34 332 (R2062) Verdrag betreffende de Aziatische Infrastructuurinvesteringsbank; Beijing, 29 juni 2015

Nr. 10 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 november 2021

Hierbij bied ik u het verslag aan van de jaarvergadering van de Aziatische Infrastructuurinvesteringsbank (AIIB). Ter informatie is de schriftelijke verklaring van Nederland bijgevoegd (zie bijlage I)1.

Tevens informeer ik uw Kamer met deze brief over de uitkomsten van de herziening van het safeguardsbeleid van de AIIB, zoals toegezegd in mijn brief van 17 september 20202.

1. Verslag jaarvergadering AIIB 2021

De jaarvergadering van de Raad van Gouverneurs (RvG) van de AIIB vond virtueel plaats op 26 oktober jongstleden. Tijdens de vergadering zijn er verschillende resoluties aangenomen door de RvG.

Ten eerste heeft de RvG het jaarverslag van 2020 van de AIIB aangenomen (zie bijlage II)3. Daarnaast heeft de RvG tijdens de jaarvergadering ingestemd met de toetreding van Nigeria tot de AIIB. Met de toetreding van Nigeria telt de AIIB 104 aandeelhouders. Nieuwe leden kunnen aandelen kopen van de AIIB die nog niet zijn toegewezen. Daarom heeft de toelating van Nigeria geen effect op het aandeel en stemrecht van de huidige aandeelhouders van de AIIB. Voorts heeft de RvG het voorstel goedgekeurd de jaarvergadering van 2022 in Moskou te organiseren.

En marge van de jaarvergadering heeft de AIIB ook een statement afgegeven om vanaf 1 juli 2023 alle nieuwe projecten uit te voeren in lijn met de Parijs Akkoorden.

2. Herziening safeguardsbeleid

Met het verslag van de jaarvergadering van 2020 informeerde ik uw Kamer over de herziening van het safeguardsbeleid (Environmental and Social Framework, ESF), dat toentertijd in gang was gezet. In de betreffende brief heb ik aangegeven terug te komen op de uitkomsten van de herziening. Hierbij kom ik tegemoet aan die toezegging.

Het ESF is het overkoepelende raamwerk van de AIIB voor safeguards en vormt de basis voor het beschermen van mens en milieu bij projecten van de AIIB. Ter voorbereiding op de herziening van het ESF heeft de AIIB in 2020 twee openbare consultatierondes gehouden om input bij stakeholders op te halen. Gedurende het traject van herziening is het ESF meerdere keren in de Raad van bewindvoerders (RVB) besproken tussen de aandeelhouders van de AIIB en het management van de Bank. Uiteindelijk heeft de RVB in mei 2021 unaniem ingestemd met het herziene ESF.

De Nederlandse inzet in de RvB was erop gericht dat de herziening zou leiden tot aanscherping en verbetering van safeguards in het ESF. In het algemeen is Nederland positief over de herziening van het ESF. Desalniettemin erkent Nederland dat het ESF op onderdelen ook ambitieuzer kan zijn. Daarom is het van het belang dat de AIIB de hoogste standaarden v.w.b. impact op mens en milieu bij projecten blijft nastreven en het ESF doorlopend geactualiseerd wordt om deze ambitie te reflecteren. Hieronder zal worden ingegaan op specifieke aanpassingen in het ESF.

Met de herziening is er een deadline opgenomen in het ESF voor de publieke publicatie van Environmental and Social Documentation voor zowel cliënten als de AIIB zelf. Voor zogeheten categorie A projecten (hoger risico) is dat 60 dagen voorafgaand aan goedkeuring van het project en voor categorie B projecten (lager risico) is dat 30 dagen. Nederland heeft zich ingezet voor de formalisering van periodes, wat ten goede komt van de transparantie binnen de instelling en het waarborgen van standaarden. Ten aanzien van de monitoring van lopende projecten is in de herziening ook opgenomen dat rapportages die de cliënt aanlevert door de AIIB worden gepubliceerd.

Een andere aanpassing in het kader van transparantie waar Nederland zich voor heeft ingezet is de behandeling van indirecte investeringen van de AIIB via financiële intermediairs (FI). Zo wordt door de herziening bij de due diligence voor FI projecten beoordeeld of er een solide Environmental and Social Management System (ESMS) is bij de FI. Ook wordt er gekeken naar uitgevoerde projecten en de pijplijn van projecten om zo mogelijke risico’s te identificeren. Daarnaast dienen FI’s die hoog-risicoprojecten wensen uit te voeren de benodigde Environmental and Social Documentation 60 dagen van te voren voorafgaand aan financiering te publiceren. Bij dergelijke projecten zal de AIIB expliciet met de financiering in moeten stemmen.

Tevens is het ESF aangescherpt op de eis voor cliënten van de AIIB om gender uitgesplitste gegevens te verzamelen tijdens projectvoorbereiding en uitvoering. In dit kader is in de herziening ook opgenomen dat de AIIB meer zal doen om genderaspecten mee te nemen in haar projecten.

Tot slot heeft de AIIB het beleid ten aanzien van onvrijwillige verhuizingen aangescherpt, onder andere door speciale aandacht voor gender binnen herplaatsingen, een toevoeging over de samenwerking tussen cliënt en betrokken overheid en de notie dat in het geval er wordt gewerkt met een derde partij voor de acquisitie van land het de verantwoordelijkheid blijft van de cliënt om de standaarden te bewaken. Nederland is positief over deze aanpassingen en zal bij dergelijke projecten de AIIB oproepen om deze standaarden nauwkeurig te bewaken.

Hoewel het vernieuwde ESF op diverse onderdelen verbeteringen bevat, zijn er ook zaken die Nederland graag sterker terug had zien komen in de herziening. Zo had Nederland in lijn met het groene motto van de AIIB en ontwikkelingen bij andere Internationale Financiële Instellingen (IFI’s) graag gezien dat financiering van koolprojecten formeel uitgesloten zouden worden en dat uitfasering van financiering van andere fossiele brandstofprojecten geformaliseerd zou worden in het ESF. Desalniettemin heeft de AIIB, mede op verzoek van Nederland en gelijkgestemde landen, toegezegd dit jaar de herziening van het energiebeleid (Energy Sector Strategy) te starten, waarin de financiering van fossiele brandstofprojecten centraal zal staan. Ook is met betrekking tot projecten waarbij inheemse volkeren betrokken zijn blijven staan dat er een besluit over de doorgang van een project zal worden genomen op basis van consultaties onder het betreffende volk en niet op basis van instemming. Nederland zal ervoor blijven inzetten dat bij dergelijke projecten de consultaties met inheemse volkeren zorgvuldig worden uitgevoerd en dat de uitkomst bij deze projecten niet afwijkt van de benadering die andere IFI’s volgen.

Als aandeelhouder van de AIIB zal Nederland zich blijven inzetten voor zorgvuldige naleving van het ESF en het nastreven van de hoogste standaarden. Mocht na verloop van tijd blijken dat het beleid verouderd is of tekortschiet op bepaalde aspecten, dan zal Nederland dit aankaarten richting de AIIB.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Kamerstuk 34 332 (R2062), nr 9.

X Noot
3

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven