34 264 Wijziging van de Mediawet 2008 in verband met het toekomstbestendig maken van de publieke mediadienst

34 459 Wijziging van de Mediawet 2008 in verband met aanvullingen bij het toekomstbestendig maken van de landelijke publieke mediadienst

AH1 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 25 februari 2020

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap2 heeft kennisgenomen van de brief van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 19 december 2019, inzake het voornemen om het in 2016 opgestelde wetsvoorstel over modernisering van de regionale publieke omroep definitief niet bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.3 Naar aanleiding hiervan zijn op 24 januari 2020 vragen gesteld aan de Minister.

De Minister heeft op 21 februari 2020 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Bergman

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media

Den Haag, 24 januari 2020

De commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft kennisgenomen van uw brief van 19 december 2019, waarin u het voornemen aankondigt het in 2016 opgestelde wetsvoorstel over modernisering van de regionale publieke omroep definitief niet bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.4 Omdat met het wetsvoorstel invulling zou worden gegeven aan een reeks toezeggingen aan de Eerste Kamer wenst de commissie u nog enige vragen voor te leggen.

De commissie leest dat u voornemens bent het wetsvoorstel definitief niet in te dienen. Wordt het nu ook daadwerkelijk niet ingediend of is dit nog altijd slechts een voornemen? Welke stappen moeten nog gezet worden?

Op grond van toezegging T02223 zou de redactionele onafhankelijkheid in de regio in het regiowetsvoorstel worden vastgelegd. Gesteld dat het wetsvoorstel daadwerkelijk definitief niet wordt ingediend, hoe bent u dan van plan om de geest van de toezegging gestand te doen in huidig en toekomstig beleid?

Op grond van toezegging T02224 zouden de waarborgen in de motie-Ten Hoeve c.s.5 – onder meer een mediaraad voor Fryslân, instemmingsrecht bij het benoemen van de hoofdredacteur van Omrop Fryslân, zwaarwegend advies bij de middelenverstrekking aan Omrop Fryslân – in het regiowetsvoorstel worden uitgewerkt. De commissie verneemt graag op welke wijze u nu inhoudelijk invulling geeft aan deze toezegging. Zij stelt dezelfde vraag met betrekking tot toezegging T02372 over het overnemen van de inhoudelijke strekking van de genoemde motie-Ten Hoeve c.s.

De commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ziet met belangstelling uit naar uw reactie en ontvangt deze graag binnen vier weken na dagtekening van deze brief.

De voorzitter van de commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M.H. Bikker

BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 februari 2020

Hierbij zend ik u het antwoord op schriftelijke vragen van de commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van uw Kamer inzake de regionale omroep. De vragen werden mij op 24 januari 2020 toegezonden bij uw brief met kenmerk 158162.44u.

De commissie vraagt, naar aanleiding van mijn brief van 19 december 2019,6 waarin ik het voornemen heb aangekondigd het in 2016 opgestelde wetsvoorstel over modernisering van de regionale publieke omroep (hierna: het Regiowetsvoorstel) definitief niet bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen, welke stappen nog gezet moeten worden om het wetsvoorstel definitief niet in te dienen.

In mijn brief heb ik aangegeven dat ik het niet langer opportuun acht om het Regiowetsvoorstel in te dienen. Het besluit om het wetsvoorstel niet in te dienen wordt genomen door de ministerraad. Indien de ministerraad overeenkomstig besluit, zal een nader rapport worden ingediend bij de Koning. Hierin wordt de Koning verzocht ermee in te stemmen dat het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State buiten verdere behandeling wordt gelaten en dat het wetsvoorstel, de memorie van toelichting, het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State en het nader rapport openbaar worden gemaakt. Ik ben deze procedure aan het voorbereiden.

In het kader van de plenaire behandeling van het wetsvoorstel tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met het toekomstbestendig maken van de publieke mediadienst, waarmee onder andere de Stichting Regionale Publieke Omroep (hierna: RPO) werd ingesteld, heeft de toenmalige Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Sent (PvdA) en Lintmeijer (GroenLinks), toegezegd de redactionele onafhankelijkheid in de regio in het regiowetsvoorstel wettelijk vast te leggen. De commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap vraagt hoe ik van plan ben om de geest van deze toezegging gestand te doen in huidig en toekomstig beleid.

In de huidige wetgeving is de redactionele onafhankelijkheid van regionale omroepen vastgelegd in artikel 2.88 van de Mediawet 2008. Toegepast op de regionale omroepen betekent dit onder meer dat een regionale omroep zelf de vorm en inhoud bepaalt van het door deze omroep verzorgde media-aanbod en daar verantwoordelijk voor is. Het gaat hier om een kernartikel in de Mediawet 2008. De redactionele onafhankelijkheid van de regionale publieke omroepen staat voor mij buiten kijf. Er is geen enkele reden om nu of in de toekomst aan deze redactionele onafhankelijkheid van de publieke omroepen te tornen.

Tijdens hetzelfde plenaire debat heeft de toenmalige Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Atsma (CDA), Schnabel (D66), Sent (PvdA), Bikker (ChristenUnie) en Ten Hoeve (OSF), toegezegd de waarborgen in de motie-Ten Hoeve c.s.7 – onder meer een mediaraad voor Fryslân, instemmingsrecht bij het benoemen van de hoofdredacteur van Omrop Fryslân, zwaarwegend advies bij de middelenverstrekking aan Omrop Fryslân – uit te werken in het regiowetsvoorstel en in de nieuwe bestuursafspraken tussen Rijk en Provincie Friesland. De commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap vraagt op welke wijze ik nu inhoudelijk invulling geef aan deze toezegging. Zij stelt dezelfde vraag met betrekking tot de toezegging over het overnemen van de inhoudelijke strekking van de genoemde motie-Ten Hoeve c.s.

Als onderdeel van het regiowetsvoorstel zou Omrop Fryslân, evenals de andere twaalf regionale publieke omroepen, een andere positie krijgen binnen het geheel van de RPO en regionale publieke omroepen. De motie Ten Hoeve c.s. wees in dit verband op de bijzondere positie van het Fries als tweede rijkstaal en de bijzondere taak en positie van Omrop Fryslân ten aanzien van de Friese taal en beoogde daarom extra waarborgen voor Omrop Fryslân in te bouwen binnen het geheel van de RPO en regionale publieke omroepen. Om te voorkomen dat door het niet indienen van het regiowetsvoorstel de daaraan gekoppelde waarborgen die zijn opgenomen in de motie Ten Hoeve c.s. uit het zicht zouden verdwijnen, is vervolgens een tekst over de uitvoering van deze motie opgenomen in artikel 7 van de Bestuursafspraken Fries in de media 2016.8 De belangrijkste zin in dit artikel luidde als volgt:

«Indien het tot dusverre niet bij de Tweede Kamer ingediende wetsvoorstel modernisering regionale omroep in de toekomst in de huidige vorm dan wel iets aangepast alsnog wordt ingediend, zal de inhoud van deze motie daarin onverkort worden meegenomen.»

De Bestuursafspraken Fries in de media 2016 waren echter geldig van 17 december 2016 tot en met 31 december 2018. De daarin gemaakte afspraken zijn daarom voor zover mogelijk en nog actueel overgenomen in de Bestuursafspraak Friese Taal en Cultuur 2019–2023 (BFTC 2019–2023).9

De bovenstaande afspraak over de uitvoering van de motie Ten Hoeve c.s. is volledig overgenomen in artikel 11 van de BFTC 2019–2023.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

De letters AH hebben alleen betrekking op 34 264.

X Noot
2

Samenstelling:

Essers (CDA), Ganzevoort (GL), Sent (PvdA), Van Strien (PVV), Van Apeldoorn (SP), Atsma (CDA), Nooren (PvdA), Pijlman (D66) (ondervoorzitter), Schalk (SGP), Bikker (CU) (voorzitter), Klip-Martin (VVD), De Bruijn-Wezeman(VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), A.J.M. van Kesteren (PVV), De Blécourt-Wouterse (VVD), Van der Burg (VVD), Cliteur (FVD), Dessing (FVD), Doornhof (CDA), Gerbrandy (OSF), Nanninga (FVD), Nicolaï (PvdD), Pouw-Verweij (FVD), vac. (Fractie-Otten), Veldhoen (GL), Vendrik (GL), Van der Voort (D66).

X Noot
3

Kamerstukken I 2019/20, 34 264 / 34 459, AG.

X Noot
4

Kamerstukken I 2019/20, 34 264 / 34 459, AG.

X Noot
5

Kamerstukken I 2015/16, 34 264, K.

X Noot
6

Kamerstukken I 2019/20, 34 264 / 34 459, AG.

X Noot
7

Kamerstukken I 2015/16, 34 264, K.

Naar boven