Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 34845-XVII nr. 2 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 34845-XVII nr. 2 |
Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2017 wijzigingen aan te brengen in:
de departementale begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII);
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag
Door middel van het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld de uitgaven van de begroting 2017 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) te verhogen met EUR 74,8 miljoen en de ontvangsten niet te verhogen.
In de toelichting worden de belangrijkste mutaties op de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toegelicht. Ten slotte volgt per artikel de nieuwe stand en een toelichting op de opmerkelijke verschillen.
Per artikel is een tabel opgenomen met de mutaties. De toelichting per beleidsartikel heeft betrekking op de kolom mutaties suppletoire begroting. Omdat er een groot aantal financiële instrumenten bestaat is er in sommige gevallen geen uitputtende opsomming is van de financiële instrumenten per artikelonderdeel.
Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften en de Comptabiliteitswet van 2001 dienen de opmerkelijke verschillen tussen de oorspronkelijke en huidige raming te worden toegelicht. Op begrotingsartikelniveau is in de Rijksbegrotingsvoorschriften omschreven welke ondergrens hiervoor gehanteerd moet worden. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen beleidsmatige en technische mutaties. Als een toelichting nodig is, dan worden voor de uitwerking daarvan in deze suppletoire begroting vervolgens op subartikelniveau de onderliggende uitgavenmutaties toegelicht, indien deze 10% of meer afwijken ten opzichte van de stand van de ontwerpbegroting 2017, met een minimum van EUR 2 miljoen.
Op verplichtingenniveau worden mutaties groter dan 10% ten opzichte van de vorige stand, op begrotingsartikelniveau toegelicht.
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):
Het voorstel is om de uitgaven voor 2017 per saldo te verhogen met EUR 74,8 miljoen. De stijging wordt grotendeels veroorzaakt door een saldo van mutaties op de beleidsartikelen 1, 4 en 5.
De raming van de instroom van asielzoekers in Nederland in 2017 wordt ten opzichte van de Eerste Suppletoire Begroting 2017 verlaagd van 38.700 naar 36.700. De aangepaste raming heeft gevolgen voor de toerekening aan ODA voor de eerstejaarsopvang van vluchtelingen uit DAC-landen. De toerekening voor 2017 wordt daarom verlaagd met EUR 32,8 miljoen. Dit bedrag blijft onderdeel uitmaken van het ODA-budget. Het wordt overgeboekt van de begroting van Justitie en Veiligheid naar de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
In aanvulling op het bovenstaande vindt u hieronder een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen in de uitgaven ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2017 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):
Artikel |
Mutatie |
|
---|---|---|
1.2 |
Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid |
– 11 |
1.3 |
Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden |
+ 30,3 |
1.4 |
Dutch Good Growth Fund |
– 36,5 |
4.1 |
Humanitaire hulp |
+ 26 |
4.3 |
Veiligheid & Rechtsorde |
– 50 |
5.4 |
Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen |
+ 100,5 |
Toelichting
Artikel 1
De daling van de uitgaven op artikel 1.2 Versterkte Nederlandser Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid komt met name doordat er minder dan verwacht (EUR 10 miljoen) is uitgegeven aan het Dutch Trade and Investment Fund (DTIF). Verder leidt veranderde regelgeving voor bevoorschotting van uitvoerder Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) tot een budget verschuiving naar volgend jaar.
De toename van de uitgaven binnen het artikel 1.3 Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden (met EUR 30 miljoen in totaal) wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een Nederlandse bijdrage aan het Women Entrepreneurs Financing Initiative (WeFi) van EUR 9 miljoen.
De daling van de uitgaven op artikel 1.4 Dutch Good Growth (DGGF) Fund wordt veroorzaakt doordat de totale vraag op de onderdelen (1) Investeren Nederlands mkb en (3) Exporteren Nederlands mkb binnen het DGGF in 2017 lager uitvalt.
Artikel 4
Op artikel 4.1 Humanitaire hulp worden de uitgaven met EUR 26 miljoen verhoogd. Zo worden er extra bijdragen gedaan aan het United Nations Relief and Works Agency, het wereldvoedselprogramma en diverse noodhulpprogramma’s in Zuid-Soedan, Jemen, de Centraal Afrikaanse Republiek en Somalië.
