Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 mei 2016
Hiermee informeer ik uw Kamer over de wijze waarop ik uitvoering aan de motie van
het lid Grashoff1 heb gegeven. In de motie roept uw Kamer op om in samenwerking met de bankensector
een protocol op te stellen waarin wordt vastgelegd welke rechten spaarders hebben
om inzicht te verkrijgen in de manier waarop het spaargeld bij hun bank is belegd.
De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) heeft afgelopen jaar in samenwerking met
haar leden het in de motie bedoelde protocol opgesteld. Dit protocol is bijgevoegd
als bijlage van deze brief en onlangs op de website van de NVB gepubliceerd2.
Werkwijze protocol
De NVB beveelt bij haar leden aan om jaarlijks, op eenzelfde nog te kiezen moment,
te rapporteren over alle uitstaande leningen op de balans op de manier zoals in het
protocol is voorgeschreven. Dit houdt in dat de banken een vereenvoudigde balans publiceren
waarin de uitstaande leningen van de banken staan uitgesplitst naar een aantal hoofdcategorieën.
De keuze van categorieën is afhankelijk van de samenstelling van de balans van de
individuele bank.
Bij de uitsplitsing van de categorieën is het van belang dat de bank duurzaamheidsvraagstukken
mee laat spelen om juist op deze terreinen een betekenisvol inzicht te verschaffen.3
Totstandkoming protocol
De NVB heeft bij de totstandkoming van dit protocol via dialoogbijeenkomsten maatschappelijke
stakeholders betrokken. Mede als resultaat van deze dialoogbijeenkomsten is de NVB
tot onderstaande uitstaande uitgangspunten gekomen om zowel de belangen van transparantie
als klantvertrouwelijkheid in acht te nemen.
-
1. Informativiteit: gegevens bieden op eenvoudige en waar mogelijk uniforme wijze inzicht
in de economische sectoren die door banken worden gefinancierd.
-
2. Werkbaarheid: het protocol is in beginsel door alle Nederlandse banken toepasbaar
op een effectieve en efficiënte wijze, gebruik makend van bestaande informatie.
-
3. Bescherming van klantvertrouwelijkheid: de informatie mag niet zo gedetailleerd zijn
dat herleidbaar is waar individuele bedrijven of instellingen bankieren en/of hoeveel
zij geleend hebben.
De NVB verwacht dat de wijze van rapportage op basis van deze uitgangspunten de vergelijkbaarheid
van de gegevens ten goede komt. Wanneer in een sector weinig bedrijven actief zijn,
kan de klantvertrouwelijkheid in het geding komen. In die gevallen wordt ervoor gekozen
om bijvoorbeeld wel de sector maar niet de bedragen en percentages bekend te maken.
Status van het protocol
Gelet op het mededingingsrecht kan de NVB haar leden niet dwingen om dit protocol
te hanteren. Dit is een keuze van individuele banken. De NVB kan en zal het protocol
wel bij haar leden van harte aanbevelen. Er is tevens onder de banken groot draagvlak
voor toepassing ervan gecreëerd, mede door de gezamenlijke aanpak van totstandkoming.
Vervolg
De NVB zal haar stakeholders nader informeren over de werkwijze en op welk moment
zij de rapportage van de banken publiceert. Tevens zal op de website van de NVB meer
achtergrondinformatie over het protocol te vinden zijn.
Ik ben de NVB erkentelijk voor haar inspanningen om tot dit protocol te komen en verwacht
dat het protocol zal bijdragen aan een verbeterde transparantie van de bankensector
zodat klanten en andere belanghebbenden beter inzicht krijgen in hoe banken kredietuitzettingen
doen.
De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem