34 719 EU-voorstel: Richtlijn evenwicht tussen werk en privéleven COM(2017)253¹

B BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL

Aan de Voorzitter van de Europese Commissie

Den Haag, 27 juni 2017

De Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft het EU-voorstel betreffende de richtlijn inzake evenwicht tussen werk en privéleven voor ouders en mantelzorgers en tot intrekking van Richtlijn 2010/18/EU van de Raad COM(2017)253 getoetst aan het beginsel van subsidiariteit.

Met deze brief stel ik u in kennis van het oordeel van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

Een meerderheid² van de Eerste Kamer is van oordeel dat het voorstel niet voldoet aan het beginsel van subsidiariteit. De Kamer oordeelt dat

• het voorstel geen grensoverschrijdend probleem of een onderwerp is dat alleen door middel van maatregelen op EU-niveau zou kunnen worden gerealiseerd. Het betreft ook geen grensoverschrijdend probleem of onderwerp dat niet door lidstaten opgelost zou kunnen worden. Het is daarnaast niet evident wat de meerwaarde is van een gelijkschakeling van regelgeving op het gebied van werk- en privébalans tussen de lidstaten, gezien de werking van de interne markt;

• het sociaal domein en daarbij het betreffende evenwicht tussen werk en privéleven een nationale aangelegenheid is. De werk- en privébalans is bij uitstek een zaak van individuele keuzes en zo nodig nationaal beleid, die voortvloeien uit specifieke nationale, sociaal-culturele overwegingen, mede in het licht van het nationale beleidsinstrumentarium.

Om bovengenoemde redenen komt de Eerste Kamer der Staten-Generaal tot het oordeel dat de Europese Commissie onvoldoende heeft aangetoond dat het voorstel voor deze richtlijn voldoet aan de beginselen van subsidiariteit.

Identieke brieven zijn gezonden aan het Europees Parlement, de Raad en de Nederlandse regering.

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, A. Broekers-Knol

---

1 Zie dossier E170021 op www.europapoort.nl; het COM-document is als bijlage bij deze brief gevoegd.

2 Te weten de fracties van VVD (13 zetels), PVV (9 zetels), SP (9 zetels), ChristenUnie (3 zetels), Partij voor de Dieren (2 zetels), SGP (2 zetels), 50Plus (2 zetels). De Eerste Kamer der Staten-Generaal telt 75 zetels.