34 775 IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2018

Nr. 51 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 augustus 2018

Hierbij beantwoord ik de schriftelijke vragen d.d. 18 juli 2018 van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties naar aanleiding van het werkbezoek dat de commissie onlangs heeft afgelegd aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba (Kamerstuk 34 775 IV, nr. 48). Deze antwoorden worden mede namens de Staatssecretaris van SZW aan u aangeboden.

Bijgevoegd vindt u ook het Sint Maarten National Recovery and Resilience Plan1, zoals ik u toe heb gezegd in mijn brief van 23 maart 20182.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops

Beantwoording Kamervragen naar aanleiding van werkbezoek Kamerleden Saba, Sint Eustatius en Bonaire

1.

Is alternatieve energie, naast de zonneweiden op Saba en Sint Eustatius, speerpunt in het energiebeleid voor Saba, Sint Eustatius en Bonaire?

Een duurzame energievoorziening is van groot belang in Caribisch Nederland, evenals veiligheid, leveringszekerheid en betaalbaarheid van energie. Ik verwijs u hiervoor naar de brief en het onderzoeksrapport van 15 februari 20173, en naar de beantwoording van de Kamervragen van de leden Jetten en Diertens door de Minister van EZK, mede namens mij, die 13 juni 2018 aan uw Kamer is aangeboden4.

2.

Zijn de elektriciteitsprijzen per 1 juli 2018 op de eilanden weer verhoogd? Kan het zijn dat de aanbieder nu een extra verhoging heeft ingevoerd (hetgeen wettelijk kan maar tot onrust leidt omdat er met slechts één aanbieder geen marktwerking is)? Is er sprake van oneigenlijke verhogingen?

Omdat er geen marktwerking is, stelt de Autoriteit Consument en Markt (ACM) jaarlijks de (maximum)-tarieven voor elektriciteit en drinkwater in Caribisch Nederland vast, conform de Wet elektriciteit en drinkwater BES. De regulering door ACM voorkomt misbruik van de machtspositie die de respectieve bedrijven als enig aanbieder op elk van de eilanden hebben. Halfjaarlijks kunnen de tarieven aangepast worden op grond van de gestegen prijs van olie op de wereldmarkt. Dit was het geval per 1 juli 2018. Zie: https://www.acm.nl/nl/onderwerpen/caribisch-nederland/regulering-energie-en-drinkwater/elektriciteitstarieven.

3.

Per 1 juli 2018 is de maximum leeftijd voor pleegzorg in Nederland van 18 naar 21 gegaan; geldt dit ook voor Bonaire, Saba en Sint Eustatius? Zo ja, betaalt het Ministerie van SZW deze voorzieningen ook voor de inwoners van deze eilanden die een beroep doen op deze voorziening?

Van het Ministerie van VWS ontvangen ouders die pleegzorg verlenen aan een jeugdige via Jeugdzorg en Gezinsvoogdij Caribisch Nederland (JGCN) een vergoeding. In de brief van de Staatssecretaris van VWS aan de Tweede Kamer van 22 juni 20185 is aangegeven dat de Staatssecretaris aan JGCN heeft gevraagd een nieuw kader voor de pleegzorg(vergoeding) op te stellen. Daarbij zal JGCN ook pleegzorg na het 18e jaar betrekken.

4.

Kunt u in het kader van armoedebeleid aangeven of de onderstand en daaraan gekoppelde uitkeringen op Bonaire, Saba en Sint Eustatius volgens Nederlandse wetgeving bijgesteld moeten worden? Zo ja, in hoeverre is dat al gebeurd?

Het kabinet zet in op een gelijkwaardig voorzieningenniveau dat past binnen de specifieke context van Caribisch Nederland. Er is geen (Europees) Nederlandse regelgeving van toepassing. Jaarlijks vindt de vaststelling van consumentenprijsindexcijfers voor Caribisch Nederland plaats. Verder wordt in reactie op het onderzoek van Regioplan (zie kabinetsreactie onderzoek ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland6) de onderstand verhoogd waardoor mensen in de onderstand die zelfstandig wonen per 1 januari 2019 uitkomen op minimaal 55 procent van het wettelijk minimumloon.

Ook wordt de kinderbijslag op Caribisch Nederland per 1 januari 2019 met 50 procent verhoogd naar circa $ 60 per maand (het definitieve bedrag wordt mede aan de hand van de ontwikkeling van het consumentenprijsindexcijfer bepaald). Het betreft extra financiële inzet bovenop de in het Regeerakkoord opgenomen intensivering op de kindregelingen in Europees Nederland, waarvan een naar rato deel wordt ingezet voor Caribisch Nederland. In 2020 komt daar – eveneens op grond van het Regeerakkoord – circa $ 2,50 per maand bij.

5.

Kunt u reageren op de navolgende stelling van het Cooperative Platform St Eustatius: «Heeft de studie niet aan de doelstellingen voldaan of wil het kabinet om de een of andere reden het sociaal minimum niet vaststellen? Het lijkt er eigenlijk op dat het kabinet de wens van het parlement niet wil honoreren, namelijk om te komen tot een sociaal minimum voor de eilanden, en voor de voorzienbare toekomst de boot blijft afhouden» (bron: coöperative Platform St Eustatius, July 13th, 2018)

Met het in de kabinetsreactie onderzoek ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland aangekondigde pakket van maatregelen, pakt het kabinet over de volle breedte het verbeteren van de bestaanszekerheid aan. Ten eerste wordt ingezet op een verhoging van inkomens en uitkeringen gericht op de groepen waar de problematiek het grootste is. Ten tweede wordt ingezet op verlaging van de kosten van levensonderhoud, met de nadruk op wonen, nutsvoorzieningen en levensmiddelen. Het werken aan de economie en arbeidsmarkt van de eilanden speelt daarbij als derde spoor overkoepelend een belangrijke rol.

De uitkomst van het onderzoek van Regioplan fungeert daarbij als een stip op de horizon en referentiepunt voor gerichte maatregelen. De Tweede Kamer heeft het kabinet verzocht om de per 1 maart 2017 doorgevoerde verhoging van de onderstand geen sociaal minimum te noemen en het sociaal minimum vast te stellen op basis van de kosten van levensonderhoud. Het vorige kabinet heeft daarop besloten tot een onafhankelijk onderzoek naar de kosten voor levensonderhoud, om zo op basis van objectiveerbare gegevens tot een sociaal minimum te kunnen komen. Hierbij is wel aangetekend dat het vast te stellen sociaal minimum niet onmiddellijk het niveau zal kunnen zijn waaraan het wettelijk minimumloon en de uitkeringen worden gerelateerd. Het sociaal minimum fungeert als een stip op de horizon en referentiepunt voor gerichte maatregelen.7

6.

Is het mogelijk dat ook op Bonaire, Saba en Sint Eustatius huursubsidie wordt verstrekt?

Zoals in de kabinetsreactie onderzoek ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland is aangegeven, bekijkt de Minister van BZK, samen met de Staatssecretaris van BZK als coördinerend bewindspersoon voor Caribisch Nederland, naar alternatieve mogelijkheden voor huurcompensatie in Caribisch Nederland. Uw kamer wordt hierover geïnformeerd zodra duidelijk is wat de (praktische) mogelijkheden zijn om hier invulling en uitvoering aan te geven. De mogelijkheid van een vereenvoudigde vorm van huursubsidie zal in deze verkenning worden meegenomen.

7.

Kan onderzocht worden of, al dan niet als experiment, op Saba en Sint Eustatius een loket juridische/notariële zaken ingericht kan worden zodat kleine zaken snel en kundig kunnen worden opgelost en notariële aktes op Saba kunnen worden gepasseerd?

In de brief van 5 februari jl.8 heb ik aangegeven dat er in Saba een pilot is gestart om laagdrempelige juridische bijstand en mediation mogelijk te maken. In de praktijk krijgt de uitbreiding van het algemeen verwijsloket bij de Rijksdienst Caribisch Nederland vorm door de hier genoemde pilot. Dit initiatief wordt samen met de ketenpartners vormgegeven en is vanuit het Ministerie van BZK financieel ondersteund. Met de financiële bijdrage van mijn ministerie, die ik Saba eind vorig jaar heb toegekend, wordt gewerkt aan het onderzoeken voor de mogelijkheden van de oprichting van een juridisch loket of soortgelijke laagdrempelige verwijsvoorziening op elk van de drie Caribische gebiedsdelen. Eind 2018 zal Saba rapporteren over de voortgang.