Binnen artikel 4.3 Veiligheid & Rechtsorde vindt per saldo een daling in de uitgaven plaats van EUR 50 miljoen. Dit komt doordat een deel van de middelen voor vluchtelingenopvang in de regio pas in 2018 en 2019 tot betaling komt. De verplichtingen zijn reeds aangegaan.
Artikel 5
De totale mutatie van per saldo EUR 100,5 miljoen bestaat met name uit een BNI-bijstelling en een verlaging van de toerekening van de eerstejaars asielopvang. De BNI-bijstelling van EUR 75,7 miljoen wordt verklaard door de Macro Economische Verkenning (MEV) van het Centraal Planbureau (CPB) die is gemeld bij de Miljoenennota. Daarnaast leiden aanpassingen in met name de toerekening voor de eerstejaars asielopvang, tot een verlaging van deze uitgaven met EUR 32,8 miljoen. De mutatie van EUR 24,8 miljoen betreft een som van mutaties van ODA-middelen die binnen de HGIS in 2017 niet tot besteding zijn gekomen. De middelen worden geparkeerd op het verdeelartikel.
Beleidsartikel 1
Beleidsartikel 1 Duurzame handel en investeringen Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2017 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2017 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2017 (4)=(2+3) |
|||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota 2017 |
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017 |
||||||
Verplichtingen |
242.591 |
549.024 |
0 |
– 154.891 |
394.133 |
||
waarvan garantieverplichtingen |
70.000 |
70.000 |
0 |
70.000 |
|||
Uitgaven: |
|||||||
Programma-uitgaven totaal |
496.986 |
517.562 |
0 |
– 20.370 |
497.192 |
||
waarvan juridisch verplicht |
100% |
100% |
|||||
1.1 |
Versterkt internationaal handelssysteem, met aandacht voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen |
11.440 |
18.483 |
0 |
– 3.120 |
15.363 |
|
Opdrachten |
|||||||
Beleidsondersteuning internationaal ondernemen (non-ODA) |
2.794 |
3.765 |
– 1.500 |
950 |
3.215 |
||
Bijdrage (inter)nationale organisaties |
|||||||
Contributies internationaal ondernemen (non-ODA) |
5.670 |
5.670 |
0 |
0 |
5.670 |
||
Subsidies |
|||||||
Beleidsondersteuning, evaluaties en onderzoek |
1.500 |
0 |
1.500 |
||||
Maatschappelijk verantwoord ondernemen |
2.976 |
9.048 |
0 |
– 4.070 |
4.978 |
||
1.2 |
Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid |
82.667 |
92.555 |
0 |
– 11.050 |
81.505 |
|
Subsidies |
|||||||
Starters International Business (SIB)/ Programma Strategische Beurzen (non-ODA) |
5.200 |
6.400 |
0 |
712 |
7.112 |
||
Partners for International Business (PIB) (non-ODA) |
8.000 |
7.885 |
0 |
712 |
8.597 |
||
Sport en OS |
1.100 |
1.100 |
– 1.100 |
0 |
0 |
||
Demonstratieprojecten, haalbaarheidsstudies en investeringsstudies (DHI) (non-ODA) |
6.000 |
5.900 |
0 |
713 |
6.613 |
||
Overig Programmatische Aanpak (non-ODA) |
500 |
0 |
0 |
0 |
0 |
||
PSO/2g@there (non-ODA) |
500 |
0 |
0 |
0 |
0 |
||
Dutch Trade and Investment Fund (non-ODA) |
20.643 |
20.643 |
0 |
– 10.000 |
10.643 |
||
Versterking concurrentiepositie Nederland |
9.200 |
0 |
– 3.800 |
5.400 |
|||
Versterking economische functie |
0 |
0 |
527 |
613 |
1.140 |
||
Aanvullende opdrachten |
0 |
0 |
5.062 |
5.062 |
|||
Overig (non-ODA) |
0 |
0 |
1.838 |
1.838 |
|||
Leningen |
|||||||
Finance for International Business (FIB) (non-ODA) |
900 |
0 |
0 |
0 |
0 |
||
Overig |
1.100 |
1.100 |
|||||
Bijdragen aan agentschappen |
|||||||
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (non-ODA) |
26.000 |
35.500 |
– 6.900 |
0 |
28.600 |
||
Versterking economische functie (NBSO's via RVO) (non-ODA) |
5.927 |
5.927 |
– 527 |
0 |
5.400 |
||
1.3 |
Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden |
294.379 |
298.024 |
0 |
30.300 |
328.324 |
|
Subsidies |
|||||||
Transitiefaciliteit |
168 |
853 |
0 |
787 |
1 640 |
||
Marktontwikkeling in het kader van private sector development |
54.251 |
40.838 |
0 |
17.262 |
58.100 |
||
Wet en regelgeving |
5.000 |
6.000 |
0 |
0 |
6.000 |
||
Financiële sectorontwikkeling |
26.338 |
25.000 |
0 |
9.000 |
34.000 |
||
Versterking privaat ondernemerschap |
35.260 |
55.000 |
0 |
4.000 |
59.000 |
||
Infrastructuurontwikkeling |
75.587 |
88.250 |
0 |
– 5.250 |
83.000 |
||
Samenwerking bedrijfsleven en PPP's |
16.900 |
7.000 |
0 |
– 3.300 |
3.700 |
||
Versterking privaat ondernemerschap non-ODA |
2.794 |
2.200 |
0 |
0 |
2.200 |
||
Technische assistentie DGGF |
10.800 |
8.000 |
0 |
0 |
8.000 |
||
Bijdragen aan agentschappen |
|||||||
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland |
42.355 |
36.000 |
0 |
8.700 |
44.700 |
||
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
|||||||
International Labour Organization |
5.217 |
5.733 |
0 |
– 604 |
5.129 |
||
Partnershipprogramma ILO |
5.000 |
5.500 |
0 |
0 |
5.500 |
||
Landenprogramma's ondernemingsklimaat |
13.000 |
16.150 |
0 |
– 295 |
15.855 |
||
Bedrijfsmatige technische bijstand |
1.709 |
1.500 |
0 |
0 |
1.500 |
||
1.4 |
Dutch Good Growth Fund: intensivering van ontwikkelingsrelevante investeringen in en handel met ontwikkelingslanden door het Nederlandse en het lokale bedrijfsleven, met de focus op het MKB en bij uitzondering en onder condities grootbedrijf |
108.500 |
108.500 |
0 |
– 36.500 |
72.000 |
|
Subsidies/Leningen/Garanties |
|||||||
programma's Dutch Good Growth Fund |
108.500 |
108.500 |
0 |
– 36.500 |
72.000 |
||
Ontvangsten |
23.126 |
13.126 |
0 |
0 |
13.126 |
||
1.10 |
Ontvangsten duurzame handel en investeringen |
22 626 |
12.626 |
0 |
0 |
12.626 |
|
1.40 |
Ontvangsten DGGF |
500 |
500 |
0 |
0 |
500 |
Verplichtingen
Op het verplichtingenbudget is er een daling te zien van EUR 154 miljoen. Deze daling wordt voornamelijk veroorzaakt door het programma DRIVE (ontwikkelingsrelevante infrastructuurprojecten) in het kader van Private Sector Development (PSD). Voor dit programma is EUR 150 miljoen minder verplichtingenbudget nodig omdat de inschrijvingsronde voor 2017 is komen te vervallen. Daarnaast is regelgeving voor de bevoorschotting van beleidsgelden aan het Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), waar het fonds is belegd, gewijzigd. In plaats van halfjaarlijkse bevoorschotting vindt nu maandelijks een afrekening plaats. Deze onbestede middelen zullen worden ingezet voor het fonds ter bestrijding van kinderarbeid en in 2018 tot uitgaven leiden.
Uitgaven
Artikel 1.1
De daling wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door achterblijvende uitgaven van het fonds voor de bestrijding van kinderarbeid (EUR 4 miljoen). Het afronden van de benodigde tender procedures kost meer tijd dan verwacht.
Artikel 1.2
De per saldo daling van de uitgaven met EUR 11 miljoen komt enerzijds doordat er minder dan verwacht (EUR 10 miljoen) is uitgegeven aan het Dutch Trade and Investment Fund (DTIF). De reden hiervoor is dat de opstartfase langer duurt. Anderzijds leidt veranderde regelgeving voor bevoorschotting van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) er toe dat een deel van de uitgaven die voorzien waren in 2017 in 2018 zullen worden gedaan. De activiteiten voor versterking van de concurrentiepositie Nederland (de «Werkplaats» EUR -3,8 miljoen) zijn bij de RvO belegd.
