34 350 C Wijziging van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2015 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Inhoudsopgave

 

blz.

A.

Artikelsgewijze toelichting bij het wetsvoorstel

1

     

B.

Begrotingstoelichting

3

     

1.

Leeswijzer

3

     

2.

Het beleid

3

2.1.

Overzicht beleidsmutaties

3

2.2.

Het beleidsartikel

4

     

3.

Het verdiepingshoofdstuk

4

3.1.

Opbouw verplichtingen, uitgaven en ontvangsten vanaf de 1e suppletoire begroting

4

3.2.

Toelichting op de nog niet eerder opgenomen mutaties

6

3.3.

Integratie-uitkeringen

8

3.4.

Decentralisatie-uitkeringen

8

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikel 1

De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2015 te wijzigen.

Het in die begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikel wordt in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.

Wetsartikel 3

Ingevolge artikel 5, eerste lid van de Financiële-verhoudingswet juncto artikel 6, vierde lid van de Invoeringswet Financiële-verhoudingswet, hebben de provincies gezamenlijk recht op een bedrag van € 294.046.000 dat in de begroting als verplichting voor het totaal van de algemene uitkeringen is opgenomen. De verplichtingenbedragen bedoeld in artikel 5, tweede lid van de Financiële-verhoudingswet ter zake integratie-uitkeringen en decentralisatie-uitkeringen zijn respectievelijk € 0 en € 820.461.000.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. LEESWIJZER

Bij een suppletoire begroting ligt de nadruk niet op de beleidsprioriteiten, zoals in de ontwerpbegroting 2015, maar op de mutaties ten opzichte van deze ontwerpbegroting. De terugkoppeling over het gevoerde beleid in relatie tot de beleidsprioriteiten, zal centraal staan in de financiële verantwoording over 2015.

De indeling van deze suppletoire begroting is als volgt. Paragraaf 2.1. start met het beschrijven van de beleidsmutaties. Kort zal worden toegelicht wat de omvang en de reden van de uitgavenmutaties is. Vervolgens wordt in paragraaf 2.2. («het beleidsartikel»), ingegaan op de «budgettaire gevolgen van beleid». Deze paragraaf geeft inzicht in de integrale uitgaven die samenhangen met de hoofdbeleidsdoelstelling. Hierin worden de veranderingen op artikelonderdeel-niveau belicht. In paragraaf 3.1. worden de mutaties in de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten weergegeven vanaf de 1e suppletoire begroting. De mutaties die nog niet eerder zijn opgenomen in een begrotingshoofdstuk worden vervolgens toegelicht in paragraaf 3.2. Tot slot wordt in de paragrafen 3.3. en 3.4. ingegaan op respectievelijk de integratie-uitkeringen en de decentralisatie-uitkeringen.

2. DE BELEIDSMUTATIES

2.1. Overzicht beleidsmutaties

Tabel B: Beleidsmutaties (x € 1.000)
 

2015

Mutaties opgenomen in Ontwerpbegroting 2016 als Voorlopige Uitkomsten 2015:

 

Programma Impuls Omgevingsveiligheid (decentralisatie-uitkering)

16.196

Erfgoed en ruimte (decentralisatie-uitkering)

21

RSP Zuiderzeelijn (decentralisatie-uitkering)

43.148

Life Sciences Park Oss (decentralisatie-uitkering)

100

Actieplan bevolkingsdaling (decentralisatie-uitkering)

815

Natuur (decentralisatie-uitkering)

– 9.000

Accres (algemene uitkering)

4.595

Afrekening BTW-compensatiefonds (algemene uitkering)

18.397

Totaal

74.272

   

Mutaties nog niet opgenomen in een begrotingsstuk:

 

Zoetwater (decentralisatie-uitkering)

630

Green Deals (decentralisatie-uitkering)

699

Nationale gebiedsontwikkelingen (decentralisatie-uitkering)

2.707

Opruiming drugsafval (decentralisatie-uitkering)

1.000

DuurzaamDoor (decentralisatie-uitkering)

1.500

Bodemsanering (decentralisatie-uitkering)

3.600

Beter Benutten (decentralisatie-uitkering)

