34 550 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2017

Nr. 131 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 maart 2017

Hierbij bied ik u mijn reactie aan op het verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken om uw Kamer zo spoedig mogelijk te informeren over twee toezeggingen. Allereerst heb ik uw Kamer een inventarisatie van belemmeringen door regeldruk toegezegd, die nieuwe technieken in de precisielandbouw in de weg zitten. Daarnaast heb ik uw Kamer toegezegd mij in te spannen voor een agroloket voor boeren, tuinders en vissers, waar knelpunten als gevolg van regeldruk kunnen worden gemeld. Deze brief gaat op beide toezeggingen in.

Precisielandbouw

Uw Kamer heeft in de motie Lodders (Kamerstuk 34 300-XIII, nr. 108) van 3 december 2015 de regering verzocht een onderzoek te starten naar wet- en regelgeving die nieuwe technieken in de precisielandbouw in de weg zit en de Kamer hierover met een concreet plan van aanpak te informeren. Tijdens de begrotingsbehandeling van Economische Zaken, onderdeel landbouw en natuur, van 22 en 24 november 2016 (Handelingen II 2016/17, nr. 25, item 22 en Handelingen II 2016/17, nr. 27, item 9) heb ik aangegeven dat ik voor deze vraag een onderzoeksopdracht heb uitgezet bij de Wageningen University & Research (WUR). Op 13 februari jongstleden heb ik een conceptrapport van de WUR ontvangen. In het voorlopige rapport beschrijft de WUR aard en mogelijkheden van precisielandbouw en beschrijft het een aantal belemmeringen dat een snelle doorgroei van deze innovaties remt.

Dit rapport zal nog worden besproken met de belanghebbenden in de sector. Dit beschouw ik als een noodzakelijk en essentieel onderdeel om te komen tot een goed onderbouwd en breed gedragen beeld van de stand van zaken van precisielandbouw in Nederland. Dat is nodig om daarna te kunnen komen tot een effectieve aanpak die ook wordt gedragen door de betrokken. In deze brief benoem ik alvast de strekking van het rapport. Uw Kamer krijgt het rapport later alsnog toegestuurd.

De Nederlandse land- en tuinbouw is internationaal toonaangevend en kan dat blijven door te investeren in de vooruitgang. Met precisielandbouw, en met de kennis en technologie die daarvoor worden ontwikkeld, kan een belangrijke bijdrage worden geleverd aan verdere verduurzaming en efficiënter produceren in de land- en tuinbouw en de ontwikkeling en export van nieuwe kennis en technologieën.

Zo kan bijvoorbeeld aan de verdere verduurzaming van de land- en tuinbouw worden gewerkt door preciezer gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen. Ook kan door de toepassing van datagedreven technologieën en de dataficering van de teelt beter geregistreerd worden welke handelingen waar en wanneer worden verricht, waarmee de transparantie in de keten kan worden bevorderd. Verder biedt precisielandbouw de mogelijkheid voor maatwerk-grondbewerking waarmee wordt voorkomen dat de grond onnodig wordt bewerkt en organisch materiaal onnodig wordt afgebroken. Door vaste rijpaden wordt ploegloos werken mogelijk. Omdat de grond zo beter koolstof kan vasthouden en wateroverlast door forse neerslag beter opgevangen kan worden, is dit gunstig voor het klimaat. Met precisielandbouw kan de productie van landbouwgewassen worden verhoogd en de kwaliteit worden verbeterd, terwijl kan worden bespaard op inzet van middelen en arbeid. Hierdoor wordt een beter rendement op het bedrijf gehaald.

Precisielandbouw wordt mogelijk door introductie van ICT, robotica en aanverwante disciplines in deze sector. Door het steeds slimmer gebruik van deze datagedreven technologieën in de sector wordt precisielandbouw steeds vaker aangeduid als «smart farming».

Het WUR-rapport stelt vast dat in de sector een gedeelde beleving is dat doorgroei van precisielandbouw achterblijft bij de algemene verwachtingen. Er worden drie grote belemmeringen genoemd die hieraan debet zijn:

  • Als eerste betreft dit de complexiteit van technologieën uit een veelheid van disciplines die op een soepele manier geïntegreerd moeten worden tot een toepasbaar product of dienst in de praktijk van het boerenbedrijf.

  • Een tweede grote belemmering is de «asymmetrie in kosten en baten». Er zijn veel investeringen nodig voor precisielandbouwtoepassingen die voor rekening komen van de agrariër, terwijl de baten vallen bij ketenpartners en adviseurs.

  • Als laatste wordt genoemd dat voor de governance van de datastromen geen heldere kaders bestaan. Dit betreft vraagstukken als eigenaarschap, gebruiksrechten, gebruikstoepassingen en privacy-kwesties rond data.

