34 307 Verslagen van de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven

Nr. 19 VERSLAG OVER HET VERZOEKSCHRIFT1 VAN T.S. TE M.2 INZAKE AFWIJZING TOEPASSING HARDHEIDSCLAUSULE BIJ EEN ONTSLAGVERGOEDING

Vastgesteld 21 april 2016

Klacht

Gemachtigde van verzoeker beklaagt zich over de afwijzing van het verzoek om toepassing van de hardheidsclausule ex artikel 63 Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) in verband met een ontslagvergoeding in het kader van de zogenaamde 80%-regeling bij afkoop van loonstamrechten.

Naar aanleiding van dit verzoek heeft de Staatssecretaris van Financiën inlichtingen verstrekt aan de commissie.

Feiten

In april 2013 ondertekent verzoeker met zijn voormalige werkgever een beëindigingsovereenkomst van zijn arbeidscontract, waarin een gouden handdruk en een ontslagdatum is overeengekomen per 1 december. 2013. Tegen einde oktober van dat jaar maakt de Staatssecretaris bekend dat voor volledig tussen ex-werkgever en de werknemer overeengekomen stamrechten waarvan het geld uiterlijk voor 15 november 2013 is overgemaakt een wettelijke mogelijkheid in het leven is geroepen om in 2014 het stamrecht, mits dat geheel wordt afgekocht, slechts voor 80% in de belastingheffing mee te tellen. Om van deze mogelijkheid gebruik te kunnen maken heeft verzoeker zijn werkgever gevraagd de ontslagvergoeding 15 dagen eerder naar

zijn stamrecht BV over te maken. Aangezien de werkgever hiertoe niet bereid was, heeft verzoeker het voordeel van de 80%-regeling i.c circa € 40.000 misgelopen. Vervolgens heeft verzoeker de inspecteur van de Belastingdienst verzocht om met toepassing van de hardheidsclausule alsnog gebruik te kunnen maken van de 80%-regeling; de inspecteur heeft dat verzoek afgewezen op grond van de feitelijke constatering dat de betaling van de beëindigingsvergoeding pas na 15 november 2013 heeft plaatsgevonden en het verzoek verder geen elementen bevat op grond waarvan de hardheidsclausule toepassing zou kunnen vinden.

Overwegingen

In zijn reactie schrijft dat Staatssecretaris dat de hardheidsclausule ex artikel 63 Awr slechts kan worden toegepast als er sprake is van een «onbillijkheid van overwegende aard», dat wil zeggen een gevolg dat de wetgever had voorkomen als hij dat bij het maken van de wet had voorzien. In de onderhavige casus is daar volgends de bewindsman geen sprake van. Om anticiperend gedrag tegen te gaan is aan de 80%-regeling met opzet de objectieve voorwaarde verbonden dat het geld voor het stamrecht vóór 15 november 2013 moet zijn overgemaakt. Tijdens de parlementaire behandeling is het hanteren van de datum-grens expliciet aan de orde geweest en daarbij is vastgesteld dat de datum waarop de werkgever het geld heeft overgemaakt van doorslaggevende betekenis is. Deze afweging heeft echter geen betrekking op de situatie van verzoeker. De afspraken over (het uitbetalen van) een ontslagvergoeding tussen werkgever en werknemer liggen in de civielrechtelijke sfeer waar de Belastingdienst buiten staat.

Volgens de Staatssecretaris kan verzoeker, voor zover deze in de veronderstelling verkeert dat in het wetgevingsproces of de uitvoeringspraktijk algemene rechtsbeginselen zouden zijn geschonden, een gerechtelijke procedure overwegen.

Oordeel van de commissie3

De commissie is van oordeel dat de afweging van de Staatssecretaris kan worden gevolgd.

Voorstel aan de Kamer

Er is geen aanleiding om de Kamer een voorstel te doen.

De voorzitter van de commissie, Neppérus

De griffier van de commissie, Roovers


X Noot
1

Dit adres en de stukken welke de commissie bij haar onderzoek ten dienste hebben gestaan, liggen op het commissiesecretariaat Verzoekschriften, Lange Poten 4, Den Haag, ter inzage van de leden.

X Noot
2

Naam en adres van verzoeker zijn de commissie bekend.

X Noot
3

De commissie bestaat uit de leden: Neppérus (voorzitter), (VVD), Jacobi (PvdA), Van Raak (SP), Koşer Kaya (D66), Beertema (PVV), Bruins Slot (CDA), Klein (Klein), Dik-Faber (CU), Van der Linde (VVD) en de plaatsvervangend leden Van Oosten (VVD), Dikkers PvdA), Van Nispen (SP), Swinkels (D66), Krol (50PLUS) en De Caluwé (VVD).

Naar boven