1.935

Regiegroep kust (decentralisatie-uitkering)

15

Tour de France 2015 (decentralisatie-uitkering)

250

Randstadspoor (decentralisatie-uitkering)

2.381

MKB Samenwerkingsagenda Rijk-Regio (decentralisatie-uitkering)

2.000

MKB Innovatiestimulering Topsectoren (decentralisatie-uitkering)

15.000

Erfgoed en ruimte (decentralisatie-uitkering)

66

Vismigratierivier (decentralisatie-uitkering)

413

Regionale Investeringssteun Groningen (decentralisatie-uitkering)

5.000

DU Ontwikkel / OEM variabel (decentralisatie-uitkering)

– 42.298

DU Ontwikkel / OEM variabel (algemene uitkering)

42.298

Totaal nieuwe mutaties

37.196

Totaal mutaties (uitgaven = verplichtingen)

111.468

2.2. Het beleidsartikel

In onderstaande tabel worden voor de verplichtingen, de uitgaven en de ontvangsten de budgettaire gevolgen van beleid van het provinciefonds weergegeven. Hiermee worden de integrale uitgaven die samenhangen met de samengestelde beleidsdoelstelling (het nastreven van een adequate omvang van het provinciefonds en het nastreven van een adequate verdeling van de middelen over de provincies) inzichtelijk gemaakt.

Tabel B1: Budgettaire gevolgen van beleid (x € 1.000)
 

Stand begroting (1)

Stand suppletoire begroting VJN (2)

Mutaties suppletoire begroting NJN (3)

Stand suppletoire begroting NJN (4)=(2+3)

Verplichtingen

952.181

1.003.239

111.468

1.114.707

           

Uitgaven:

952.181

1.003.126

111.468

1.114.594

         

Opdracht

       

1.

Kosten Financiële-verhoudingswet

100

200

0

200

           

Bijdragen aan medeoverheden

       

1.

Algemene uitkeringen

262.088

228.643

65.290

293.933

2.

Integratie-uitkeringen

0

0

0

0

3.

Decentralisatie-uitkeringen

689.993

774.283

46.178

820.461

           

Ontvangsten

952.181

1.003.126

111.468

1.114.594

3. HET VERDIEPINGSHOOFDSTUK

3.1. Opbouw verplichtingen, uitgaven en ontvangsten vanaf de 1e suppletoire begroting

Verplichtingen

In dit wetsvoorstel wordt voorgesteld de begroting van de verplichtingen van het provinciefonds voor het jaar 2015 met € 111.468.000 te muteren en te brengen op € 1.114.707.000. De toelichting bij de mutaties, welke nog niet eerder zijn opgenomen in een begrotingsstuk, die onderdeel vormen van het bedrag van € 111.468.000 dat in tabel B2 is vermeld, wordt gegeven in paragraaf 3.2.

Tabel B2: Opbouw verplichtingenbedrag 2015 (x € 1.000)

Stand ontwerpbegroting 2015

 

952.181

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

 

51.058

Stand 1e suppletoire begroting 2015

 

1.003.239

Mutaties opgenomen in Ontwerpbegroting 2016 als Voorlopige Uitkomsten 2015:

 

74.272

     

Mutaties nog niet opgenomen in een begrotingsstuk:

   

1) Zoetwater (decentralisatie-uitkering)

630

 

2) Nationale gebiedsontwikkelingen (decentralisatie-uitkering)

2.707

 

3) Opruiming drugsafval (decentralisatie-uitkering)

1.000

 

4) Green Deals (decentralisatie-uitkering)

699

 

5) DuurzaamDoor (decentralisatie-uitkering)

1.500

 

6) Bodemsanering (decentralisatie-uitkering)

3.600

 

7) Beter Benutten (decentralisatie-uitkering)

1.935

 

8) Regiegroep kust (decentralisatie-uitkering)

15

 

9) Tour de France 2015 (decentralisatie-uitkering)

250

 

10) Randstadspoor (decentralisatie-uitkering)

2.381

 

11) MKB Samenwerkingsagenda Rijk-Regio (decentralisatie-uitkering)

2.000

 

12) MKB Innovatiestimulering Topsectoren (decentralisatie-uitkering)