Het rapport geeft aan dat bovengenoemde barrières het beste kunnen worden aangepakt met een integrale benadering in de hele keten waarin de onderlinge relaties en samenhang tussen ketenpartners wordt versterkt en samenwerking ontstaat. Hierbij speelt de agrariër een centrale rol. Daarbij dient te worden ingezet op het ontwikkelen van oplossingen in co-creatie met de agrariër waarbij wordt gewerkt aan implementatie en demonstratieprojecten die zo dicht mogelijk op de praktijk zitten.

Nationale Proeftuin Precisielandbouw

Op basis van het rapport en gesprekken met stakeholders zal worden gewerkt aan een aanpak om precisielandbouw en de toepassing daarvan in de praktijk verder te stimuleren. Dit zal plaatsvinden via de «Nationale Proeftuin Precisielandbouw» (NPPL). Dit initiatief heb ik 13 februari jongstleden aangekondigd. Hiervoor heb ik tot en met 2020 in totaal 2 miljoen euro gereserveerd. Verwacht wordt dat het bedrijfsleven daarnaast nog 8 miljoen euro investeert.

De Nationale Proeftuin Precisielandbouw is bedoeld om bestaande precisielandbouwinitiatieven in Nederland te verbinden en te versterken. Kennisuitwisseling en het delen van ervaringen zijn belangrijke elementen hierbij. Waar nodig kunnen met de beschikbare middelen aanvullende faciliteiten en ondersteuning worden georganiseerd die de uitrol van precisielandbouw naar de praktijk vergemakkelijken. Er wordt gezocht naar investeringen die een positieve doorwerking hebben op het gehele precisielandbouwecosysteem in Nederland. Tegelijkertijd wil ik ook graag ruimte bieden aan startups in deze bedrijfstak.

Voor een nadere invulling van de gewenste dienstverlening, structuur, organisatie en besturing van de NPPL heb ik de opdracht gegeven voor een ontwerpstudie. Hierbij worden belanghebbenden in de sector nadrukkelijk betrokken. Mijn streven is om deze ontwerpstudie voor het zomerreces beschikbaar te hebben. Implementatie van de NPPL kan dan in de tweede helft van dit jaar plaatsvinden.

In aanvulling op het budget voor het NPPL stel ik 1,4 miljoen euro voor 4 jaar beschikbaar om de aanschaf van satellietdata te continueren. Daarmee zorg ik ervoor dat de satellietdata als open data beschikbaar blijven. Deze data geven gedetailleerde informatie over onder meer de bodem, de atmosfeer en de ontwikkeling van gewassen en zijn een essentieel onderdeel voor de ontwikkeling van advisering voor precisielandbouw. Toegepast in precisielandbouw kan de boer hiermee duurzamer voedsel produceren en tegelijkertijd meer oogst realiseren.

Doordat deze satellietdata als open data online aangeboden worden, zijn ze door iedereen vrij te gebruiken. De nieuwe data zullen voor het aankomende groeiseizoen beschikbaar komen.

Agroloket regeldruk

Het verminderen van onnodige regeldruk en het bieden van meer ruimte voor ondernemers zijn belangrijke speerpunten van dit kabinet. Tijdens afgelopen begrotingsbehandeling in november 2016 heb ik uw Kamer aangegeven dat ik, naast de maatwerkaanpak voor regeldruk in de agrofoodsector, een gemakkelijk vindbaar loket via een website wil openen voor ondernemers die knelpunten willen melden. Ook heb ik aangegeven dat ik daarbij ook de visserijsector zal meenemen en zal bekijken of de huidige aanpak voldoende aansluit bij deze sector. Ik ben voornemens om binnenkort hiervoor een digitaal agroloket te openen waar ondernemers belemmeringen voor innovatie en voorstellen voor regeldrukvermindering kunnen melden. Dit loket zal opengesteld worden binnen de website van Ruimte in Regels (RiR), waar bijvoorbeeld ook een apart loket beschikbaar is voor de chemiesector.

In samenspraak met indiener, brancheorganisaties en experts zal voor de ingediende knelpunten naar een oplossing worden gezocht. Momenteel wordt er gewerkt aan een zorgvuldige inrichting van het loket.

Daarnaast loopt de tweede tranche van de maatwerkaanpak regeldruk voor de agrosectoren. Er zijn via de brancheorganisaties ongeveer 50 knelpunten aangereikt, die momenteel met de inbrengende organisaties worden besproken en geselecteerd voor verdere actie en uitwerking. Hierover wordt uw Kamer separaat via de voortgangsrapportages regeldruk dit voorjaar geïnformeerd.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

Naar boven