Artikel 1.3
De per saldo toename van het budget met EUR 30 miljoen op dit artikel wordt veroorzaakt door de Nederlandse bijdrage aan het Women Entrepreneurs Financing Initiative (WeFi) van EUR 9 miljoen en een stijging in de uitvoeringskosten aan de RVO met EUR 8,7 miljoen. Ook wordt er EUR 17,2 miljoen meer uitgegeven aan Marktontwikkeling in het kader van private sector ontwikkeling in verband met de uitvoering van een nieuwe fase van het Trade Mark East Africa en Accelerating Trade West Africa. De verhoging van de uitgaven met EUR 4 miljoen voor versterking privaat ondernemerschap worden veroorzaakt door hogere uitgaven aan onder andere PSD apps. De lagere uitgaven op infrastructuurontwikkeling met EUR 5,2 miljoen en samenwerking bedrijfsleven en Publiek Private Partnerschappen (PPP’s) met EUR 3,3 miljoen worden veroorzaakt door de nieuwe bevoorschottingssystematiek van beleidsgelden aan de RVO.
Artikel 1.4
Bij het Dutch Good Growth Fund is sprake van een verlaging van EUR 36,5 miljoen. De totale vraag op de onderdelen (1) Investeren Nederlands mkb en (3) Exporteren Nederlands mkb binnen het DGGF valt in 2017 lager uit.
Beleidsartikel 2
Beleidsartikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid en water Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2017 (1) |
Stand 1e suppletoire begrot ing 2017 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2017 (4)=(2+3) |
|||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota 2017 |
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017 |
||||||
Verplichtingen |
476.815 |
790.466 |
0 |
55.640 |
846.106 |
||
Uitgaven: |
|||||||
Programma-uitgaven totaal |
660.072 |
661.579 |
0 |
8.934 |
670.513 |
||
waarvan juridisch verplicht |
93% |
100% |
|||||
2.1 |
Toename van voedselzekerheid |
347.795 |
347.795 |
0 |
0 |
347.795 |
|
Subsidies |
|||||||
Internationaal onderwijsprogramma voedselzekerheid |
0 |
510 |
0 |
0 |
510 |
||
Bevorderen inclusieve en duurzame groei in de agrarische sector |
73.886 |
71.990 |
0 |
0 |
71.990 |
||
Kennis en capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid |
77.013 |
53.795 |
0 |
0 |
53.795 |
||
Uitbannen huidige honger en voeding |
21.000 |
22.000 |
0 |
0 |
22.000 |
||
Bijdragen (inter) nationale organisaties |
|||||||
realiseren ecologische houdbare voedselsystemen |
31.998 |
30.000 |
0 |
0 |
30.000 |
||
Landenprogramma's voedselzekerheid |
143.898 |
169.500 |
0 |
0 |
169.500 |
||
2.2 |
Verbeterd waterbeheer, drinkwater en sanitatie |
195.210 |
195.210 |
0 |
0 |
195.210 |
|
Subsidies |
|||||||
Integraal waterbeheer |
32.895 |
32.895 |
0 |
0 |
32.895 |
||
Drinkwater en sanitatie |
41.140 |
41.140 |
0 |
0 |
41.140 |
||
Bijdragen (inter) nationale organisaties |
|||||||
Wereldbank |
10.000 |
10.000 |
0 |
0 |
10.000 |
||
Landenprogramma's integraal waterbeheer |
64.150 |
64.150 |
0 |
0 |
64.150 |
||
Landenprogramma's drinkwater en sanitatie |
47.025 |
47.025 |
0 |
0 |
47.025 |
||
2.3 |
Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen, tegengaan van klimaatverandering en vergrote weerbaarheid van de bevolking tegen onafwendbare klimaatverandering |
117.067 |
118.574 |
0 |
8.934 |
127.508 |
|
Subsidies |
|||||||
Hernieuwbare energie |
27.500 |
27.500 |
0 |
5.000 |
32.500 |
||
Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen en klimaat algemeen |
42.008 |
42.333 |
0 |
4.000 |
46.333 |
||
Bijdragen (inter) nationale organisaties |
|||||||
Klimaat: algemene vrijwillige en verplichte bijdragen |
18.140 |
18.140 |
0 |
1.000 |
19.140 |
||
GEF |
20.750 |
20.750 |
0 |
0 |
20.750 |
||
UNEP |
5.142 |
5.142 |
0 |
0 |
5.142 |
||
Landenprogramma's klimaatbeleid |
1.795 |
2.406 |
0 |
– 520 |
1.886 |
||
Centrale klimaat programma's (non-ODA) |
1.375 |
1.946 |
0 |
– 546 |
1.400 |
||
Contributie IZA/IZT |
357 |
357 |
0 |
0 |
357 |
Verplichtingen
Om de beleidsdoelstellingen te realiseren op het speerpunt «voedselzekerheid» is het verplichtingenbudget verhoogd voor diverse voedselzekerheidsprojecten. Het betreft bijvoorbeeld een nieuwe bijdrage aan het CGIAR Research Program on Agriculture for Nutrition and Health, de Global Alliance for Improved Nutrition en aan SNV.
