52.800

– 19.000

– 12.750

21.050

   

Landenprogramma's voedselzekerheid

0

0

45.000

0

45.000

               
 

Bijdrage aan agentschappen

         
   

realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

30.000

28.700

– 18.700

– 3.500

6.500

   

Kennis en capaciteitsopbouw t.b.v. voedselzekerheid

0

0

4.000

0

4.000

   

Landenprogramma's voedselzekerheid

173.750

178.050

– 173.050

0

5.000

               
 

Bijdragen (inter) nationale organisaties

         
   

Kennis en capaciteitsopbouw t.b.v. voedselzekerheid

0

0

15.000

0

15.000

   

realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

0

0

18.700

0

18.700

   

Bevorderen inclusieve en duurzame groei in de agrarische sector

0

0

30.000

0

30.000

   

Landenprogramma's voedselzekerheid

0

0

128.050

– 12.397

115.653

   

Uitbannen huidige honger en voeding

22.000

21.000

0

15.647

36.647

               
               

2.2

Verbeterd waterbeheer, drinkwater en sanitatie

199.283

199.283

0

10.000

209.283

               
 

Subsidies

         
   

Integraal waterbeheer

46.535

42.894

– 17.000

3.730

29.624

   

Drinkwater en sanitatie

47.535

43.295

– 20.000

2.040

25.335

   

(Landenprogramma's) integraal waterbeheer

0

0

9.000

0

9.000

   

(Landenprogramma's) drinkwater en sanitatie

0

0

15.000

0

15.000

               
 

Opdrachten

         
   

Integraal waterbeheer

0

0

5.000

0

5.000

   

(Landenprogramma's) integraal waterbeheer

0

0

20.000

0

20.000

   

(Landenprogramma's) drinkwater en sanitatie

0

0

5.000

0

5.000

               
 

Bijdragen (inter) nationale organisaties

         
   

Integraal waterbeheer

0

0

12.000

3.000

15.000

   

Drinkwater en sanitatie

0

0

20.000

14.960

34.960

   

Landenprogramma's integraal waterbeheer

60.988

64.019

– 29.000

– 8.474

26.545

   

Landenprogramma's drinkwater en sanitatie

44.225

49.075

– 20.000

– 5.256

23.819

               

2.3

Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen, tegengaan van klimaatverandering en vergrote weerbaarheid van de bevolking tegen onafwendbare klimaatverandering

129.918

170.978

50

9.524

180.552

               
 

Subsidies

         
   

Hernieuwbare energie

34.000

34.000

– 20.000

– 2.106

11.894

   

Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen en klimaat algemeen

49.729

49.729

– 9.000

– 15.929

24.800

   

Nationaal Klimaatfonds

0

40.000

0

0

40.000

               
 

Bijdragen (inter) nationale organisaties

         
   

Hernieuwbare energie

0

0

20.000

0

20.000

   

Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen en klimaat algemeen

0

0

9.000

9.200

18.200

   

Klimaat: algemene vrijwillige en verplichte bijdragen

14.840

14.840

0

860

15.700

   

GEF

20.750

20.750

0

16.835

37.585

   

UNEP

7.142

7.142

0

0

7.142

   

Landenprogramma's klimaatbeleid

1.300

2.360

0

545

2.905

   

Centrale klimaat programma's (non-ODA)

1.800

1.800

50

153

2.003

   

Contributie IZA/IZT

357

357

0

– 34

323

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget voor het artikel stijgt met EUR 154,2 miljoen, vooral op artikelonderdeel «Duurzame hulpbronnen, klimaat». Dit budget is verhoogd voor het aangaan van verplichtingen op het gebied van hernieuwbare energie, natuurlijke hulpbronnen (Initiatief Duurzame Handel) en voor de bijdrage aan de Global Environment Facility (GEF).