De Bovenwindse eilanden worden door notarissen van Sint Maarten bediend. Voor een eigen notaris ten behoeve van de twee eilanden is onvoldoende (ambts-)werk. Met deze werkwijze worden de bewoners van de eilanden voorzien van de diensten van een notaris. Het Ministerie van Justitie en Veiligheid heeft een subsidie toegekend aan de notaris die vanuit Sint Maarten notariële dienstverlening verricht op Saba en Sint Eustatius. Deze subsidie dekt de extra kosten van de notaris die niet bij de cliënt in rekening kunnen worden gebracht. Het passeren van notariële akten is ook aan de orde gekomen bij het bezoek van Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid en mijzelf aan de Bovenwindse eilanden eind april/ begin mei jl. Voor het formaliseren van de bevoegdheid van de notarissen afkomstig van Sint Maarten is met het Ministerie van Justitie op Sint Maarten afgesproken dat het Land Sint Maarten de relevante Landsverordening zal aanpassen, zodat de notarissen uit Sint Maarten ook op Saba en Sint Eustatius akten kunnen passeren. In artikel 79 van de Wet op het notarisambt BES is expliciet bepaald dat de Sint Maartense notarissen bevoegd zijn om akten op te maken voor Saba en Sint Eustatius, voor zover er geen notaris op de eilanden is gevestigd. Daarmee is in de Nederlandse rechtsorde de bevoegdheid van de notaris geregeld.

8.

In het kader van onderwijs, communicatie, bankservices etc. is goed internet van groot belang; welke acties worden ondernomen om het internet op de eilanden kwalitatief te verbeteren en uit te breiden zodat internet voor iedereen toegankelijk is?

In beginsel ligt hier een verantwoordelijkheid bij de telecomaanbieders zelf. Die hebben daar al stappen in gezet door bijvoorbeeld de uitrol van 4G/LTE netwerken voor mobiel internet. Dit is mogelijk gemaakt door het toestaan van techniekneutraliteit9. Daarnaast wordt er op de eilanden glasvezel of VDSL uitgerold. Als voorbeelden wil ik Eutel en Telbo aanhalen. Op Sint Eustatius is Eutel met behulp van de subsidie van het Ministerie van EZK aan de slag gegaan met het uitrollen van VDSL voor haar vaste netwerk (o.a. alle scholen zullen daarbij verbinding krijgen). Eutel heeft aangegeven dat met dit project de internetsnelheid zal toenemen van 1.5–5 Mb naar 5–40 Mb. Op Bonaire heeft Telbo een glasvezelproject uitgevoerd om de omgeving van Rincon te ontsluiten, eveneens een project dat zonder subsidie van het Ministerie van EZK niet mogelijk was geweest.

Ook zouden in de wetgeving nadere eisen kunnen worden gesteld aan dekking en capaciteit van de netwerken. Dit sluit aan op het traject waar het Ministerie van EZK mee is begonnen. Op dit moment wordt kritisch gekeken naar een herziening van wet- en regelgeving. Uitgangspunt is een flexibele wet waarbij in lagere regelgeving onderdelen verder kunnen worden ingeregeld, al dan niet gedifferentieerd naar eiland. Naar verwachting kunnen conceptteksten dit najaar voor consultatie aan de eilanden worden voorgelegd.

9.

Kan het Bestuurscollege van Saba nu zelfstandig oordelen over het toekennen van werkvergunningen? Is daar nog overleg met de IND voor nodig?

Tewerkstellingsvergunningen moeten worden aangevraagd door de werkgever en worden verstrekt op basis van de Wet arbeid en vreemdelingen BES (Wav BES). Een werkgever dient de aanvraag in bij de IND. De IND stuurt de aanvraag tewerkstellingsvergunning met de bewijstukken door naar de RCN-unit SZW die de aanvraag inhoudelijk beoordeelt. De RCN-unit SZW is verantwoordelijk voor het verstrekken van een tewerkstellingsvergunning.

Een werkgever moet inspanningen verrichten om een arbeidsplaats te vervullen met lokale arbeidskrachten die beschikbaar zijn (de zogenaamde arbeidsmarkttoets). Recent zijn met Saba afspraken gemaakt om de arbeidsmarkttoets, die wordt gezien als te bureaucratisch met een te langdurige procedure, te verbeteren. Hierover heb ik de Tweede Kamer op 26 juni 201810 geïnformeerd.

10.

Klopt het dat Bonaire, Saba en Sint Eustatius worden gezien als buitengrenzen van de Europese Unie? Zo ja, kunt u dan uitleggen hoe men vanuit Bonaire, Saba en Sint Eustatius direct verder zou kunnen reizen binnen de Europese Unie?

Nee, de BES-eilanden kunnen niet gezien worden als buitengrens van de Europese Unie. Het lidmaatschap van de EU is beperkt tot het Europese deel van Nederland. Europeesrechtelijk hebben de BES-eilanden, net als de Caribische landen binnen het Koninkrijk (Aruba, Curaçao en Sint-Maarten), de status van Landen en Gebieden Overzee (LGO). Dit zijn gebieden die vanwege een historische band een speciale relatie hebben met een lidstaat in de Europese Unie. Vanwege deze speciale relatie is er overeengekomen de LGO te associëren met de Europese Unie. Deze associatie is geregeld in het vierde deel van het EU-werkingsverdrag, waarin de specifieke LGO-bepalingen staan, nader uitgewerkt in het zogeheten EU-LGO besluit. Op grond hiervan is een beperkt aantal EU-regelingen van toepassing voor de LGO.

Alleen reizigers met de nationaliteit van één van de EU-lidstaten en personen met een visumvrije nationaliteit voor het Schengengebied kunnen vanaf de BES-eilanden direct doorreizen naar het Schengengebied. Visumplichtige nationaliteiten moeten een visum aanvragen. Elke inwoner van een LGO die de nationaliteit van een van de lidstaten heeft, beschikt over het EU-burgerschap. Gevolg hiervan is dat op basis van het EU-recht voormelde inwoners het recht wordt verleend op vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten onder dezelfde voorwaarden als iedere andere EU-burger.

11.

Is het mogelijk om armoedebeleid de verantwoordelijkheid te maken van de afzonderlijke eilanden Bonaire, Saba en Sint Eustatius, al naar gelang de financiële en bestuurlijke deugdelijkheid van de verschillende eilanden dat toelaat? Zo nee, waarom niet?

Het Rijk is verantwoordelijk voor het inkomensbeleid (vaststellen hoogte wettelijk minimumloon en uitkeringen) en de bijzondere onderstand. Het armoedebeleid is sinds 10-10-2010 een taak van de openbare lichamen. Via de vrije uitkeringen uit het BES-fonds ontvangen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba middelen om deze taak uit te voeren, net zoals gemeenten middelen krijgen uit het gemeentefonds. Het kabinet roept de openbare lichamen op om hun middelen gericht in te zetten en hun eilandelijk armoedebeleid te expliciteren in een verordening of beleidsregels, zodat de aanspraken voor de burger kenbaar zijn. Het kabinet is niet voornemens deze taakverdeling tussen Rijk en openbaar lichaam te wijzigen.

12.

In hoeverre is de vrije uitkering een goede afspiegeling van de kosten die de eilanden Bonaire, Saba en Sint Eustatius moeten maken? Is de vrije uitkering kostendekkend voor de verplichte uitgaven die de eilanden moeten doen aan bij voorbeeld onderhoud van wegen en gebouwen?

In 2015 is onderzoek gedaan naar de hoogte van de vrije uitkering. Uit dit onderzoek bleek dat deze niet toereikend is voor het uitvoeren van de eilandelijke taken. Het vorige kabinet heeft ervoor gekozen niet de vrije besteedbare middelen te verhogen, maar in te zetten op de adequate uitvoering van reeds extra ter beschikking gestelde middelen en reeds gedane (Rijks)investeringen (NB: de totale middelen voor Caribisch Nederland zijn sinds 2010 omhooggegaan van 113 naar 360 miljoen euro). Dit kabinet continueert deze lijn en stelt in het Regeerakkoord bovendien nog extra middelen ter beschikking voor eilandelijke taken (onder meer 5 miljoen euro structureel voor exploitatie infrastructuur). Ook heeft het kabinet een regio envelop voor Caribisch Nederland van 30 miljoen euro beschikbaar gesteld met als doel het economisch perspectief in Caribisch Nederland te verbeteren.11 Daarnaast is per voorjaarsnota 2018 besloten dat vanaf 2018 naast prijsindexatie op de vrije uitkering ook loonindexatie plaatsvindt. Tot 2018 vond alleen prijsindexatie plaats. Bovendien loopt de bekostiging van de eilandelijke taken niet alleen via de vrije uitkering, maar zijn er ook incidentele bijdragen. De openbare lichamen genereren daarnaast ook middelen uit eilandelijke inkomsten, zoals lokale belastingen en heffingen. Binnen het geheel van de vrije uitkering en de eigen eilandelijke inkomsten is het aan de openbare lichamen hoe deze te besteden.

13.

De kosten van de netwerken voor elektriciteit en water worden in Nederland gesocialiseerd, waarmee een inwoner van Texel hetzelfde voor de kosten van het netwerk betaalt als iemand uit Amsterdam; worden de eilanden Bonaire, Saba en Sint Eustatius meegenomen in deze systematiek? Zo nee, waarom niet?

Ja, door een subsidie van het Ministerie van EZK zijn de netbeheertarieven voor eindgebruikers in Bonaire, Saba en Sint Eustatius even hoog als voor eindgebruikers in Europees Nederland. De Europees Nederlandse tarieven zijn leidend voor de berekening van deze subsidie. Na ontvangst van subsidie hoeven deze bedrijven minder kosten aan de eindgebruikers in rekening te brengen. Er is niet gekozen voor een socialisatie van tarieven, zoals voor drinkwater in Europees Nederland. Enerzijds vanwege de geografische afstand, anderzijds vanwege de hoge administratieve lasten die dit voor de drinkwaterbedrijven met zich mee zou brengen.

Ook maakt de Europees-Nederlandse drinkwaterregelgeving het lastig om Nederlandse drinkwaterbedrijven te verplichten kosten voor Caribisch-Nederland naar hun Europees-Nederlandse klanten te belasten.

14.

Zo nee, kunt u dan een overzicht geven van de prijzen voor Europees Nederland en voor Saba, Sint Eustatius en Bonaire (zowel de vaste als de variabele tarieven)?

De ACM reguleert de tarieven voor de netbeheerders van elektriciteit in Europees Nederland door maximale tarieven te bepalen, zie https://www.acm.nl/nl/onderwerpen/energie/netbeheerders/tariefregulering-besluitenoverzicht. De tarieven voor levering komen op de markt tot stand. Zie verder het antwoord op vraag 2. Voor wat betreft de kosten en tarieven van elektriciteit verwijs ik naar de brief hierover van 15 februari 201712.

Ook voor drinkwater bepaalt de ACM jaarlijks maximumtarieven, conform de Wet elektriciteit en drinkwater BES. Deze tarieven gelden alleen voor Bonaire en St-Eustatius. De tarieven worden jaarlijks vastgesteld door de openbare lichamen van de Caribisch Nederlandse eilanden en zijn afhankelijk van het gebruik van drinkwater. Voor een overzicht van de drinkwatertarieven, zie: https://www.acm.nl/nl/onderwerpen/caribisch-nederland/regulering-energie-en-drinkwater/drinkwatertarieven.

Saba heeft geen drinkwaterleidingnet, omdat de meeste huizen een eigen wateropslag bij het huis hebben, de «cisternen». Hierdoor zijn er geen door ACM geadviseerde tarieven. Alleen in de droge maanden wordt er drinkwater geproduceerd. Nederland subsidieert het transport van dit drinkwater. Saba heeft onlangs transportleidingen aangelegd naar hoger gelegen wijken. Hierdoor is het geproduceerde drinkwater zo’n 60% goedkoper geworden.

Voor wat betreft de kosten en tarieven van drinkwater in Nederland verwijs ik u graag naar http://www.vewin.nl/producten.

15.

Investeringen in bijvoorbeeld duurzame energie en internet leveren wel een verbetering in verduurzaming resp. verbetering van internet op, maar geen prijsverlaging voor de consument, omdat kosten over een kleine groep inwoners wordt verdeeld: is het mogelijk om (een deel van) de investeringen voor rekening van het rijk te laten zijn en de instandhouding voor kosten van het eiland?

De zonneweides op Sint Eustatius en Saba zijn met subsidie van het Rijk tot stand gekomen. Bonaire heeft uitgewerkte plannen voor de plaatsing van duurzame energieproductie waarvoor geen subsidie nodig is. Hiernaast is er een wettelijke grondslag om de kosten van netbeheer in Caribisch Nederland te beperken tot het Europees Nederlandse niveau door middel van tariefsubsidie. De kosten van netbeheer betreffen vooral afschrijving op investeringen.

De kosten en daarmee elektriciteitstarieven van conventionele en duurzame productie staan beschreven in het onderzoeksrapport «Renewable Energy Future for the Dutch Caribbean Islands Bonaire, Sint Eustatius and Saba». In welke mate de kosten beperkt kunnen worden, hangt af van de olieprijs en de kosten van financiering van de kapitaalintensieve verduurzaming. Zie hiervoor ook het antwoord op vraag 1.

Feitelijke ontwikkelingen zoals het uitrollen van 4G of het aanleggen van VDSL of glasvezel wijzen op verbeteringen in de afgelopen jaren, maar het blijft een grote uitdaging om telecomdiensten aan te bieden op basis van een moderne standaard en tegen een aantrekkelijk/aanvaardbaar tarief. Dit zal ook in toekomst moeilijk blijven, gegeven de beperkte grootte van de eilanden en daarmee de verdien- en investeringscapaciteit.

Op het gebied van telecom is de inzet van het Ministerie van EZK het verbeteren van de dienstverlening en het kostenniveau. Zoals ook onder vraag 8 aangegeven, wordt op dit moment gewerkt aan een herziening van de telecomwet- en regelgeving. Uitgangspunt is een flexibele wet waarbij in lagere regelgeving onderdelen verder kunnen worden ingeregeld. De planning is erop gericht om deze wet in het najaar ter consultatie aan de openbare lichamen en lokale marktpartijen aan te bieden.

16.

Waarom is gekozen voor een apart politiekorps voor Caribisch Nederland? Waarom is de politie op Bonaire, Saba en Sint Eustatius geen onderdeel van de Nationale Politie?

De afspraken zoals vastgelegd in de slotverklaring van het bestuurlijk overleg over de toekomstige staatkundige positie van Sint Maarten en Curaçao van november 2006 hebben richting gegeven aan de inrichting en ophanging van de politie in de voormalige Nederlandse Antillen. Hierbij is gekozen voor de inbedding in de regio zodat onderlinge samenwerking en steun in de regio kan worden gewaarborgd. Dit sluit ook aan bij de keuze die is gemaakt in het breder verband van de rechtshandhaving en rechtspleging zoals neergelegd in de diverse slotverklaringen.

17.

Wat zijn uw opvattingen over (de datum voor) het houden van verkiezingen op Sint Eustatius? Is te overwegen om op het eiland verkiezingen te houden voor een politieke adviesraad, die de regeringscommissaris niet kan aansturen maar wel kan adviseren?

Over het al dan niet plaats kunnen vinden van eilandsraadsverkiezingen is in de Tijdelijke wet Taakverwaarlozing Sint Eustatius opgenomen dat indien de omstandigheden zodanig zijn gewijzigd dat mag worden verwacht dat het bestuur van het openbaar lichaam Sint Eustatius zijn taken zelf naar behoren kan vervullen, er op voordracht van Onze Minister bij koninklijk besluit, in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad, wordt bepaald dat in het openbaar lichaam Sint Eustatius verkiezingen voor de eilandsraad zullen plaatsvinden (Tijdelijke wet Taakverwaarlozing, artikel 8 eerste lid). Indien niet vóór 1 december 2018 een besluit als bedoeld in het eerste lid is bekendgemaakt, blijven de eerstvolgende reguliere verkiezingen voor de eilandsraad in het openbaar lichaam Sint Eustatius achterwege. In dat geval zullen er in maart 2019 geen verkiezingen gehouden worden. De voortgangsrapportage Sint Eustatius die medio november uw Kamer toekomt zal ingaan op de vraag of er wel of geen verkiezingen in maart 2019 zullen plaatsvinden.