15.000

 

13) Erfgoed en ruimte (decentralisatie-uitkering)

66

 

14) Vismigratierivier (decentralisatie-uitkering)

413

 

15) Regionale Investeringssteun Groningen (decentralisatie-uitkering)

5.000

 

16a) DU Ontwikkel / OEM variabel (decentralisatie-uitkering)

– 42.298

 

16b) DU Ontwikkel / OEM variabel (algemene uitkering)

42.298

 

Subtotaal

 

37.196

Totaal mutaties 2e suppletoire begroting 2015

 

111.468

Stand 2e suppletoire begroting 2015

 

1.114.707

Waarvan verplichtingenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet

 

200

Waarvan verplichtingenbedrag Algemene uitkering

 

294.046

Waarvan verplichtingenbedrag Integratie-uitkeringen

 

0

Waarvan verplichtingenbedrag Decentralisatie-uitkeringen

 

820.461

Uitgaven

In de onderstaande tabel B3 wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste mutaties die zich in de periode vanaf de ontwerpbegroting 2015 tot en met de tweede suppletoire begroting 2015 hebben voorgedaan in de uitgaven. De weergegeven mutaties, welke nog niet eerder zijn opgenomen in een begrotingsstuk, worden in paragraaf 3.2 afzonderlijk toegelicht.

In dit wetsvoorstel wordt voorgesteld de begroting van de uitgaven van het provinciefonds voor het jaar 2015 met € 111.468.000 te muteren en te brengen op € 1.114.594.000.

Tabel B3: Opbouw uitgavenbedrag 2015 (x € 1.000)

Stand ontwerpbegroting 2015

 

952.181

Mutaties 1e suppletoire begroting 2015

 

50.945

Stand 1e suppletoire begroting 2015

 

1.003.126

Mutaties opgenomen in Ontwerpbegroting 2016 als Voorlopige Uitkomsten 2015:

 

74.272

     

Mutaties nog niet opgenomen in een begrotingsstuk:

   

1) Zoetwater (decentralisatie-uitkering)

630

 

2) Nationale gebiedsontwikkelingen (decentralisatie-uitkering)

2.707

 

3) Opruiming drugsafval (decentralisatie-uitkering)

1.000

 

4) Green Deals (decentralisatie-uitkering)

699

 

5) DuurzaamDoor (decentralisatie-uitkering)

1.500

 

6) Bodemsanering (decentralisatie-uitkering)

3.600

 

7) Beter Benutten (decentralisatie-uitkering)

1.935

 

8) Regiegroep kust (decentralisatie-uitkering)

15

 

9) Tour de France 2015 (decentralisatie-uitkering)

250

 

10) Randstadspoor (decentralisatie-uitkering)

2.381

 

11) MKB Samenwerkingsagenda Rijk-Regio (decentralisatie-uitkering)

2.000

 

12) MKB Innovatiestimulering Topsectoren (decentralisatie-uitkering)

15.000

 

13) Erfgoed en ruimte (decentralisatie-uitkering)

66

 

14) Vismigratierivier (decentralisatie-uitkering)

413

 

15) Regionale Investeringssteun Groningen (decentralisatie-uitkering)

5.000

 

16a) DU Ontwikkel / OEM variabel (decentralisatie-uitkering)

– 42.298

 

16b) DU Ontwikkel / OEM variabel (algemene uitkering)

42.298

 

Subtotaal

 

37.196

Totaal mutaties 2e suppletoire begroting 2015

 

111.468

Stand 2e suppletoire begroting 2015

 

1.114.594

Waarvan uitgavenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet

 

200

Waarvan uitgavenbedrag Algemene uitkering

 

293.933

Waarvan uitgavenbedrag Integratie-uitkeringen

 

0

Waarvan uitgavenbedrag Decentralisatie-uitkeringen

 

820.461

Ontvangsten

Sinds de invoering van de Financiële-verhoudingswet zijn de uitgaven en de inkomsten op grond van artikel 4 van die wet over ieder uitkeringsjaar aan elkaar gelijk. Ten opzichte van de oorspronkelijke vastgestelde begroting van het provinciefonds voor 2015 worden de ontvangsten, analoog aan de uitgaven, met € 111.468.000 gemuteerd en gebracht op € 1.114.594.000.

