34 208 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten ter implementatie van richtlijn nr. 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijn 82/891/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2001/24/EG, 2002/47/EG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU, 2012/30/EU en 2013/36/EU en Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 648/2012, van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2014, L 173), alsmede ter implementatie van verordening (EU) nr. 806/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2014 tot vaststelling van eenvormige regels en een eenvormige procedure voor de afwikkeling van kredietinstellingen en bepaalde beleggingsondernemingen in het kader van een gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme en een gemeenschappelijk bankenafwikkelingsfonds en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2014, L 225) (Implementatiewet Europees kader voor herstel en afwikkeling van banken en beleggingsondernemingen)

F BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 april 2016

Hierbij informeer ik u, zoals eerder toegezegd,1 graag over de opzet en aanpak van de verkenning van een herziening van de Wet op het financieel toezicht (Wft) en bijbehorende lagere regelgeving. Sinds de inwerkingtreding van de wet per 1 januari 2007 is de Wft veelvuldig gewijzigd, zowel ter implementatie van Europese richtlijnen als ter verwezenlijking van nationaal beleid. De hoeveelheid regels op het terrein van het financieel recht is in omvang en complexiteit sterk toegenomen. Deze regels zijn niet alleen in de Wft, daaraan verwante wetgeving2 en onderliggende regelgeving terug te vinden, maar zijn ook in toenemende mate in rechtstreeks werkende Europese verordeningen opgenomen.

Directe aanleiding voor de verkenning is het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State op het voorstel voor de Implementatiewet Europees kader voor herstel en afwikkeling van banken en beleggingsondernemingen. De Afdeling gaf hierin aan dat de toegankelijkheid en overzichtelijkheid van de Wft in toenemende mate onder druk staat door ontwikkelingen op het terrein van het financieel recht sinds de totstandkoming van de Wft. Tegen die achtergrond is er volgens de Raad «aanleiding om de opzet van de Wft tegen het licht te houden en nader te bezien op welke wijze de Nederlandse financiële toezichtwetgeving het beste kan worden opgezet om deze beter toegesneden te laten zijn op de voorliggende Europese regels en de ontwikkeling daarvan. Daarbij zou de toegankelijkheid van de wetgeving voorop moeten staan.»3

Ik onderken het belang van een goed functionerend regelgevend kader voor de financiële sector en heb besloten tot een verkenning of, en op welke wijze de regelgeving voor de financiële markten toegankelijker en toekomstbestendiger kan worden gemaakt. Een brede inventarisatie van de problematiek rond de Wft zal bijdragen aan weloverwogen keuzen met betrekking tot een herziening van de Wft. Op basis van de uitkomsten van de verkenning en een zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen van verschillende oplossingsrichtingen zal ik een besluit nemen over een eventuele herziening van de Wft die kan rekenen op een voldoende breed draagvlak en de ervaren problemen met de Wft zo goed mogelijk adresseert.

Doel en reikwijdte verkenning

De centrale vraag van de verkenning is hoe de regelgeving voor de financiële markten toegankelijker en toekomstbestendiger kan worden gemaakt. Hierbij gaat het om de mate waarin de gebruiker goede toegang heeft tot relevante regels en een goed inzicht kan verkrijgen in de inhoud en reikwijdte van deze regels. Tevens zal worden onderzocht in hoeverre het stelsel van financiële regelgeving zich kan aanpassen aan nieuwe (Europese) ontwikkelingen op het gebied van de regulering van de financiële markten en op welke wijze rekening kan worden gehouden met financiële innovaties (FinTech) en andere toekomstige ontwikkelingen. Daarbij zal de aandacht primair gericht zijn op de inrichting en vormgeving van de financiële regelgeving. De inrichting van het toezicht staat als zodanig niet ter discussie en er zal terughoudend worden omgegaan met beleidsmatige aanpassingen.

De verkenning zal in de eerste plaats een inventarisatie en analyse van de verschillende problemen en oplossingsrichtingen inhouden in het licht van de oorspronkelijke doelstellingen van de Wft en toekomstige ontwikkelingen. Vervolgens vindt een afweging plaats van de mogelijke oplossingsrichtingen. Hierbij zullen niet alleen de inhoudelijke voor- en nadelen tegen elkaar worden afgewogen. Een voorgenomen ingreep in de financiële regelgeving zal, afhankelijk van de mate van ingrijpendheid, leiden tot een beslag op wetgevingscapaciteit en tot kosten voor de financiële sector als gevolg van een proces van aanpassing en overgang. Daarom zal de opportuniteit van een eventuele ingreep in de Wft tevens worden gewogen aan de hand van de te verwachten maatschappelijke kosten en baten.

Inrichting van het proces

Het doel van de verkenning is om in een contourennota de ondervonden problemen met de huidige Wft te schetsen en conclusies te trekken over een herziening aan de hand van een weging van de voor- en nadelen van de mogelijke oplossingsrichtingen. Om een goed inzicht te verkrijgen in de problematiek rond de Wft en te zorgen voor draagvlak voor de besluitvorming over de opportuniteit van een herziening en de daarbij te nemen keuzes, vinden gesprekken plaats met vertegenwoordigers van de financiële sector, de toezichthouders, de rechtspraktijk, de wetenschap en andere belanghebbenden zoals consumentenorganisaties. Aan de hand van de uitkomsten van deze gesprekken en literatuuronderzoek zal de inventarisatie en analyse van problemen en mogelijke oplossingsrichtingen plaatsvinden. De voorlopige bevindingen ten aanzien van problemen en oplossingsrichtingen zullen, mede aan de hand van nadere concrete vragen, openbaar worden geconsulteerd (1e consultatie). Ter voorbereiding van de besluitvorming over een eventuele herziening en de eindconclusies en uitgangspunten van zo’n herziening zal een contourennota worden opgesteld. Ik ben voornemens daarover voorlichting te vragen aan de Afdeling advisering van de Raad van State. Bovendien zal ook het ontwerp van de contourennota openbaar worden geconsulteerd (2e consultatie). De verwachting is dat de contourennota in definitieve vorm in de zomer van 2017 kan worden aangeboden aan beide Kamers der Staten-Generaal. Indien wordt geconcludeerd dat een herziening van de regelgeving voor de financiële markten opportuun is, zullen de uitgangspunten van een aangepaste inrichting en vormgeving van de financiële regelgeving worden geformuleerd en zal het traject tot herziening worden beschreven.

Inmiddels zijn de eerste oriënterende gesprekken gehouden met belanghebbenden bij de Wft. Op basis van de eerste indrukken kan worden geconcludeerd dat het initiatief van deze verkenning van een herziening van de Wft en de wijze waarop deze verkenning is ingericht, positief wordt ontvangen en op veel belangstelling kan rekenen.

Een gelijkluidende brief zend ik aan de voorzitter van de Tweede Kamer.

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem


X Noot
1

Kamerstukken II 2014/15, 34 208, nr. 4, p. 8; Handelingen I 2014/15, 34 208, nr. 6, item 5, p. 6-5-8.

X Noot
2

Bijvoorbeeld de Bankwet 1998 en de Wet toezicht trustkantoren.

X Noot
3

Kamerstukken II 2014/15, 34 208, nr. 4, p. 4.

Naar boven