Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 maart 2019
In de procedurevergadering van 20 februari 2019 is door het lid Groothuizen (D66)
gevraagd om een reactie op het bericht «Angstcultuur op het Ministerie van Justitie
en Veiligheid» van 8 februari jl. van het Algemeen Dagblad (AD)1.
Het bericht van het AD is gebaseerd op het medewerkersonderzoek dat op mijn bestuursdepartement
is gehouden tussen 5 en 16 november 2018. Ruim 1.400 van de 2.000 medewerkers hebben
meegewerkt aan dit onderzoek (een respons van 71,5%). Deze hoge respons toont aan
dat de betrokkenheid van medewerkers groot is.
Het medewerkersonderzoek bestond uit twee gedeelten: één gedeelte met gesloten vragen
op gebieden zoals werkplezier, samenwerking en ongewenste omgangsvormen. Daarnaast
was er de gelegenheid om in open velden een toelichting te geven op deze thema’s.
Een deel van de medewerkers heeft hier gebruik van gemaakt. Het onafhankelijke onderzoeksbureau
dat het medewerkersonderzoek heeft uitgevoerd, heeft een analyse gemaakt van deze
open velden. Het artikel in het AD baseert zich voornamelijk op deze analyse.
Laat ik allereerst voorop stellen dat ik veel belang hecht aan openheid en transparantie,
zo ook over de resultaten van het medewerkersonderzoek. Door de focus in het artikel
op enkel een deelonderdeel van het medewerkersonderzoek te richten, wordt mijns inziens
geen recht gedaan aan het totaalbeeld van het medewerkersonderzoek. Juist op de gebieden
die in het artikel in het AD worden belicht, zoals ongewenste omgangsvormen en sociale
veiligheid, scoort het bestuursdepartement respectievelijk een 8,9 en een 7,3. Hiermee
scoort mijn ministerie gelijk aan en in sommige gevallen significant beter dan de
benchmark met andere ministeries. In de bijlage2 stuur ik u voor de volledigheid de resultaten van het medewerkersonderzoek en de
analyse van de open velden.
Het recent gehouden medewerkersonderzoek toont een stijgende lijn ten opzichte van
het vorige medewerkersonderzoek uit 2016. Zo laten de resultaten zien dat medewerkers
in algemene zin positiever zijn over het werkplezier, de organisatie en hun inhoudelijk
werk dan in het voorgaande medewerkersonderzoek. Dit draagt bij aan mijn overtuiging
dat we op de goede weg zitten. Dat neemt niet weg dat sommige medewerkers nog niet
in alle gevallen de positieve effecten voldoende ervaren van verbetertrajecten zoals
JenV Verandert. Het is een proces van lange adem en constante alertheid.
Mijn secretaris-generaal heeft richting alle medewerkers benadrukt dat de resultaten
van het medewerkersonderzoek en de beschrijvingen en suggesties in de open velden
van individuele medewerkers belangrijke signalen zijn voor het optimaliseren van het
werkklimaat. Ik acht het van groot belang dat de uitkomsten van het medewerkersonderzoek
een passend vervolg krijgen. Daarom bespreken medewerkers en leidinggevenden van elke
afdeling van het bestuursdepartement en waar nodig met ondersteuning van procesbegeleiding,
de uitkomsten van het onderzoek. Zij bespreken met elkaar hoe ze hieraan een vervolg
geven en leggen dit in mei dit jaar vast in een verbeterplan dat zal worden uitgevoerd.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus