35 048 Migratievoorstellen n.a.v. Staat van de Europese Unie 2018 COM(2018)631, 633, 634

B BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 juni 2021

Op 16 juni 2021 hebben de EU-lidstaten in het Comité van Permanente Vertegenwoordigers (Coreper) een compromis bereikt over de verordening inzake het Asielagentschap van de EU. Met deze brief informeer ik over dit compromis, het Nederlandse standpunt terzake en het vervolg van de procedure.

Achtergrond EUAA-verordening

In 2016 heeft de Europese Commissie het voorstel voor een verordening inzake het asielagentschap van de EU (EUAA) uitgebracht. Met het voorstel wordt beoogd het huidige Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO) om te vormen tot een volwaardig agentschap dat tot taak heeft het gemeenschappelijk Europees asielstelsel (GEAS) beter te laten functioneren, te zorgen voor convergentie in de beoordeling van asielverzoeken in de Unie en operationele en technische bijstand te bieden aan de lidstaten op het gebied van asiel en opvang. Er komt een reserve pool van 500 deskundigen uit de lidstaten en een verplichting (zoals bij Frontex) om experts te leveren voor operationele ondersteuning in een andere lidstaat. Voor Nederland komt deze verplichting neer op het leveren van 24 experts aan de pool. Ook krijgt, in het Commissievoorstel, het EUAA bevoegdheden op het terrein van het monitoren van de asielprocedures en de (operationele en technische) tenuitvoerlegging van EU-asielwetgeving door lidstaten. Het agentschap kan, op aanwijzing van de Commissie en Raad, ingrijpen wanneer een lidstaat onder grote asieldruk staat, het GEAS in gevaar komt door het niet adequaat handelen van deze lidstaat en de lidstaat niet zelf om bijstand vraagt. Iedere lidstaat zal tenminste eens in de vijf jaar worden gemonitord.

Via het BNC-fiche van 31 mei 2016 is uw Kamer over het voorstel en de Nederlandse positie geïnformeerd. Op het voorstel is de gewone EU-wetgevingsprocedure van toepassing: de Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen en het Europees parlement met meerderheid van stemmen. Ondanks dat er in juni 2017 een politiek akkoord werd bereikt tussen de Europese Unie-wetgevers over het voorstel werd deze niet formeel aangenomen, ook omdat een substantieel aantal lidstaten vasthield aan een «pakketbenadering» met de voorstellen uit het asiel- en migratiepact van september 2020.

Het compromisvoorstel

De onderhandelingen over de EUAA-verordening zijn rond de JBZ-Raad van 7 en 8 juni jl. in een versnelling gekomen toen de «Med-5» (Spanje, Italië, Griekenland, Cyprus en Malta) kenbaar maakten bereid te zijn de pakketbenadering ten aanzien van de EUAA-verordening los te laten. Hierop heeft het Portugese Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie, op 15 juni jl., een compromisvoorstel voorgelegd aan de lidstaten.

Het compromisvoorstel behelst enkele aanpassingen ten opzichte van het vorige voorstel, met name inzake de monitoring. Hierop is een zogenaamde »sunrise» clausule van toepassing, die regelt dat EUAA zijn monitorende taak met uitstel, d.w.z. per 1 juni 2024, gaat uitvoeren. Bovendien treden de artikelen over de uit de monitoring volgende aanbevelingen en de vervolgstappen ten aanzien van een lidstaat die onvoldoende opvolging geeft aan deze aanbevelingen, pas in werking als de EU-Dublinverordening (EU-604/2013) wordt ingetrokken en wordt vervangen door een nieuwe verordening. Met die nieuwe verordening wordt gedoeld op de Asiel- en migratiemanagementverordening (AMMR), die de Commissie op 23 september 2020 heeft voorgesteld. Eenzelfde link met de Dublinverordening en de AMMR geldt voor de bepaling die ziet op het ingrijpen van de EUAA, op aanwijzing van de Commissie en Raad, wanneer een lidstaat onder grote asieldruk staat, het GEAS in gevaar komt door het niet adequaat handelen van deze lidstaat en de lidstaat niet zelf om bijstand vraagt.

In Coreper van 16 juni 2021 gaf een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten blijk het voorstel te kunnen steunen, waarmee het voorstel als onderhandelingsmandaat aan het Voorzitterschap is meegegeven.

Appreciatie

Het kabinet waardeert dat er met dit compromisvoorstel eindelijk weer een stap wordt gezet in het onderhandelingsproces richting een efficiënt Europees migratie- en asielsysteem en onderschrijft dan ook het belang van een snelle aanname van de EUAA-verordening. Het kabinet heeft de overtuiging dat de EU een sterk asielagentschap behoeft, met een solide rechtsgrond en meer capaciteit om de lidstaten indien nodig te ondersteunen. Met het voorstel worden, zoals hierboven aangegeven, het mandaat en de middelen van het agentschap versterkt en zal het agentschap daarmee beter in staat zijn lidstaten te ondersteunen die te maken hebben met migratiedruk. Het kabinet beoordeelt dit als positief. Hoewel de bevoegdheden voor het monitoren van de asielprocedures en de tenuitvoerlegging van EU-asielwetgeving door lidstaten, alsook de follow-up daarvan, nog steeds onderdeel zijn van de ontwerpverordening, is het kabinet teleurgesteld over de afzwakking van het monitoringsysteem. De afgelopen jaren hebben duidelijk gemaakt dat het disfunctioneren van het asielstelsel in de ene lidstaat gevolgen heeft voor het functioneren van het asielstelsel in de andere. De EU heeft daarom behoefte aan een robuust asieltoezichtsysteem. Het besluit om vijf jaar na het oorspronkelijke Commissievoorstel te besluiten om de monitoring met drie jaar uit te stellen is niet bevredigend. Daarenboven is het kabinet teleurgesteld over het voorstel om de opvolging van de monitoring te koppelen aan een toekomstige vervanging van de Dublin-verordening. Dit drukmiddel om lidstaten te bewegen afspraken over asiel en migratie daadwerkelijk na te komen wordt hiermee onzeker. Dit maakt monitoring – in ieder geval voor de nabije toekomst – minder effectief. Tegen deze achtergrond heeft het kabinet besloten geen steun aan het voorstel te verlenen en zich te onthouden van het innemen van een positie.

Triloog

Zoals hierboven gemeld, heeft een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten in Coreper van 16 juni jl. blijk gegeven het compromisvoorstel te kunnen steunen. Hiermee is aan het Voorzitterschap van de Raad een onderhandelingsmandaat verleend. Een volgende fase in het besluitvormingsproces is de triloog tussen Europees parlement, de Raad en de Europese Commissie. Deze zal naar verwachting op zeer korte termijn van start gaan. Over de uitkomst van de triloog zal uw Kamer uiteraard worden geïnformeerd.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol

Naar boven