Uitgaven

Het budget voor 2.1 «Toename van voedselzekerheid» daalt met EUR 13 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door lager dan verwachte bestedingen in Ghana, Benin en Ethiopië. In Ghana hebben de activiteiten van Solidaridad West Afrika minder budget nodig dan verwacht. In Benin is een wegenprogramma en de opstart van een voedingsprogramma vertraagd. In Ethiopië presteert het Agricultural Growth Programme minder dan verwacht.

Ook geeft NUFFIC minder dan verwacht uit aan beurzen op het gebied van voedselzekerheid omdat het nieuwe beurzenprogramma, het «Orange Knowledge Programme» van NUFFIC, opstartproblemen ervaart.

Het budget voor 2.2 «Integraal waterbeheer en Water en Sanitatie» wordt verhoogd met EUR 10 miljoen voor een extra bijdrage aan het lopende programma Towards Universal Access to Sanitation, Water en Hygiene programma in West en Centraal Afrika om de activiteiten in Benin, de Centraal Afrikaanse Republiek, Ghana en Mauritanië nog een jaar te kunnen voortzetten. Op dit moment wordt een tweede fase van het programma voorbereid dat zich meer zal richten op de nieuwe focusregio’s. Met deze extra bijdrage voor een periode van een jaar kunnen de gerealiseerde voorzieningen in de vier landen worden verduurzaamd.

Het budget voor 2.3 «Duurzame hulpbronnen, klimaat» wordt verhoogd met EUR 9,5 miljoen onder andere voor het Least developed countries Fund (LDCF) van de Global Environment Facility (GEF). Dit fonds past met de recent versterkte focus op conflict, kwetsbaarheid en milieudegradatie goed bij de beleidsprioriteiten zoals uitgewerkt in de beleidsnota «Investeren in Perspectief».

Beleidsartikel 3

Beleidsartikel 3 Sociale vooruitgang

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire

2018

2018

2018

2018

2018

(1)

(2)

   

(4)=(2+3)

Verplichtingen

424.577

536.627

0

– 33.741

502.886

               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

724.927

786.327

0

28.209

814.536

   

waarvan juridisch verplicht

 

89%

   

100%

               

3.1

Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen en een halt aan de verspreiding van HIV/aids

417.784

444.684

0

– 360

444.324

               
 

Subsidies

         
   

Landenprogramma's SRGR & hiv/aids

   

12.000

 

12.000

   

Centrale programma's SRGR & hiv/aids

175.392

174.617

– 35.000

– 2.200

137.417

               
 

Opdrachten

         
   

Landenprogramma's SRGR & hiv/aids

0

0

8.000

0

8.000

   

Centrale programma's SRGR & hiv/aids

0

0

20.000

0

20.000

               
               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Unicef

11.000

10.000

0

– 5.000

5.000

   

UNAIDS

20.000

20.000

0

0

20.000

   

Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis

52.000

55.300

0

0

55.300

   

UNFPA

60.000

60.000

0

– 2.000

58.000

   

WHO-PAHO

6.713

6.713

0

0

6.713

   

Partnershipprogramma WHO

10.216

10.216

0

1.040

11.256

   

Landenprogramma's SRGR & hiv/aids

82.463

97.838

– 20.000

– 700

77.138

   

Vrouwenrechten en keuzevrijheid.

0

10.000

0

8.500

18.500

   

Centrale programma's SRGR & hiv/aids

0

0

15.000

0

15.000

               

3.2

Gelijke rechten en kansen voor vrouwen

52.539

52.539

0

1.060

53.599

               
 

Subsidies

         
   

Vrouwenrechten en gendergelijkheid

42.239

41.939

– 4.500

– 7.602

29.837

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

UNWOMEN

6.000

6.000

0

2.000

8.000

   

Landenprogramma's gelijke rechten en kansen voor vrouwen

4.300

4.600

0

6.662

11.262

   

Vrouwenrechten en gendergelijkheid

   

4.500

 

4.500

               

3.3

Versterkt maatschappelijk middenveld

219.304

219.304

0

7.009

226.313

               
 