Uitgaven
Geen toelichting.
Beleidsartikel 3
Beleidsartikel 3 Sociale vooruitgang Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2017 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2017 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2017 (4)=(2+3) |
|||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota 2017 |
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017 |
||||||
Verplichtingen |
222.763 |
396.200 |
0 |
52.372 |
448.572 |
||
Uitgaven: |
|||||||
Programma-uitgaven totaal |
727.524 |
717.148 |
0 |
11.703 |
728.851 |
||
waarvan juridisch verplicht |
96% |
100% |
|||||
3.1 |
Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen en een halt aan de verspreiding van HIV/aids |
416.784 |
416.784 |
0 |
16.910 |
433.694 |
|
Subsidies |
|||||||
Centrale programma's SRGR & HIV/aids |
168.914 |
166.903 |
0 |
18.490 |
185.393 |
||
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
|||||||
UNICEF |
10.000 |
11.000 |
0 |
0 |
11.000 |
||
UNAIDS |
18.000 |
18.000 |
0 |
0 |
18.000 |
||
Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis |
52.000 |
52.000 |
0 |
3.300 |
55.300 |
||
UNFPA |
65.500 |
68.500 |
0 |
– 8.500 |
60.000 |
||
WHO-PAHO |
6.713 |
6.713 |
0 |
1.810 |
8.523 |
||
Partnershipprogramma WHO |
11.683 |
11.683 |
0 |
1.810 |
13.493 |
||
Landenprogramma's SRGR & HIV/aids |
83.974 |
81.985 |
0 |
0 |
81.985 |
||
3.2 |
Gelijke rechten en kansen voor vrouwen |
53.989 |
43.699 |
0 |
0 |
43.699 |
|
Subsidies |
|||||||
Vrouwenrechten en gendergelijkheid |
42.289 |
31.739 |
0 |
0 |
31.739 |
||
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
|||||||
UNWOMEN |
7.000 |
7.000 |
0 |
0 |
7.000 |
||
Landenprogramma's gelijke rechten en kansen voor vrouwen |
4.700 |
4.960 |
0 |
0 |
4.960 |
||
3.3 |
Versterkt maatschappelijk middenveld |
221.451 |
221.365 |
0 |
– 8.222 |
213.143 |
|
Subsidies |
|||||||
Vakbondsmedefinancieringsprogramma |
2.451 |
2.451 |
0 |
– 7.722 |
– 5.271 |
||
Strategische partnerschappen |
219.000 |
218.064 |
0 |
0 |
218.064 |
||
Twinningsfaciliteit Suriname |
0 |
850 |
0 |
– 500 |
350 |
||
3.4 |
Toename van het aantal goed opgeleide professionals, versterking van hoger- en beroepsonderwijsinstellingen en het bevorderen van beleidsrelevant onderzoek |
35.300 |
35.300 |
0 |
3.015 |
38.315 |
|
Subsidies |
|||||||
Onderzoekprogramma's |
3.000 |
3.000 |
0 |
515 |
3.515 |
||
Internationale hoger onderwijsprogramma's |
32.300 |
32.300 |
0 |
2.500 |
34.800 |
Verplichtingen
Per saldo stijgt het budget voor verplichtingen met EUR 52 miljoen. Deze verhoging komt vooral vanwege nieuwe verplichtingen in het kader van «She Decides» (EUR 25 miljoen). Daarnaast wordt onder andere de verplichting aan The Global Fund to Fight AIDS, Tuberculosis and Malaria (GFATM) met EUR 10 miljoen verhoogd om uitvoering te geven aan de motie Van Laar van Veldhoven (Kamerstuk 34 550-XVII, nr. 29). De verplichting aan het United Nations Population Fund wordt verhoogd (EUR 3 miljoen) om uitvoering te geven aan het amendement Taveerne (Kamerstuk 34 550, nr. 16).
Uitgaven
Geen toelichting.
Beleidsartikel 4
Beleidsartikel 4 Vrede en veiligheid voor ontwikkeling Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2017 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2017 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2017 (4)=(2+3) |
|||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota 2017 |
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017 |
||||||
Verplichtingen |
329.990 |
557.743 |
0 |
165.373 |
723.116 |
||
Uitgaven: |
|||||||
Programma-uitgaven totaal |
469.106 |
714.474 |
0 |
– 24.000 |
690.474 |
||
waarvan juridisch verplicht |
71% |
100% |
|||||
4.1 |
Humanitaire hulp |
220.017 |
220.191 |
0 |
26.000 |
246.191 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
|||||||
UNHCR |
46.000 |
46.000 |
0 |
0 |
46.000 |
||
Wereldvoedselprogramma |
36.000 |
36.000 |
0 |
5.000 |
41.000 |
||
UNRWA |
13.000 |
13.000 |
0 |
6.000 |
19.000 |
||
Noodhulpprogramma's |
124.000 |
124.000 |
0 |
15.000 |
139.000 |
||
Noodhulpprogramma's non-ODA |
1.017 |
1.191 |
0 |
0 |
1.191 |
||
4.3 |
Rechtstaatontwikkeling, wederopbouw, vredesopbouw, versterkte legitimiteit van democratische structuren en tegengaan van corruptie |
191.718 |
333.935 |
0 |
– 50.000 |
283.935 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
|||||||
landenprogramma's legitieme en capabele overheid |
1.530 |
1.789 |
0 |
– 1.000 |
789 |
||
Landenprogramma's functionerende rechtsorde |
79.126 |
98.176 |
0 |
701 |
98.877 |
||
Landenprogramma's inclusieve en politieke processen; vredesdialoog en conflictpreventie |
4.500 |
4.500 |
0 |
2.000 |
6.500 |
||
functionerende rechtsorde |
10.000 |
10.000 |
0 |
0 |
10.000 |
||
Inclusieve politieke processen: vredesdialoog en conflictpreventie |
31.287 |
21.287 |
0 |
– 1.576 |
19.711 |
||
Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen |
46.000 |
66.000 |
0 |
0 |
66.000 |
||
Legitieme en capabele overheid |
19.275 |
19.966 |
0 |
– 125 |
19.841 |
||
Vluchtelingenopvang in de regio |
0 |
112.217 |
0 |
– 50.000 |
62.217 |
||
4.4 |
Noodhulpfonds |
57.371 |
160.348 |
0 |
0 |
160.348 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
|||||||
Noodhulpfonds |
57.371 |
160.348 |
0 |
0 |
160.348 |
Verplichtingen
De per saldo verhoging van de verplichtingen met EUR 165,3 miljoen komt hoofdzakelijk door de ophoging van het budget voor humanitaire hulp. Het betreft onder meer nieuwe meerjarige verplichtingen aan het UN Central Emergency Response Fund (CERF), het Rode Kruis (ICRC) en OCHA, het UN Office for the Coordination of Humanitarian Affairs.
Uitgaven
Artikel 4.1
De uitgaven voor humanitaire hulp worden met EUR 26 miljoen verhoogd. Zo wordt er een extra bijdrage gedaan aan het United Nations Relief and Works Agency (UNRWA) van EUR 6 miljoen, het wereldvoedselprogramma van EUR 5 miljoen en een bijdrage van EUR 15 miljoen aan diverse noodhulpprogramma’s in Zuid-Soedan, Jemen, de Centraal Afrikaanse Republiek en Somalië.
Artikel 4.3
De per saldo daling van de uitgaven met EUR 50 miljoen komt doordat een deel van de middelen voor vluchtelingenopvang in de regio pas in 2018 en 2019 tot betaling komt. De verplichtingen zijn reeds aangegaan. Daarnaast wordt er EUR 2 miljoen meer uitgegeven aan landenprogramma’s in Oeganda, Rwanda en Zuid-Soedan die werken aan inclusieve politieke processen op het gebied van vredesdialoog en conflictpreventie.