18.

Kunt u met betrekking tot de vliegmaatschappij Winair (waar Nederland een minderheidsaandeel in heeft) een factsheet met basisgegevens aanleveren: eigendomssituatie, key performance indicators, aantal medewerkers, FTE’s, de financiële situatie over de afgelopen 5 jaar, salarisniveau van de top, vliegtax voor de verschillende eilanden? Klopt het dat vluchten naar Saba en Sint Eustatius met enige regelmaat worden gecanceld ten faveure van vluchten naar St Barths? Kan er tevens een overzicht worden gegeven van de vliegprijzen tussen de eilanden met verschillende vliegmaatschappijen?

Een deel van de gevraagde informatie is opgenomen in het Jaarverslag Beheer Staatdeelnemingen van het Ministerie van Financiën. Het meest recente jaarverslag, over 2016, is op 7 september 2017 naar de Kamer gestuurd13. Hieronder een overzicht met gevraagde informatie.

Eigendomsverhoudingen

Winair is een naamloze vennootschap met twee aandeelhouders. Het land Sint Maarten heeft 92,05% van de aandelen van Winair. De Nederlandse Staat heeft een aandelenbelang van 7,95%. Zoals genoemd in het Jaarverslag Beheer Staatsdeelnemingen heeft de Nederlandse Staat dit aandelenpakket per oktober 2010 verkregen om betrouwbare, veilige en kostenefficiënte bereikbaarheid van Saba en Sint Eustatius – een publiek belang – zo goed mogelijk te borgen.

Financiële situatie (€ mln.)

 

2017

2016

2015

2014

2013

Eigen vermogen

– 2

– 1

– 4

– 6

– 5

Vreemd vermogen

8

8

10

9

9

Inkomsten

21

24

21

16

13

Winst

– 1

4

3

– 1

1

Het jaarverslag van Winair over 2017 wordt goedgekeurd in de aandeelhoudersvergadering in september 2018. Winair heeft door de orkanen in september 2017, met name Irma, veel materiële schade geleden aan onder andere het hoofdkantoor en inventaris. Daarnaast kreeg Winair door de orkaanschade op de eilanden ook te maken met een sterke terugval van de vervoersvraag. Hierdoor heeft Winair in 2017 verlies gemaakt.

Bedrijfsspecifieke kerncijfers

 

2017

2016

2015

2014

2013

Bezettingsgraad (%)

54

56

63

56

59

Aantal passagiers

187.761

216.882

189.424

189.291

161.270

Aantal werknemers

98

115

118

126

128

Aantal vluchten

18.981

22.850

19.220

18.639

16.924

Aantal bestemmingen

14

12

9

6

5

Salarisniveau directie (€ 1.000)

 

2017

2016

2015

2014

2013

CEO

179

179

179

168

208

CFO

129

129

129

129

131

Over de vraag of het klopt dat vluchten naar Saba en Sint Eustatius regelmatig worden gecanceld ten gunste van vluchten naar St. Barths is contact opgenomen met de CEO en de voorzitter van de Raad van Commissarissen van Winair. Zij geven aan dat Winair nooit vluchten naar Saba en Sint Eustatius heeft geschrapt om te kunnen vliegen op andere bestemmingen. Alleen vanwege weersomstandigheden en technische problemen zijn soms vluchten geschrapt.

Verder is gevraagd naar ticketprijzen voor vluchten tussen de eilanden met verschillende luchtvaartmaatschappijen en naar de belastingen/heffingen die van toepassing zijn. Aangenomen wordt dat hier de verbindingen tussen Sint Maarten en Saba/Sint Eustatius worden bedoeld. Winair is de enige luchtvaartmaatschappij die lijndiensten uitvoert tussen deze eilanden (vanaf thuisbasis Sint Maarten 4 maal per dag v.v. op Saba en 4,5 maal per dag v.v. op Sint Eustatius). De ticketprijzen van Winair worden vermeld op de website van Winair, https://www.fly-winair.sx/.

Voor retourvluchten Sint Maarten – Sint Eustatius variëren de tarieven inclusief belastingen en heffingen van ca. 145 US dollar tot 220 US dollar voor een volledig flexibel ticket. Dit is inclusief ca. 38 US dollar aan heffingen/belastingen op Sint Maarten voor vertrekkende passagiers (11 dollar passenger security fee, 22 dollar airport departure taks en 5,50 dollar airport improvement fee) en een security fee van 2 dollar op Sint Eustatius per vertrekkende passagier.

Voor een retour Sint Maarten – Saba variëren de tarieven inclusief belastingen en heffingen van ca. 133 US dollar tot ca. 197 US dollar voor een volledig flexibel ticket. Hierbij zijn ook de hierboven genoemd belastingen en heffingen op Sint Maarten van toepassing.

Verder wordt op Sint Eustatius door de luchthaven een airport departure fee in rekening gebracht van 15 dollar en op Saba van 10 dollar per vertrekkende passagier die ter plekke door de passagier moet worden betaald en dus niet is inbegrepen in de genoemde ticketprijzen.

19.

Kunt u duidelijkheid geven over de wet- en regelgeving die van toepassing is op het verlenen van concessies voor vliegverkeer van Sint Maarten naar Saba en Sint Eustatius v.v., dit naar aanleiding van signalen dat een aanvraag van een Duitse vliegmaatschappij onlangs niet is geaccepteerd maar aanvragen van Franse en Canadese vliegmaatschappijen eerder blijkbaar wel?

Op grond van het open regime van het «Multilateral Protocol on the liberalization of air transport» (hierna: protocol) dat in 2011 tussen alle landen van het Koninkrijk is overeengekomen, mag een luchtvaartmaatschappij die is gevestigd in een van de landen van het Koninkrijk passagiers en/of vracht vervoeren van, naar en via alle landen van het Koninkrijk.

Voor vestiging op Caribisch Nederland is het daarbij vereist dat de luchtvaartmaatschappij over een exploitatievergunning op basis van de Luchtvaartwet BES en een Air Operator Certificate (AOC) op basis van de Wet Luchtvaart beschikt. Daarbij dient de luchtvaartmaatschappij geregistreerd te zijn op Saba, Bonaire of Sint Eustatius.

Luchtvaartmaatschappijen die zijn gevestigd in derde landen zoals Duitsland, Frankrijk, of Canada mogen op basis van het regime van het protocol geen operaties uitvoeren van Sint Maarten naar Saba en Sint Eustatius v.v. Luchtvaartmaatschappijen die in het Koninkrijk zijn gevestigd mogen echter wel op basis van het regime van het protocol commerciële en/of marketing overeenkomsten, waaronder wet-lease (lease van vliegtuig met bemanning) overeenkomsten, afsluiten met luchtvaartmaatschappijen uit derde landen om operaties uit te voeren op die routes. Enkele luchtvaartmaatschappijen gevestigd in de Caribische Koninkrijksdelen maken op wet-lease basis gebruik van vliegtuigen van o.a. Franse en Canadese luchtvaartmaatschappijen of hebben dat in het verleden gedaan. Naar de connectiviteit tussen de Caribische eilanden van het Koninkrijk en hoe deze op een veilige en betrouwbare manier kan worden verbeterd, is een onderzoek gedaan. De Minister van IenW heeft het voornemen om het eindrapport van de expertgroep met de beleidsmatige aanbevelingen dit najaar naar de Kamer te sturen.

20.

Kunt u een overzicht geven van wet- en regelgeving die nog niet is aangepast, dit naar aanleiding van opmerkingen dat er enerzijds kennelijk nog veel verouderde wet- en regelgeving van toepassing is maar er anderzijds wel wetgeving met betrekking tot homohuwelijk etc. is geïmplementeerd?

