35 095 XII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2018 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 3 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 18 december 2018

De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

De vragen zijn op 6 december 2018 voorgelegd aan de Minister en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat. Bij brief van 14 december 2018 zijn ze door de Minister en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat beantwoord.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie, Agnes Mulder

De griffier van de commissie, Israel

Vraag 1

Kan de regering toelichten wat het project emissiereducties als gevolg van maatregelen in het Schone Lucht Akkoord bij artikel 20 behelst? Welke maatregelen worden verder meegenomen in het Schone Lucht Akkoord?

Antwoord 1

Samen met andere overheden werk ik aan de voorbereiding voor het Schone Lucht Akkoord (SLA). Hiermee zetten we in op een permanente verbetering van de luchtkwaliteit en werken we toe naar de WHO-streefwaarden. Het project emissiereducties betreft een onderzoek naar de effecten van luchtkwaliteitsmaatregelen. Voor de zomer 2019 verwacht ik u het SLA toe te kunnen sturen. Dan kan ik u nader informeren over het in te zetten maatregelenpakket.

Vraag 2

Wat houdt het vernieuwingsprogramma Koers Inspectie Leefomgeving en Transport in?

Antwoord 2

De snel veranderende wereld, de technologische ontwikkelingen en de lessen uit de parlementaire enquête over de Fyra vormen de aanleiding voor een koerswijziging van de ILT. Om deze redenen werkt de ILT sinds 2016 met het veranderprogramma Koers ILT 2021. De koersverandering is gericht op het vergroten van het maatschappelijk effect van het werk van de ILT, waarbij selectiviteit, effectiviteit, signaleren en zakelijke vergunningverlening de belangrijkste pijlers zijn. Dat betekent onder andere dat de ILT haar capaciteit wil inzetten op de onderwerpen waar de maatschappelijke risico’s het grootst zijn. Daarvoor heeft ze een methodiek ontwikkeld om deze risico’s, die zeer verschillend van aard zijn, en de maatschappelijke schade als gevolg daarvan onderling vergelijkbaar te maken (de ILT-brede risicoanalyse (IBRA), zie Kamerstuk 34 550 XII, nr. 80).

Via de Meerjarenplannen en Jaarverslagen van de ILT informeer ik de Tweede Kamer periodiek over het werk van de ILT en over de resultaten van dit verandertraject. Zie voor de meest recente uitgaven Kamerstuk 35 000 XII, nr. 4 en Kamerstuk 34 775 XII, nr. 74.