Beleidsartikel 5
Beleidsartikel 5 Versterkte kaders voor ontwikkeling Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2017 (1) |
Stand 1e suppletoire begroting 2017 (2) |
Mutaties 2e suppletoire begroting (3) |
Stand 2e suppletoire begroting 2017 (4)=(2+3) |
|||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota 2017 |
Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2017 |
||||||
Verplichtingen |
27.767 |
299.078 |
0 |
29.814 |
328.892 |
||
waarvan garantieverplichtingen |
|||||||
Uitgaven: |
|||||||
Programma-uitgaven totaal |
– 107.631 |
145.000 |
75.702 |
22.838 |
243.540 |
||
waarvan juridisch verplicht |
100% |
97% |
|||||
5.1 |
Versterkte multilaterale betrokkenheid |
135.120 |
142.515 |
0 |
– 61 |
142.454 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
|||||||
UNDP |
28.000 |
28.000 |
0 |
0 |
28.000 |
||
UNICEF |
14.000 |
14.000 |
0 |
0 |
14.000 |
||
UNIDO |
1.950 |
1.950 |
0 |
– 90 |
1.860 |
||
Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen |
66.358 |
73.753 |
0 |
0 |
73.753 |
||
Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken |
6.453 |
6.453 |
0 |
29 |
6.482 |
||
Speciale multilaterale activiteiten |
9.359 |
9.359 |
0 |
0 |
9.359 |
||
Assistent-deskundigen programma |
9.000 |
9.000 |
0 |
0 |
9.000 |
||
5.2 |
Overig armoedebeleid |
71.952 |
71.437 |
0 |
– 1.942 |
69.495 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
|||||||
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling |
10.404 |
11.088 |
0 |
– 1.327 |
9.761 |
||
Voorlichting op het terrein van ontwikkelingssamen-werking |
3.250 |
2.650 |
0 |
– 500 |
2.150 |
||
Schuldverlichting |
52.480 |
52.480 |
0 |
0 |
52.480 |
||
Unesco |
4.400 |
4.400 |
0 |
– 115 |
4.285 |
||
Overige |
|||||||
Overige |
0 |
819 |
0 |
0 |
819 |
||
5.3 |
Bijdrage aan migratie en ontwikkeling |
15.000 |
25.000 |
0 |
0 |
25.000 |
|
Subsidies |
|||||||
Migratie en ontwikkeling |
5.000 |
5.000 |
0 |
0 |
5.000 |
||
Diversen |
|||||||
Migratie en ontwikkeling |
10.000 |
20.000 |
0 |
0 |
20.000 |
||
5.4 |
Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen |
– 329.703 |
– 93.952 |
75.702 |
24.841 |
6.591 |
|
Ontvangsten |
77.082 |
77.082 |
0 |
0 |
77.082 |
||
5.20 |
Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen |
45.906 |
45.906 |
0 |
0 |
45.906 |
|
5.21 |
Ontvangsten OS |
31.176 |
31.176 |
0 |
0 |
31.176 |
|
5.22 |
Koersverschillen OS |
pm |
pm |
pm |
pm |
pm |
|
5.23 |
Diverse ontvangsten non-ODA |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Verplichtingen
De verhoging van het verplichtingenbudget betreft de Nederlandse bijdrage aan de International Development Association (IDA) van de Wereldbank. Omdat de bijdrage in een andere valuta dan de Euro geschiedt en daarmee koersschommelingen ontstaan is het nodig de verplichtingenraming hiervoor bij te stellen.
Uitgaven
Artikel 5.4
De totale mutatie van per saldo EUR 100,5 miljoen bestaat met name uit een BNI-bijstelling en een verlaging van de toerekening van de eerstejaars asielopvang. De BNI-bijstelling van EUR 75,7 miljoen wordt verklaard door de Macro Economische Verkenning (MEV) van het Centraal Planbureau (CPB) die is gemeld bij de Miljoenennota. Daarnaast leiden aanpassingen in met name de toerekening voor de eerstejaars asielopvang, tot een verlaging van deze uitgaven met EUR 32,8 miljoen. De mutatie van EUR 24,8 miljoen betreft een som van mutaties van ODA-middelen die binnen de HGIS in 2017 niet tot besteding zijn gekomen. De middelen worden geparkeerd op het verdeelartikel.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34845-XVII-2.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.