3.2. Toelichting op de nog niet eerder opgenomen mutaties:

1) Zoetwater (decentralisatie-uitkering)

Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu stelt voor het jaar 2015 middelen beschikbaar voor het uitvoeren van de zoetwatermaatregelen uit het Deltaplan Zoetwater.

2) Nationale gebiedsontwikkelingen (decentralisatie-uitkering)

Dit betreft een bijdrage aan de provincie Limburg in de proceskosten Ooijen Wanssum.

3) Opruiming drugsafval (decentralisatie-uitkering)

Met deze overboeking van € 1 miljoen naar het provinciefonds wordt invulling gegeven aan een amendement cofinanciering opruiming drugsafval, vastgelegd door de Tweede Kamer op 30 oktober 2014.

4) Green Deals (decentralisatie-uitkering)

Ter uitvoering van de Green Deal met de provincie Zuid-Holland wordt € 125 duizend ter beschikking gesteld voor de uitwerking van de warmtestrategie.

In het kader van het beleid ter ondersteuning van elektrisch vervoer en de inzet van het samenwerkingsverband Metropoolregio Amsterdam (MRA) wordt een bedrag van € 474 duizend als decentralisatie-uitkering via het provinciefonds aan de provincie Noord-Holland toegekend ten behoeve van de Inzet van MRA via het projectbureau MRA-Elektrisch op het gebied van elektrisch vervoer.

De provincie Zeeland ontvangt € 100 duizend ten behoeve van het project Tidal Test Centrum Grevelingen.

5) DuurzaamDoor (decentralisatie-uitkering)

Dit betreft de betaling voor het jaar 2015 van het programma DuurzaamDoor 2013–2016.

6) Bodemsanering (decentralisatie-uitkering)

De provincie Overijssel ontvangt een bijdrage van € 1,6 miljoen voor de aanpak van de meest urgente asbestproblematiek in de gemeente Hof van Twente. De provincie Zeeland ontvangt een laatste bijdrage van € 2 miljoen uit het knelpuntenbudget bodemsanering ten behoeve van de bodemsanering op het Thermphos-terrein.

7) Beter benutten (decentralisatie-uitkering)

De provincie Noord-Brabant ontvangt € 75 duizend voor de ontwikkeling en campagnedeel van de nationale fietstelweek. De provincie Flevoland ontvangt € 1,86 miljoen voor het uitvoeren van de Beter Benutten-maatregel Multimodale Haven Flevokust.

8) Regiegroep kust (decentralisatie-uitkering)

Dit betreft de rijksbijdrage aan het Landelijk overleg kust.

9) Tour de France 2015 (decentralisatie-uitkering)

De provincie Zeeland ontvangt een bijdrage van € 250 duizend i.v.m. het organiseren van de Tour de France 2015.

10) Randstadspoor (decentralisatie-uitkering)

Dit betreft een bijdrage door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu ten behoeve van het project Spoorkruisingen Nieuweweg Noord en Voorpoort in Veenendaal voor vervanging van de huidige overweg Nieuweweg Noord door twee spoortunnels.

11) MKB Samenwerkingsagenda Rijk-Regio (decentralisatie-uitkering)

In het kader van de gemaakte afspraken met Noord Nederland voortvloeiend uit de MKB Samenwerkingsagenda Rijk-Regio ontvangt de provincie Groningen € 2 miljoen voor de financiering van regionaal economische projecten.

12) MKB Innovatiestimulering Topsectoren (decentralisatie-uitkering)

In het kader van de gezamenlijk met de regio opgezette regeling MKB Innovatiestimulering Topsectoren ontvangen de provincies € 15 miljoen via het provinciefonds.

13) Erfgoed en ruimte (decentralisatie-uitkering)

De provincie Utrecht ontvangt € 66 duizend van het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap vanuit de beleidsnota Visie Erfgoed en Ruimte (Kiezen voor Karakter).

14) Vismigratierivier (decentralisatie-uitkering)

Het Ministerie van Economische Zaken draagt in 2015 € 413 duizend bij aan de realisatie van de vismigratierivier in de afsluitdijk.

