34 419 Burgerinitiatief «Teken tegen kernwapens»

Nr. 19 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 augustus 2016

Met deze brief informeren wij u hoe de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen zich verhoudt tot de motie-Sjoerdsma/Van Bommel1 over inzage voor de Kamer in de bilaterale verdragen tussen de VS en Nederland over het stationeren van kernwapens in Nederland. Deze brief beantwoordt daarmee aan het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 8 juli 2016.

Zoals gemeld in onze brief2 van 4 juli jl. kan het kabinet geen uitspraken doen over afspraken in welke vorm dan ook over het stationeren van kernwapens in Europa. Indien het kabinet dat wel zou doen, zou het bondgenootschappelijke afspraken schenden. Zoals gesteld tijdens het algemeen overleg op 6 juli jl. over de NAVO-Top in Warschau, verzet het belang van het Koninkrijk zich daartegen. Artikel 13, lid 3 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen bepaalt dat verdragen met een geheim of vertrouwelijk karakter in een dergelijk geval niet ter kennis hoeven te worden gebracht van de Staten-Generaal. Kortom, niet de Rijkswet maar de bondgenootschappelijke afspraken van Nederland belemmeren inzage door de Kamer in de bilaterale verdragen tussen de Verenigde Staten en Nederland.

Het kabinet streeft naar maximale transparantie binnen de kaders van de hierover bestaande bondgenootschappelijke afspraken. In dit verband herinneren wij u graag aan het feit dat de Tweede Kamer in 1959 en 1964 is geïnformeerd over het verdrag tussen Nederland en de Verenigde Staten tot samenwerking op het gebied van atoomenergie voor de wederzijdse verdediging3 en over de afspraken tussen Nederland en de Verenigde Staten in het kader van het verdrag tot samenwerking inzake atoomgegevens4. Nog onlangs heeft het kabinet in de brief naar aanleiding van het burgerinitiatief «teken tegen kernwapens» bevestigd dat Nederland in NAVO-verband een kernwapentaak heeft5. Daarnaast heeft het kabinet in zijn brief van 4 juli jl. gemeld dat de uitvoering van de motie-Sjoerdsma/Van Bommel over inzage in de bilaterale verdragen tussen de VS en Nederland samenhangt met de uitvoering van de motie-Knops6 over meer openheid ten aanzien van eventueel in Nederland aanwezige kernwapens.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert


X Noot
1

Kamerstuk 34 419, nr. 9

X Noot
2

Kamerstuk 34 419, nr. 18

X Noot
5

Kamerstuk 34 419, nr. 2

X Noot
6

Kamerstuk 33 783, nr. 18

Naar boven