Subsidies

         
   

Strategische partnerschappen

217.604

217.604

– 10.000

7.409

215.013

   

Twinningsfaciliteit Suriname

1.700

1.700

0

– 400

1.300

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Strategische partnerschappen

0

0

10.000

0

10.000

               

3.4

Toename van het aantal goed opgeleide professionals, versterking van hoger- en beroepsonderwijsinstellingen en het bevorderen van beleidsrelevant onderzoek

35.300

69.800

0

20.500

90.300

               
 

Subsidies

         
   

Onderzoekprogramma's

3.000

3.000

0

0

3.000

   

Internationale hoger onderwijsprogramma's

32.300

39.800

0

– 2.500

37.300

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Onderwijs met perspectief

0

27.000

0

23.000

50.000

Verplichtingen

Geen toelichting

Uitgaven

Het budget voor 3.3 «Versterkt maatschappelijk middenveld» neemt toe met EUR 7,4 miljoen, onder andere veroorzaakt door een verhoging van het budget voor het strategisch partnerschap met het Rode Kruis. Na aanvankelijke opstartproblemen wordt de vertraging nu ingelopen.

Het budget voor 3.4 «Toename van het aantal goed opgeleide professionals, versterking van hoger- en beroepsonderwijsinstellingen en het bevorderen van beleidsrelevant onderzoek» stijgt per saldo met EUR 20,5 miljoen. Dit is met name veroorzaakt door een verhoging van de bijdrage aan het Global Partnership for Education (GPE) met EUR 25 miljoen, in lijn met de motie Bouali (Kamerstuk 34 952, nr. 2) over een «significante bijdrage aan het GPE». Ook wordt een bedrag van EUR 3 miljoen overgeheveld naar artikel 4.1. voor het programma Education cannot wait.

Beleidsartikel 4

Beleidsartikel 4 Vrede en veiligheid voor ontwikkeling

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire

2018

2018

2018

2018

2018

(1)

(2)

   

(4)=(2+3)

Verplichtingen

615.301

795.738

50.000

131.907

977.645

               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

586.979

744.979

50.000

21.573

816.552

   

waarvan juridisch verplicht

 

54%

   

100%

               

4.1

Humanitaire hulp

345.191

362.191

0

14.100

376.291

               
 

Subsidies

         
   

Noodhulpprogramma's

0

0

25.000

0

25.000

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

UNHCR

33.000

33.000

0

7.000

40.000

   

Wereldvoedselprogramma

36.000

28.000

0

0

28.000

   

UNRWA

13.000

13.000

0

6.000

19.000

   

Noodhulpprogramma's

262.000

284.000

– 25.000

1.000

260.000

   

Noodhulpprogramma's non-ODA

1.191

1.191

0

100

1.291

   

Onderwijs

0

3.000

0

0

3.000

               

4.3

Rechtstaatontwikkeling, wederopbouw, vredesopbouw, versterkte legitimiteit van democratische structuren en tegengaan van corruptie

241.788

374.788

50.000

7.473

432.261

               
 

Subsidies

         
   

Legitieme en capabele overheid

0

0

13.500

0

13.500

   

Inclusieve politieke processen: vredesdialoog en conflictpreventie

0

0

11.000

0

11.000

   

Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen

0

0

25.000

0

25.000

   

functionerende rechtsorde

0

0

18.000

0

18.000

   

Opvang in de regio

0

0

47.000

0

47.000

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Legitieme en capabele overheid

22.350

22.350

– 13.500

47

8.897

   

landenprogramma's legitieme en capabele overheid

1.500

500

0

– 174

326

   

Landenprogramma's functionerende rechtsorde

75.576

94.076

0

– 2.400

91.676

   

Landenprogramma's inclusieve en politieke processen; vredesdialoog en conflictpreventie

2.500

2.500

0

0

2.500

   

Inclusieve politieke processen: vredesdialoog en conflictpreventie

23.862

25.862

– 11.000

0

14.862

   

Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen

56.000

36.500

– 25.000

0

11.500

   

functionerende rechtsorde

10.000

50.000

– 18.000

0

32.000

   

Opvang in de regio

50.000

143.000

3.000

10.000

156.000

               
               

4.4

Noodhulpfonds

0

8.000

0

0

8.000

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Noodhulpfonds

0

8.000

0

0

8.000

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget wordt verhoogd met EUR 131,9 miljoen onder andere voor het aangaan van verplichtingen voor de Nederlandse bijdrage aan de EU Facility for Refugees in Turkey II (FRIT-II); het programma op het gebied van ontwikkelingssamenwerking in Somalië; de extra inzet in Afghanistan (conform Kamerbrief over Nederlandse inzet in Afghanistan 2018–2021 van 15 juni 2018, kenmerk 2018Z11519/2018D38074); en de samenwerking met strategische partners (International Alert en Interpeace)

Uitgaven

Het budget voor 4.1 «Humanitaire hulp» wordt met EUR 14,1 miljoen verhoogd voor bijdragen aan onder andere UNHCR, UNRWA, WFP, ICRC en humanitaire hulp in Jemen en Zuid Soedan. Ook wordt EUR 3 miljoen overgeheveld vanuit artikel 3.3 voor het UNICEF-programma Education cannot wait.

Het budget voor 4.3 «Rechtstaatontwikkeling, wederopbouw» wordt per saldo met EUR 57,5 miljoen verhoogd. De belangrijkste mutatie (EUR 50 miljoen) betreft de toevoeging aan de BHOS-begroting van middelen voor de Nederlandse bijdrage aan de EU Facility for Refugees in Turkey II (FRIT II), waarvan twee derde wordt gefinancierd uit de EU-begroting en een derde middels bilaterale bijdragen van lidstaten. Daarnaast vindt ook een overheveling van EUR 10 miljoen vanuit 5.3 «migratie en ontwikkeling» naar dit artikel plaats voor activiteiten op het gebied van opvang in de regio. Tot slot wordt het budget ook nog verlaagd met EUR 2,5 miljoen, omdat activiteiten onder andere in Afghanistan en Rwanda vertraging ondervinden.

Beleidsartikel 5

Beleidsartikel 5 Versterkte kaders voor ontwikkeling

Bedragen in EUR 1.000

Stand ontwerpbegroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire

2018

2018

2018

2018

2018

(1)

(2)

   

(4)=(2+3)

Verplichtingen

110.950

152.051

0

– 1.158

150.893

 

waarvan garantieverplichtingen

         
               

Uitgaven:

         
               

Programma-uitgaven totaal

212.967

240.679

– 13.670

– 78.664

148.345

   

waarvan juridisch verplicht

 

50%

   

100%

               

5.1

Versterkte multilaterale betrokkenheid

131.057

122.266

0

34.434

156.700

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

UNDP

28.000

28.000

0

2.000

30.000

   

UNICEF

18.000

18.000

0

8.000

26.000

   

UNIDO

1.950

1.950

0

– 713

1.237

   

Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen

58.230

49.410

0

0

49.410

   

Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken

6.518

6.547

0

0

6.547

   

Speciale multilaterale activiteiten

9.359

9.359

0

23.387

32.746

   

Assistent-deskundigen programma

9.000

9.000

0

1.760

10.760

               

5.2

Overig armoedebeleid

70.589

19.209

983

– 6.274

13.918

               
 

Subsidies

         
   

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

0

0

6.500

– 2.107

4.393

   

Voorlichting op het terrein van ontwikkelingssamenwerking

0

0

600

– 600

0

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

12.882

13.922

– 7.517

– 3.360

3.045

   

Voorlichting op het terrein van ontwikkelingssamenwerking

850

887

– 600

– 37

250

   

Schuldverlichting

52.457

0

0

0

0

   

Unesco

4.400

4.400

0

– 170

4.230

               
 

Overige

         
   

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

0

0

2.000

0

2.000

               

5.3

Bijdrage aan migratie en ontwikkeling

9.000

44.000

0

– 10.000

34.000

               
 

Subsidies

         
   

Migratie en ontwikkeling

9.000

6.600

0

0

6.600

               
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

         
   

Migratie en ontwikkeling

0

37.400

0

– 10.000

27.400

               

5.4

Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

2.321

55.204

– 14.653

– 96.824

– 56.273

               
 

Ontvangsten

74.692

74.692

983

2.520

78.195

               

5.20

Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen

43.516

43.516

983

2.520

47.019

               

5.21

Ontvangsten OS

31.176

31.176

0

– 13.000

18.176

               

5.22

Koersverschillen OS

pm

pm

pm

13.000

13.000

               

5.23

Diverse ontvangsten non-ODA

0

0

0

0

0

Verplichtingen

Geen toelichting

Uitgaven

Het budget voor 5.1 «Versterkte multilaterale betrokkenheid» wordt verhoogd met EUR 34,4 miljoen. Deze verhoging bestaat uit een verhoging van de algemene vrijwillige bijdragen aan onder andere UNICEF, UNDP en UNFPA. Daarnaast wordt deze verhoging ingezet voor een aantal activiteiten bij de VN, zoals het Resident Coordinator Fund, het Joint Fund for the Agenda 2030 en het VN-Funding Compact en een versnelde invoer van het Assistent deskundige programma.

Het budget voor 5.2 «overig armoedebeleid» wordt verlaagd met EUR 6,3 miljoen. De verlaging is onder andere het gevolg van een lagere dan geraamde bijdrage aan UNESCO en de uitgaven voor voorlichting op het terrein van ontwikkelingssamenwerking vallen lager uit gepland. Daarnaast betreft het een verlaging van de uitgaven voor kleine ODA-activiteiten op het gebied van cultuur en ontwikkeling.

Van het budget voor artikelonderdeel 5.3 «Bijdrage aan migratie en ontwikkeling» wordt EUR 10 miljoen overgeheveld naar Opvang in de regio onder artikelonderdeel 4.3, omdat geplande uitgaven beter passen binnen het beleid van Opvang in de regio.

Het budget voor 5.4 «nog te verdelen» wordt met EUR 111,5 miljoen verlaagd. Deze mutatie wordt veroorzaakt door de overheveling van in totaal EUR 54,9 miljoen naar andere artikelen. Dit ter financiering van ophogingen bij onder andere infrastructuur-, en financiële sector ontwikkeling (artikelonderdeel 1.2); Towards Universal Access to Sanitation, Water en Hygiene programma in West en Centraal Afrika (artikelonderdeel 2.2); het Least developed countries Fund (LDCF) van de Global Environment Facility (GEF) (artikelonderdeel 2.3); het Global Partnership for Education (GPE) (artikelonderdeel 3.4) en Humanitaire hulp (artikelonderdeel 4.1). Het artikel wordt verder verlaagd door de verhoging van de asieltoerekening voor eerstejaars opvang van asielzoekers uit DAC-landen, als gevolg van een hogere instroomraming van asielzoekers voor 2018. Hiervoor wordt EUR 42 miljoen overgeheveld naar de begroting van Justitie en Veiligheid. Daarnaast is het ODA-budget verlaagd met EUR 14,6 miljoen als gevolg van een negatieve BNI-bijstelling, op basis van de Macro Economische Verkenning (MEV) van het Centraal Planbureau (CPB) en zoals gemeld bij de Miljoenennota.

Ontvangsten

De verwachte ontvangsten op ontwikkelingssamenwerking (ontvangsten OS) worden naar beneden bijgesteld. Het gaat om teruggaven van niet bestede fondsen binnen ontwikkelingsprogramma’s. Tevens zijn er extra ontvangsten vanwege ontstane koerseffecten op betalingen in buitenlandse valuta.

Naar boven