Bij de staatkundige hervorming in 2010 is afgesproken dat voor Caribisch Nederland zoveel mogelijk de geldende Antilliaanse wetgeving inhoudelijk zou worden gehandhaafd. Dat is geregeld in de Aanpassingswet BES. In de kabinetsreactie op het rapport van de commissie-Spies van 12 mei 201614 is erop gewezen dat ook in de komende jaren bij het treffen van (wettelijke) maatregelen rekening zal worden gehouden met het absorptievermogen van de eilanden. Sinds 2010 heeft er, gelet op de legislatieve terughoudendheid, in beperkte mate aanpassing van wet- en regelgeving gericht op de BES plaatsgevonden. Een actueel overzicht is er niet.

21.

Er van uitgaande dat de Algemene Verordening Gegevensbescherming niet voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba van toepassing is; welke bescherming van persoonsgegevens is er wel?

De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is niet van toepassing voor Caribisch Nederland. Voor wat betreft Caribisch Nederland geldt dat de Wet bescherming persoonsgegevens BES (Wbp BES) van toepassing is. De Commissie toezicht bescherming persoonsgegevens BES (CBP BES) heeft als onafhankelijke toezichthouder de taak om toe te zien op de verwerking van persoonsgegevens overeenkomstig deze wet.

22.

Kan er een overzicht worden gegeven van verschil in lokale wetgeving tussen de eilanden (dit naar aanleiding van signalen dat men blijkbaar alleen op Sint Eustatius verplicht zou zijn om dieren te merken en kennelijk alleen op Saba een autowrak op eigen kosten wordt verwijderd als men dat zelf niet doet)?

De gepubliceerde regelingen van de openbare lichamen kunt u terugvinden op overheid.nl/wetten.nl. De lokale regelgeving van de openbare lichamen kan van elkaar verschillen, zoals dit ook het geval is bij Nederlandse gemeenten. Van de verschillen in lokale regelgeving van de openbare lichamen bestaat geen overzicht.

23.

Kunnen ook Bonaire, Saba en Sint Eustatius verzoeken indienen om geld te krijgen uit bijvoorbeeld de MKB-innovatie-gelden?

Ondernemers in Caribisch Nederland kunnen – naast verschillende instrumenten voor handels- en investeringsbevordering15 – gebruik maken van diverse regelingen voor innovatie en financiering16: microfinanciering, BMKB, Groeifaciliteit, GO en het Innovatiekrediet.

24.

Waarom is het technisch niet mogelijk om de circa 40 strekkende kilometer weg op Sint Eustatius in de komende twee jaar te verbeteren? Is niet het enige probleem dat daarvoor tot op heden niet voldoende financiën beschikbaar zijn? Hoeveel geld is nodig om de wegen op Sint Eustatius op een fatsoenlijk niveau te krijgen? Kan in dit kader ook worden aangegeven waarom er openbaar aanbesteed moet worden en waarom dat niet onderhands kan (de specificaties moeten natuurlijk hetzelfde zijn maar het project kan toch in stukjes worden geknipt)?

In Nederland is het Rijk verantwoordelijk voor het hoofdwegennet (snelwegen) en zijn de decentrale overheden verantwoordelijk voor de wegen in hun beheer. In dit geval is Sint Eustatius dus verantwoordelijk voor de eilandelijke wegen. De Minister van IenW heeft in 2016 bij uitzondering besloten een eenmalige impuls beschikbaar te stellen voor de wegen op Bonaire en Sint Eustatius. Voor Sint Eustatius is 5,6 miljoen euro beschikbaar, waarmee een deel van de wegen kan worden opgeknapt. Daarnaast heeft het huidige kabinet aangegeven dat er 5 miljoen euro structureel beschikbaar komt voor de (structurele) exploitatie voor infrastructuur op de BES-eilanden. Sint Eustatius is nu bezig op basis van de financiële impuls en de structurele toezegging een plan van aanpak te maken en uitvoering voor te bereiden voor verbetering van de wegen en het beheer daarvan.

Als het openbaar lichaam Sint Eustatius opdrachtgever is, en het geld wordt overgeheveld via de kanalen van publieke middelen, dan is de Nederlandse aanbestedingswet niet van toepassing en moet Sint Eustatius zelf bepalen hoe de opdracht in de markt wordt geplaatst. Indien het Ministerie van IenW – al dan niet samen met andere ministeries – als opdrachtgever optreedt, dan moet worden gekeken of het een zuiver lokale opdracht betreft, in die zin dat het interstatelijke handelsverkeer niet wordt belemmerd en er geen grensoverschrijdend belang aanwezig is. Als dat zo is, dan kan worden volstaan met een meervoudig onderhandse aanbesteding, zoals ook door de Rijksdienst Caribisch Nederland wordt aanbesteed. In andere gevallen moet er worden aanbesteed overeenkomstig de nationale en Europese aanbestedingsregels. is. Is dat het geval, dan kan worden volstaan met een meervoudig onderhandse aanbesteding. In andere gevallen moet er worden aanbesteed overeenkomstig de nationale en Europese aanbestedingsregels.

25.

Kan worden aangegeven of er op Bonaire, Saba en Sint Eustatius inmiddels (vrijwel) altijd sprake is van gevulde geldautomaten?

De bevoorrading van geldautomaten is de verantwoordelijkheid van de banken zelf. Signalen over structurele problemen met deze bevoorrading, in de zin dat bijvulling niet gebeurt of te lang duurt, zijn mij niet bekend. Wel is gezien de schaalgrootte sprake van een beperkt aantal banken en geldautomaten op Saba en Sint Eustatius. Op 23 augustus 2016 hebben de leden De Vries en Bosman (beiden VVD) vragen gesteld over de aangekondigde sluiting van de Windward Island Bank (WIB) op Saba17. In de beantwoording gaf de toenmalige Minister van Financiën aan dat het Bestuurscollege van Saba het wenselijk vindt dat in ieder geval een tweede geldautomaat operationeel blijft op het eiland. Hier is voor gezorgd en deze geldautomaat is nog steeds operationeel.

26.

Klopt het dat het Wit-Gele Kruis op Sint Maarten voor een bedrag van circa 600.000 euro circa 55 huisjes repareert?

Ik heb Stichting Zorgverlening Het Wit Gele Kruis een financiële bijdrage verstrekt van 725.000 euro voor de reparatie van tenminste 45 woningen van cliënten van de stichting. Stichting Zorgverlening Het Wit Gele Kruis heeft aangegeven met dit bedrag het herstel van in totaal 50 woningen te realiseren. Onder de cliënten van het Wit Gele Kruis zijn chronisch zieken, ouderen en lichamelijk en/of intellectueel gehandicapten die niet in staat zijn hun eigen woning te herbouwen.

27.

Wat zou de hoogte zijn geweest van de vrije uitkeringen indien deze conform afspraken rond 10-10-10 geïndexeerd zouden zijn en aangepast zouden zijn conform advies van de commissie-Spies?

De vrije uitkering wordt in beginsel net als andere rijksuitgaven jaarlijks al geïndexeerd. De commissie Spies heeft niet direct geadviseerd over de hoogte van de vrije uitkering, maar slechts geconstateerd dat «de besluitvorming over het referentiekaderonderzoek uit 2015 ten aanzien van de structurele bekostiging van eilandelijke taken (via de vrije uitkering) in samenhang met het inlopen van de achterstanden, is nog niet afgerond». De vrije uitkering voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba samen bedroeg in 2011 ongeveer 35 miljoen dollar en in 2018 ongeveer 49 miljoen dollar. Zie ook het antwoord bij vraag 12.

28.

Nu de zeeën rond de eilanden vol vis zitten, maar er toch nauwelijks op grotere schaal wordt gevist terwijl de bewoners hiermee zouden kunnen voorzien in een deel van de eigen behoefte en dit wellicht ook geschikt zou kunnen zijn voor export: zijn er subsidiemogelijkheden of regelingen (vanuit EZK) die ook (kunnen) gelden voor Caribisch Nederland?

In het algemeen staan voor ondernemers in Caribisch Nederland diverse regelingen open op het gebied van handels- en investeringsbevordering, financiering en innovatie (zie antwoord 23). Specifieke regelingen voor visserij in Caribisch Nederland zijn er evenwel niet. Het EU-beleid voor steun aan de visserij is vanwege de LGO-status van Caribisch Nederland niet van toepassing.

29.

Gezien het belang om een gezonde levensstijl op de eilanden te bevorderen: kan worden bevorderd dat sportterreinen op de eilanden worden voorzien van verlichting? Zijn er hiervoor subsidiemogelijkheden of regelingen (vanuit EZK of anderszins) beschikbaar die ook (kunnen) gelden voor Caribisch Nederland?

Ik deel uw mening dat het van belang is om een gezonde levensstijl te bevorderen. Daarom is het Ministerie van VWS van plan om het komende jaar een preventie- en sportakkoord met de eilanden te sluiten. In het kader van dit akkoord gaat VWS investeren in sport en beweging. Uitvoering van deze plannen, waaronder mogelijk verlichting van de sportvelden, gaat in samenspraak met de scholen/het Ministerie van OCW en de openbare lichamen, maar ook met private organisaties zoals de Cruyff Foundation.

30.

Aanvragen van de eilanden komen terecht bij diverse ministeries: zou een (betere) coördinatie niet veel efficiënter zijn? Welke mogelijkheden ziet u voor het realiseren van betere coördinatie?

In het Regeerakkoord staat dat het Ministerie van BZK een sterkere coördinerende rol krijgt op het gebied van koninkrijksrelaties. Ik geef een praktische invulling aan deze coördinatie om op deze manier een zo groot mogelijk positief effect te bereiken voor de inwoners van de verschillende eilanden. Zo is de coördinatie onder meer versterkt door de oprichting van een bewindspersonenoverleg, met de stuurgroep CN als ambtelijk voorportaal. Dit geeft mij de mogelijkheid om gezamenlijk met de meest betrokken bewindspersonen te spreken over de uitdagingen die er liggen en hoe wij die integraal kunnen aanpakken.

Zoals ik eerder aan uw Kamer gemeld heb, zijn de voorbereidingen gestart voor een verzoek om voorlichting aan de Afdeling advisering bij de Raad van State op het punt van de bestaande vormgeving van de relatie tussen Caribisch Nederland en Europees Nederland en mijn coördinerende rol. Hiertoe ben ik al sinds medio april in overleg met de Raad van State en dit verzoek om voorlichting zal in formele zin op korte termijn worden ingediend.

31.

Nu de AOW-uitkeringen op de eilanden in geen verhouding tot de hoge kosten (veel hoger dan in Europees Nederland) van levensonderhoud staan en het daarbij slechts om enkele honderden ouderen gaat die alleen van een AOW moeten rondkomen: kan er nog eens nadrukkelijk worden gekeken of vanuit Den Haag iets kan worden gedaan aan deze schrijnende armoede? Is in Caribisch Nederland verlening van bijzondere bijstand door de openbare lichamen mogelijk om te voorkomen dat mensen onder het sociaal minimum terecht komen? Zo nee, waarom kent Caribisch Nederland niet een dergelijke regeling?

Vanuit bestuur en samenleving in Caribisch Nederland is meermaals aandacht gevraagd voor de inkomenspositie van alleenstaande AOV-gerechtigden. Het onderzoek van Regioplan heeft die noodzaak bevestigd. Daarom wordt per 1 januari 2020 een toeslag geïntroduceerd om de inkomenspositie van alleenstaande AOV-gerechtigden te verbeteren. Dit voornemen heeft het kabinet aangekondigd in de kabinetsreactie onderzoek ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland. Verder geldt ook in Caribisch Nederland de mogelijkheid voor het verlenen van bijzondere onderstand. Het Rijk is verantwoordelijk voor de bijzondere onderstand. Zoals aangekondigd in de kabinetsreactie onderzoek ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland wordt de inkomensgrens voor de bijzondere onderstand per 1 januari 2019 verhoogd van 100 procent naar 120 procent van het wettelijk minimumloon, zodat door meer mensen een beroep kan worden gedaan op de bijzondere onderstand.

32.

Klopt het dat op het Franse deel van Sint Maarten alle Franse TV- en radiozenders in digitale kwaliteit te ontvangen zijn, hetgeen kan zorgen voor een sterkere band met het Europese deel van het vaderland? Klopt het dat in het Nederlandse deel alleen BVN te ontvangen is en daar goed naar wordt gekeken? Kan worden overwogen om, naar Frans voorbeeld, alle publieke Nederlandse zenders ook in digitale kwaliteit door te geven in het Caribisch gebied?

Hoe de situatie op het Franse deel van Sint Maarten (Saint Martin) is, is het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap niet bekend. Sint Maarten is een autonoom land binnen het Koninkrijk, Saint Martin is als département d’outre mer onderdeel van Frankrijk, wat kan betekenen dat Saint Martin onder hetzelfde mediaregime valt als het Europese deel van Frankrijk. In het Nederlandse deel van Sint Maarten is inderdaad BVN, het Beste van Vlaanderen en Nederland, te ontvangen. BVN is in elk land gratis te ontvangen, via internet en satelliet. Hier zijn geen kijkcijfers van bekend.

In antwoorden op eerder gestelde vragen van uw Kamer is nader ingegaan op de praktische bezwaren tegen de publieke beschikbaarstelling van met name «lineaire» content die door de omroepen openbaar wordt gemaakt18. De omroepen beschikken vaak niet over de rechten op voor iedereen toegankelijke doorgifte buiten het Europese deel van Nederland. Bij de selectie van de programma’s die op BVN te zien zijn, wordt daar uiteraard wel rekening mee gehouden.

Daarnaast kunnen burgers op de eilanden in toenemende mate via de kabel (tegen betaling) toegang verwerven tot Nederlandse omroepen. Ook online worden de mogelijkheden om op de eilanden programma’s te bekijken die door Nederlandse omroepen worden aangeboden steeds ruimer. Het zijn echter de lokale private kabelbedrijven en providers die eigen afwegingen maken waar zij welk aanbod beschikbaar stellen. Op Aruba en Curaçao worden zo Nederlandse kanalen doorgegeven en ook op Sint Maarten heeft (kabel)distributeur Telem van NPO toestemming gevraagd en gekregen om onder voorwaarden de kanalen NPO 1, 2 en 3, de themakanalen NPO Nieuws en NPO Politiek en de radiozenders NPO radio 1, 2, 3 FM, 4, 5 Soul & Jazz en NPO FunX door te geven aan zijn abonnees. Telem heeft deze toestemming echter nog niet omgezet in daadwerkelijke distributie van die NPO kanalen aan de abonnees.

Op Bonaire, Sint Eustatius en Saba kan, omdat zij onderdeel zijn van Nederland, het volledige NPO-aanbod online bekeken worden. De NPO verwerft in de regel de rechten op verspreiding voor heel Nederland. Het NPO-aanbod dat in het Europese deel van Nederland aangeboden wordt, wordt een-op-een beschikbaar gesteld in Caribisch Nederland, tenzij de rechten uitsluitend verworven konden worden voor het Europees deel van Nederland.

33.

Nu er omgekeerd in het Europese deel van Nederland weinig kennis en gevoel bestaat bij wat er leeft in het Caribisch deel van ons Koninkrijk: kunt u aan de NPO (laten) verzoeken om naar Frans en Spaans voorbeeld bij het NOS-weerbericht op tv in een van de bovenhoeken klein ook de (temperatuur)verwachting van beurtelings de (ei)landen in het Caribische deel van het Koninkrijk door te geven? Deelt u de mening dat dit een band kan scheppen (denk aan Spanje en de Canarische Eilanden) en dat dit bovendien zou kunnen zorgen voor een toename van het toerisme binnen het Koninkrijk met mogelijk dienovereenkomstige positieve economische gevolgen?

Of het voorstel deze effecten zou hebben, kan ik niet beoordelen. Het Ministerie van OCW heeft uw suggestie onder de aandacht gebracht van de NPO. De regering bemoeit zich echter niet met de inhoud van programma’s. De publieke omroep in Nederland functioneert en maakt media-aanbod onafhankelijk van de politiek. Dit geldt ook voor het weerbericht dat in dit voorbeeld door de NOS wordt opgesteld. Het is aan de NPO en de NOS om binnen de kaders van onder andere de Mediawet invulling te geven aan hun wettelijke taakopdracht.

