34 604 EU-voorstellen: Pakket vennootschapsbelasting COM(2016)683, 685, 686 en 6871

F VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 9 september 2017

Tijdens de plenaire vergadering van dinsdag 20 december 2016 heeft de Eerste Kamer ten aanzien van drie Europese vennootschapsbelastingvoorstellen subsidiariteitsbezwaren vastgesteld. Het ging om het voorstel betreffende hybride mismatches met derde landen (het ATAD2-voorstel) (COM(2016)687),2 het voorstel voor een gemeenschappelijke heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting (COM(2016)685) (CCTB)3 en het voorstel voor een gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting (COM(2016)683) (CCCTB)4.

In januari en april 2017 is de commissie voor Financiën met de Staatssecretaris van Financiën in schriftelijk overleg getreden over deze voorstellen.

Naar aanleiding van deze correspondentie hebben enkele leden van de commissie op dinsdag 6 juni 2017 met de Staatssecretaris van Financiën overleg gevoerd over de informatievoorziening aan de Kamer rond het ATAD2-voorstel (hybride mismatches) en over de toekomstige informatievoorziening inzake de voortgang van de onderhandelingen over het CCTB- en over het CCCTB-voorstel.

Om te komen tot een schriftelijke bevestiging van de gemaakte informatieafspraken heeft de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal op 11 juli 2017 een brief gestuurd aan de Staatssecretaris. De Staatssecretaris heeft op 7 september 2017 gereageerd.

De vaste commissie voor Financiën5 brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Financiën, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL

Aan de Staatssecretaris van Financiën

Den Haag, 11 juli 2017

Tijdens de plenaire vergadering van dinsdag 20 december 2016 heeft de Eerste Kamer ten aanzien van drie Europese vennootschapsbelastingvoorstellen subsidiariteitsbezwaren vastgesteld. Het ging om het voorstel betreffende hybride mismatches met derde landen (het ATAD2-voorstel) (COM(2016)687),6 het voorstel voor een gemeenschappelijke heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting (COM(2016)685) (CCTB)7 en het voorstel voor een gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting (COM(2016)683) (CCCTB)8.

In januari 2017 is de commissie voor Financiën met u in schriftelijk overleg getreden over deze voorstellen. Beantwoording van deze vragen vond plaats op 29 maart 2017, terwijl in de Ecofin-Raad van 21 februari 2017 reeds een politiek akkoord was bereikt over het ATAD2-voorstel. In uw brief van 29 maart schreef u: «In tegenstelling tot uw Kamer beoordeelt het kabinet de subsidiariteit van het ATAD2-voorstel als positief.»

In de commissie voor Financiën werd vervolgens op 19 april 2017 een brief gestuurd over de gang van zaken. De commissie heeft met enige reserve kennisgenomen van uw brief van 16 mei 2017, waarin u ingaat op de vragen en opmerkingen van de commissie9.

De commissie heeft u in de brief van 19 april 2017 gevraagd waarom u zich voorafgaand aan de politieke besluitvorming over het voorstel ATAD2 (hybride mismatches) in de Ecofin-Raad van 21 februari 2017 niet heeft verzekerd van de steun van de Eerste Kamer. In uw brief van 16 mei jl. heeft u aangegeven dat de Eerste Kamer weliswaar niet door middel van een aparte brief over de Nederlandse standpuntbepaling is geïnformeerd, maar wel door middel van de toezending van het BNC-fiche en de geannoteerde agenda's en verslagen van de Ecofin-Raad van 8 november 2016, 6 december 2016 en 21 februari 2017. Inzake de CCTB- en CCCTB-voorstellen, waarover het onderhandelingsproces nog plaatsvindt, heeft u kenbaar gemaakt de commissie op gebruikelijke wijze te zullen informeren over de besprekingen in de Ecofin-Raad, maar tevens bereid te zijn de commissie nader te informeren over de Nederlandse inzet en deze af te stemmen indien gewenst.