15) Regionale Investeringssteun Groningen (decentralisatie-uitkering)

In het kader van de regeling Regionale Investeringssteun Groningen (RIG), die tot doel heeft investeringssteun te verlenen aan ondernemingen gevestigd in de Eemsdelta en de Zernike-campus, ontvangt de provincie Groningen een bijdrage van € 5 miljoen.

16a en b) DU Ontwikkel / OEM variabel (algemene uitkering en decentralisatie-uitkering)

Om verdeeltechnische redenen is er voor gekozen om een deel van het bedrag dat gemoeid is met de decentralisatie-uitkering Ontwikkel / OEM variabel via de algemene uitkering uit te betalen.

3.3. Integratie-uitkeringen

Als een toevoeging aan de algemene uitkering van het provinciefonds in één keer bezwaarlijk is vanwege de omvang van de herverdeeleffecten wordt normaliter gesproken een integratie-uitkering toegepast. De integratie-uitkering voorziet dan in een geleidelijke overgang van specifieke uitkering of eigen inkomsten naar de algemene uitkering. Het provinciefonds bevat momenteel geen integratie-uitkeringen. Dientengevolge is tabel B4 (overzicht integratie-uitkeringen provinciefonds) niet opgenomen.

3.4. Decentralisatie-uitkeringen

Binnen het provinciefonds bestaat naast de algemene uitkering en de integratie-uitkering ook de decentralisatie-uitkering. De verdeling van de decentralisatie-uitkering volgt evenmin als de integratie-uitkering de regels van de verdeling van de algemene uitkering van het gemeentefonds. Anders dan bij de integratie-uitkering, waar de termijn van overheveling naar de algemene uitkering van tevoren vaststaat, ontbreekt bij de decentralisatie-uitkering een dergelijke termijn. Dat maakt de uitkering geschikt voor de overheveling van specifieke uitkeringen, ook als die termijn nog niet bekend is. Ook maakt het de uitkering geschikt voor middelen die slechts tijdelijk beschikbaar zijn. In tabel B5 is een overzicht opgenomen van de decentralisatie-uitkeringen in 2015.

Tabel B5: Overzicht decentralisatie-uitkeringen provinciefonds (x € 1.000)
 

2015

Ontwerpbegroting 2015:

 

Afsluitdijk

500

Bedrijventerreinen

13.202

Bedrijventerreinen (Toppergelden)

100

DU Ontwikkel / OEM variabel

400.735

Monumenten

20.000

Nationale gebiedsontwikkelingen

5.627

Natuur

205.000

Sterke regio's

3.130

Waddenfonds

40.499

Zuiderzeelijn REP-middelen

0

Zwemwaterrichtlijn EU

1.200

 

Stand ontwerpbegroting 2015

689.993

   

1e suppletoire begroting 2015:

 

Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen 2014

2

Regionale luchthavens

934

Natuur

34.167

Bodemsanering

44.423

Beter benutten

3.358

Green Deal

1.406

   

Stand 1e suppletoire begroting 2015

774.283

   

Mutaties opgenomen in Ontwerpbegroting 2016 als Voorlopige Uitkomsten 2015:

 

Programma Impuls Omgevingsveiligheid

16.196

Erfgoed en ruimte

21

RSP Zuiderzeelijn

43.148

Life Sciences Park Oss

100

Actieplan bevolkingsdaling

815

Natuur

– 9.000

   

2e suppletoire begroting 2015:

 

Zoetwater

630

Nationale gebiedsontwikkelingen

2.707

Opruiming drugsafval

1.000

Green Deals

699

DuurzaamDoor

1.500

Bodemsanering

3.600

Beter Benutten

1.935

Regiegroep kust

15

Tour de France 2015

250

Randstadspoor

2.381

MKB Samenwerkingsagenda Rijk-Regio

2.000

MKB Innovatiestimulering Topsectoren

15.000

Erfgoed en ruimte

66

Vismigratierivier

413

Regionale Investeringssteun Groningen

5.000

DU Ontwikkel / OEM variabel

– 42.298

   

Stand 2e suppletoire begroting 2015

820.461

Naar boven