34.

Nu Sint Maarten een goede reputatie als onderhoudswerkplaats voor de scheep- en pleziervaart heeft, deze economisch zeer lucratieve bedrijfstak nu vrijwel geheel in handen van Zuid-Afrikaanse bedrijven is en in het Europees gedeelte van Nederland enkele uitstekende soortgelijke bedrijven bestaan: kan worden bevorderd dat deze bedrijven een vestiging opstarten op één van de eilanden?

Het is aan Nederlandse bedrijven zelf om te bepalen waar zij willen investeren. Dat gebeurt ook in het Caribisch deel van ons Koninkrijk, denk hierbij bijvoorbeeld aan Damen Shiprepair met een vestiging op Curaçao. De taak van de overheid is te zorgen voor een aantrekkelijk ondernemings- en vestigingsklimaat. Zo wordt ondernemerschap op de BES-eilanden op verschillende manieren bevorderd. Het antwoord op vraag 23 geeft een overzicht van overheidsinstrumenten waar ondernemers op deze eilanden gebruik van kunnen maken. Deze staan ook open voor ondernemers uit Europees Nederland die actief zijn binnen de scheeps- en pleziervaart, en die een vestiging willen starten op één van de eilanden. Het investeringsklimaat op de BES alsmede in de landen binnen het Koninkrijk wordt verder versterkt doordat ondernemers aldaar gebruik kunnen van de regelingen ter stimulering van handel- en export, zoals Starters International Business voor ondernemers met internationale ambities. Om ondernemers te faciliteren, zijn er op de eilanden twee Kamers van Koophandel actief; één op en voor Bonaire en één gezamenlijke Kamer van Koophandel voor Saba en Sint Eustatius met op elk van de eilanden een contactpersoon.

Daarnaast zal in het kader van de wederopbouw van Sint Maarten op 28 september a.s. een informatiesessie worden georganiseerd voor het Nederlandse bedrijfsleven. Dit wordt gedaan in samenwerking met RVO en NL In Business, om bedrijven te informeren over de werkwijze en aanbestedingsrichtlijnen van de Wereldbank om aan hen maximaal de mogelijkheid te geven een bijdrage te leveren aan de wederopbouw.

35.

Nu Europees Nederland internationaal bekend staat als producent van landbouwproducten, er in het Caribisch deel van het Koninkrijk aanvankelijk ook veel landbouw was maar de vroegere plantages nu zijn vervallen: kan vanuit Nederland worden bekeken of en zo ja hoe de landbouw er opnieuw kan worden bevorderd?

In de brief van de Minister van LNV aan uw Kamer d.d. 16 juli 2018 over de «Regio Envelop inzet Caribisch Nederland» (Kamerstuk 29 697, nr. 54) die mede namens mij is verstuurd, wordt aangegeven dat er middelen beschikbaar komen voor de landbouwontwikkeling op zowel Saba als Bonaire. Voortgang op dit terrein valt en staat met een gedegen plan waar draagvlak voor is en waarbij gerichte aandacht is voor de haalbaarheid. Het Bestuurscollege van Bonaire is gevraagd om inzicht te geven in de beleidsinzet op landbouw, veeteelt en visserij tot nu toe, evenals in de plannen voor het project in het kader van de regio envelop. Deze zullen in het te sluiten bestuursakkoord worden opgenomen en die afspraak is voor Bonaire randvoorwaardelijk voor extra investeringen.

36.

Nu het Caribisch deel van het Koninkrijk economisch gezien erg afhankelijk van toerisme is en er ter plekke er geen of weinig horeca-opleidingen zijn: kunnen er dependances komen voor bijvoorbeeld Middelbare Hotelvakscholen zoals De Rooi Pannen, die bovendien zouden kunnen bemiddelen in stageplaatsen?

De aansluiting tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt is een thema dat de aandacht heeft van de Ministers van Onderwijs. Het opleidingsaanbod van de scholen wordt afgestemd op de behoefte die er is op de arbeidsmarkt aan arbeidskrachten. Op Saba, Sint Eustatius en Bonaire worden er gezien de behoefte ook opleidingen op het terrein van horeca en toerisme aangeboden. Een aandachtspunt daarbij is nog wel het aantal studenten dat ook daadwerkelijk kiest voor deze opleidingen. Om dit verder te stimuleren, zijn middelen gereserveerd uit de regio-envelop voor Caribisch Nederland. De schaal van Curaçao, Aruba en Sint Maarten maakt (iets) meer beroepsonderwijs mogelijk. Nuffic is gevraagd de mogelijkheden in kaart te brengen voor samenwerking tussen Nederlandse instellingen en instellingen op de zes eilanden. Aan de hand van de bevindingen van Nuffic zal bezien worden op welke wijze die samenwerking gestimuleerd kan worden. Een aantal Nederlandse instellingen voor beroepsonderwijs is reeds langere tijd actief in het begeleiden van stages van hun studenten op de zes eilanden.

37.

Nu de eilanden bijzonder weinig unieke eigen producten kennen (zoals Guavaberry likeur) en er hier toch volop kansen voor producten met geitenkazen, gin, rum en kruiden liggen: kan de ontwikkeling van streekproducten in Caribisch Nederland bevorderd worden?

Met het oog op het verhogen van de voedselzekerheid en het tegengaan van armoede is de ontwikkeling van de landbouw en visserij voornamelijk gericht op het bevorderen van de voedselproductie. Hiermee kunnen de bewoners gedeeltelijk zelfvoorzienend worden en neemt de afhankelijkheid van import van voedsel af. De inspanningen van de regering richten zich daarbij primair op de dagelijkse voeding. Overigens zijn er veel lokale initiatieven op dit terrein.

38.

In persoonlijke contacten tijdens het bezoek van de parlementaire delegatie van de Tweede Kamer werd tenminste één van de leden meermaals geconfronteerd met noodkreten vanuit de bevolking dat de acceptatie van de LHTB-bevolking nog erg achterblijft bij Europees Nederland; wat kan er worden gedaan om de positie van de LHTB-bevolking te verbeteren?

De Nederlandse overheid steunt via de alliantie Gedeelde trots, gedeeld geluk, de lokale LHBTI-gemeenschap op alle zes de eilanden. De steun voorziet in versterking lotgenotencontact, deskundigheidsbevordering in eigen kring, voorlichting aan derden, capaciteitsopbouw en agendering van gelijke behandeling van LHBTI-personen bij lokale bestuurders. Daarnaast heeft de Minister van OCW in Caribisch Nederland de lokale aanpak gericht op seksuele weerbaarheid en seksuele diversiteit de afgelopen jaren via een decentralisatie-uitkering ondersteund. Samen met lokale bestuurders en regionaal opererende LHBTI-netwerkorganisaties (zoals o.a. Out Right en COC Nederland) wil zij onderzoeken of een regionale bijeenkomst gehouden kan worden om een impuls te geven aan de LHBTI-emancipatie. Voorts verwijst zij naar de Emancipatienota 2018–2021 Principes in praktijk die in maart van dit jaar aan uw Kamer is gezonden19.

39.

Nu het vervoer tussen de eilanden voornamelijk per vliegtuig gebeurt en de ticketprijzen hoog zijn: kunt u aangeven of er andere mogelijkheden van vervoer, bijvoorbeeld via ferry, zijn onderzocht, en zo ja, wat de economische kansen daarvan zijn? Bent u ook bereid om na te denken over een vorm van openbaar vervoer tussen de eilanden Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, zodat in ieder geval voor de eilandbewoners zelf het vervoer tussen de eilanden beter mogelijk wordt, en betaalbaar?

Een ferryverbinding tussen de Benedenwindse eilanden is volgens onderzoek uit 2016 economisch haalbaar voor commercieel gebruik. Eenzelfde onderzoek naar een ferryverbinding tussen de Bovenwindse eilanden is niet doorgegaan. Na orkaan Irma heeft voor een aantal maanden (met bijdrage vanuit het toenmalige Ministerie van EZ) een ferryverbinding de eilanden Sint Kitts, Sint Eustatius, Saba en Sint Maarten met elkaar verbonden. Nu is er alleen een verbinding tussen Saba en Sint Maarten. Deze verbinding wordt voor een deel gesubsidieerd door het openbaar lichaam Saba, vanuit een budget dat Saba van het Ministerie van IenW heeft gekregen ter compensatie voor het tijdelijk sluiten van het vliegveld. De sluiting van het vliegveld tussen 10 september en 9 oktober 2018 is noodzakelijk vanwege regulier groot onderhoud.

40.

Nu op Sint Maarten veel scholen nog niet (volledig) zijn hersteld na de verwoestingen van de orkaan Irma: bent u bereid om op dit terrein in het kader van wederopbouw te ondersteunen?

Basis voor de wederopbouw is het «National Recovery and Resilience Plan» (NRRP). Dit plan vormt de routekaart voor de wederopbouw en is opgesteld door Sint Maarten met hulp van de Wereldbank. In dit plan is prioriteit gegeven aan herstel van de wijken waaronder ook het repareren en herbouwen van beschadigde scholen.

41.

Nu er op Sint Maarten nog te weinig aandacht is voor psychosociale hulp voor kinderen na de verwoestingen van de orkaan Irma; bent u bereid Sint Maarten hierbij te ondersteunen?

In de early recovery fase is vanuit het wederopbouwfonds een project van UNICEF gesteund, gericht op het verlenen van psychosociale steun aan kinderen. Eind juni jl. is de Staatssecretaris van VWS op werkbezoek geweest naar de Bovenwindse eilanden en heeft op Sint Maarten met APAP gesproken, de beroepsvereniging van Psychologen op Sint Maarten. Zij hebben daarbij aan het Ministerie van VWS extra ondersteuning gevraagd voor de psychosociale hulpverlening. Het Ministerie van VWS zal spoedig, in overleg met het Ministerie van BZK, bekijken hoe in de gevraagde extra ondersteuning aan Sint Maarten wordt voorzien. Daarover informeert de Staatssecretaris van VWS de Kamer separaat.

Daarnaast is het organiseren van hulpverlening voor de inwoners van Sint Maarten die leiden aan trauma of stress door de orkanen onderdeel van het NRRP.

42.

Nu de gevolgen van de klimaatverandering in het Caribisch deel van het Koninkrijk heel zichtbaar zijn en het daarom van groot belang en noodzakelijk is om klimaatbeleid te voeren: kunt u aangeven hoe u hier invulling aan wilt geven ten aanzien van Bonaire, Saba en Sint Eustatius, maar ook in het kader van de wederopbouwmissie op Sint Maarten? Bent u bereid om ook een ecologische dimensie toe te voegen aan de wederopbouwmissie?

Voor de verduurzaming van de energievoorziening van Caribisch Nederland verwijs ik u graag naar de Kamerbrief van 15 februari 201720. Er wordt ingezet op de verduurzaming van de energieproductie door het aandeel hernieuwbare elektriciteitsproductie door middel van wind- en zonne-energie verder aan te moedigen.

In de doelstelling van de Nederlandse bijdrage aan de wederopbouw van Sint Maarten is vastgelegd dat met de bijdrage de (materiële en immateriële) wederopbouw van Sint Maarten daar waar nodig wordt ondersteund, opdat de vitale infrastructuur wordt hersteld en de weerbaarheid van het land tegen de effecten van mogelijke (natuur)rampen duurzaam wordt vergroot. Met deze brede doelstelling komt het kabinet tegemoet aan de wens van de Tweede Kamer dat de wederopbouw niet alleen orkaanbestendiger (kracht 5), maar ook – waar nodig en mogelijk – duurzaam moet zijn. Ieder project wordt onderworpen aan een zogenaamd «Environmental and social impact assessment», om te toetsen of voldaan wordt aan de waarborgen van de Wereldbank.

43.

Klopt het dat initieel de belastingopbrengsten van Bonaire Saba en Sint Eustatius op 54 miljoen euro zijn geraamd? Klopt het dat er nu 157 miljoen euro aan belastingopbrengsten zijn? Waardoor komt dit verschil, zeker gezien de beperkte economische groei op de eilanden?

De veronderstelling dat de belastingopbrengsten sinds de transitie zijn verdrievoudigd is niet juist. In het bedrag van 54 miljoen euro zijn niet meegenomen de opbrengst van premies werknemersverzekeringen en premies volksverzekeringen (ongeveer van dezelfde omvang). Verder speelt zowel wat betreft de belasting- als wat betreft de premieopbrengsten de ontwikkeling van de koers van de USD ten opzichte van de Euro een significante rol. Tenslotte spelen ook de economische ontwikkeling – de economie op de eilanden is sinds 2011 gegroeid – de toename van de bevolking en de inflatie een rol. Zoals in het antwoord op vraag 12 vermeld, zijn de totale Rijksuitgaven voor Caribisch Nederland sinds 2010 gestegen van 113 naar 360 miljoen euro.

44.

De toegang tot het recht op de BES-eilanden is niet goed op orde; bent u bereid een voorziening te treffen om rechtsbijstand te bieden aan de inwoners op de BES-eilanden?

Na 10 oktober 2010 is de bestaande regelgeving voor kosteloze rechtsbijstand voor de BES voortgezet. Met ingang van 1 juli 2016 hebben de Minister van Veiligheid en Justitie en de Commissie toevoeging in strafzaken besloten de Raad voor Rechtsbijstand te belasten met uitvoerende taken voor het stelsel van kosteloze rechtskundige bijstand in Caribisch Nederland. Er bestaat dus een voorziening voor rechtsbijstand voor inwoners van de BES-eilanden. Op Saba, Sint Eustatius en Bonaire zorgen intakers voor de administratieve afhandeling van verzoeken tot rechtsbijstand. Met de advocatuur zijn besprekingen gaande over het oplossen van aangedragen knelpunten.

45.

Nu de gevolgen van de klimaatverandering in de Caribische delen van het Koninkrijk heel zichtbaar zijn en het daarom van groot belang en noodzakelijk is om klimaatbeleid te voeren; kunt u aangeven hoe u hier invulling aan wil geven ten aanzien van de BES-eilanden, maar ook in het kader van de wederopbouwmissie op Sint Maarten? Bent u bereid om ook een ecologische dimensie toe te voegen aan de wederopbouwmissie?

Zie antwoord op vraag 42.

46.

Wat is er gebeurd met de aanvraag voor een shelterhome, een belangrijk project in het kader van het aanpakken van huiselijk geweld?

Er is formeel nog geen aanvraag ingediend voor een shelterhome. Het Ministerie van VWS heeft in 2017 een «Bestuursakkoord Aanpak Huiselijk Geweld en Kindermishandeling» gesloten met de openbare lichamen van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Eén van de prioriteiten uit het bestuursakkoord is het versterken van de hulpverlening en van de keten, waaronder het inrichten van veilige opvang voor slachtoffers van huiselijk geweld en kindermishandeling. Het Ministerie van VWS is hierover en over de werkplannen in gesprek met de eilanden.


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
2

Kamerstuk 34 773, nr. 10.

X Noot
3

Kamerstuk 34 089, nr. 16.

X Noot
4

Aanhangsel Handelingen II, 2017/18, nr. 2411.

X Noot
5

NDS 2018D35690.

X Noot
6

Kamerstuk 34 775 IV, nr. 45.

X Noot
7

Kamerstuk 34 550 IV, nr. 39.

X Noot
8

Kamerstuk 34 775 IV, nr. 31.

X Noot
9

De concessies laten enkel GSM toe als techniek. Door techniekneutraliteit toe te staan is LTE en daarmee mobiel internet ook mogelijk binnen de huidige concessie.

X Noot
10

Kamerstuk 31 568, nr. 203.

X Noot
11

Kamerstuk 29 697, nr. 54.

X Noot
12

Kamerstuk 34 089, nr. 16.

X Noot
13

Kamerstuk 28 165, nr. 274.

X Noot
14

Kamerstuk 34 300 IV, nr. 59.

X Noot
17

Aanhangsel Handelingen II 2016/17, nr. 239.

X Noot
18

Aanhangsel Handelingen II 2016/17, nr. 2616.

X Noot
19

Kamerstuk 30 420, nr. 270.

X Noot
20

Kamerstuk 34 089, nr. 16.

Naar boven