Naar aanleiding van deze correspondentie hebben enkele leden van de commissie op dinsdag 6 juni 2017 met u overleg gevoerd over de informatievoorziening aan de Kamer rond het ATAD2-voorstel (hybride mismatches) en over de toekomstige informatievoorziening inzake de voortgang van de onderhandelingen over het CCTB- en over het CCCTB-voorstel. Tijdens dit overleg werd gezamenlijk vastgesteld dat u ten aanzien van het ATAD2-voorstel de gebruikelijke informatievoorziening aan de Eerste Kamer, in de vorm van het BNC-fiche en de geannoteerde agenda's en verslagen van de Ecofinraden, correct heeft aangeboden. Desalniettemin hebben de leden u erop geattendeerd dat u zich meer moeite had kunnen getroosten om zich voorafgaand aan het bereiken van een politiek akkoord tijdens de Ecofinraad van 21 februari ook van de steun van deze Kamer te verzekeren. De leden hebben hierbij verwezen naar het bijzondere belang dat de commissie aan deze EU-voorstellen hecht blijkens de door de Eerste Kamer vastgestelde subsidiariteitsbezwaren10 en de nadere correspondentie met u hierover11.

Met inachtneming van dit inzicht hebben de leden met u gesproken over de nog lopende Europese onderhandelingen inzake de CCTB- en CCCTB-voorstellen en de toekomstige informatievoorziening aan de Eerste Kamer hierover. Naar analogie van de afspraken die de Tweede Kamer regelmatig maakt in het kader van het parlementair behandelvoorbehoud acht de commissie voor Financiën het wenselijk met het kabinet de afspraak te maken om bij EU-dossiers waar de Kamer een bijzonder belang aan toekent via schriftelijke weg af te spreken op welke wijze de Kamer tijdig geïnformeerd zal worden. Gelet op het feit dat de Europese werkwijze momenteel onderwerp van bespreking is in de Tijdelijke Commissie Werkwijze Eerste Kamer, die binnenkort rapport uit zal brengen aan de Kamer, valt te voorzien dat de Kamer met een nieuw aangetreden kabinet op dit vlak afspraken zal maken.

Ten aanzien van de nu lopende onderhandelingen over de CCTB- en CCCTB-voorstellen verzoekt de Kamer u, op voorstel van de commissie voor Financiën, om de Kamer tijdig – en aanvullend op de geannoteerde agenda – te informeren zodra u verwacht dat een politiek akkoord aanstaande is. Tijdig in die zin dat de Kamer in de gelegenheid wordt gesteld (mondeling dan wel schriftelijk) een oordeel uit te spreken over een actuele concepttekst alsmede de resterende discussiepunten in de onderhandelingen voorafgaand aan besluitvorming in de Raad. Om de Kamer danwel de commissie in de gelegenheid te stellen voorafgaand aan een Ecofin-Raad in schriftelijk of mondeling overleg met u te treden, ontvangt de commissie de verzochte informatie bij voorkeur tenminste 15 dagen voorafgaand aan de Ecofin-Raad, opdat deze op twee opvolgende vergaderdinsdagen aan de orde kunnen komen in de commissie, dan wel de plenaire vergadering van de Kamer.

Voorts wil ik u verzoeken de Kamer actief te informeren – zo nodig apart van de geannoteerde agenda's en verslagen – over actuele ontwikkelingen ten aanzien de CC(C)TB-voorstellen waarbij u de zorgen in ogenschouw neemt die zijn geuit bij de op 20 december 2016 vastgestelde subsidiariteits- en proportionaliteitsbezwaren en in de brieven van de commissie voor Financiën van 20 en 27 januari 2017.

De Kamer ziet uw bevestiging van deze afspraken met belangstelling en binnen twee weken na dagtekening van deze brief tegemoet.

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, A. Broekers-Knol

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIEN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 september 2017

Op 11 juli jl. ontvingen de Minister-President en ik van u twee brieven over de informatievoorziening aan uw Kamer inzake Europese voorstellen in het algemeen en over EU-voorstellen op het terrein van de vennootschapsbelasting in het bijzonder. De Minister van Buitenlandse Zaken bericht u in een separate brief, mede namens de Minister-President, over de informatievoorziening aan uw Kamer inzake Europese voorstellen in het algemeen. In deze brief bevestig ik de afspraken tussen uw Kamer en mij over de informatievoorziening over de fiscale EU-voorstellen.

Zoals ik al aangaf tijdens mijn gesprek met de leden Van Rij, Van de Ven en Backer op 6 juni jl. zet ik mij ervoor in uw Kamer zo goed mogelijk te informeren over lopende EU-dossiers. Ik volg daarbij de afspraken over de informatievoorziening die door de Minister van Buitenlandse Zaken namens het kabinet zijn gemaakt. Ik onderken het belang van het tijdig informeren van uw Kamer over belastingdossiers en vind het belangrijk mij van de steun van uw Kamer te verzekeren, temeer omdat over belastingdossiers binnen de EU met unanimiteit wordt besloten. Daarnaast was en ben ik mij bewust van de zorgen van uw Kamer over de inmiddels vastgestelde richtlijn over hybride mismatches met derde landen («ATAD2») en de voorstellen voor een geharmoniseerde belastinggrondslag voor de vennootschapsbelasting en de geharmoniseerde geconsolideerde grondslag (CCTB en CCCTB).

Ik streef er altijd naar BNC-fiches van nieuwe voorstellen, geannoteerde agenda’s van komende vergaderingen van de Ecofinraad en verslagen van deze vergaderingen in een zo vroeg mogelijk stadium naar uw Kamer te sturen. Overeenkomstig het verzoek van uw Kamer zal ik uw Kamer tijdig – en zo nodig aanvullend op de geannoteerde agenda – informeren zodra een politiek akkoord over het CCTB- of het CCCTB-voorstel aanstaande is. Ik zal uw Kamer in een zo vroeg mogelijk stadium, zo mogelijk ten minste 15 dagen van tevoren, inlichten wanneer een politiek akkoord over het CCTB- of het CCCTB-voorstel in de Ecofinraad aanstaande is. Een actuele concepttekst kan echter in de meeste gevallen niet lang voor de Ecofinraad gepubliceerd worden, aangezien deze vaak pas tijdens de Coreper-vergadering in de week voorafgaand aan de Ecofinraad beschikbaar is, omdat de onderhandelingen in Raadsverband tot dat moment vaak nog in volle gang zijn. Om diezelfde reden zijn de resterende discussiepunten vaak pas tijdens de Coreper-vergadering helder. Desalniettemin zal ik uw Kamer ook over deze discussiepunten in een zo vroeg mogelijk stadium berichten. Dit alles staat los van mijn inzet om uw Kamer zo goed mogelijk actief te informeren over actuele ontwikkelingen met betrekking tot de C(C)CTB-voorstellen, waarbij ik mij ten volle bewust ben van de subsidiariteits- en proportionaliteitsbezwaren die uw Kamer ten aanzien van deze voorstellen kenbaar heeft gemaakt.

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes


X Noot
1

Zie dossier E160043, E160044, E160045 en E160046 op www.europapoort.nl.

X Noot
2

Zie dossier E160046 op www.europapoort.nl

X Noot
3

Zie dossier E160044 op www.europapoort.nl

X Noot
4

Zie dossier E160043 op www.europapoort.nl

X Noot
5

Samenstelling:

Nagel (50PLUS), Ten Hoeve (OSF), Knip (VVD), Backer (D66), Ester (CU), De Grave (VVD) (voorzitter), Hoekstra (CDA) (vice-voorzitter), Postema (PvdA), Sent (PvdA), Van Strien (PVV), Vos (GL), Kok (PVV), Bruijn (VVD), Van Beek (PVV), Van Apeldoorn (SP), N.J.J. van Kesteren (CDA), Knapen (CDA), Köhler (SP), Prast (D66), Van Rij (CDA), Rinnooy Kan (D66), Schalk (SGP), Teunissen (PvdD), Van de Ven (VVD), vac. (PvdA), Overbeek (SP)

X Noot
6

Zie dossier E160046 op www.europapoort.nl

X Noot
7

Zie dossier E160044 op www.europapoort.nl

X Noot
8

Zie dossier E160043 op www.europapoort.nl

X Noot
9

Verslag van een schriftelijk overleg op genomen in Kamerstukken I, 2016–2017, 34 604, D.

X Noot
10

Kamerstukken I, 2016–2017, 34 604, A, B.

X Noot
11

Kamerstukken I, 2016–2017, 34 604, C.

Naar boven