34 042 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met de invoering van delegatiebepalingen voor de regulering van het systeem van vervoersbewijzen, betaalwijzen en betaaldienstverlening in het openbaar vervoer

Nr. 10 AMENDEMENT VAN HET LID DIK-FABER

Ontvangen 27 mei 2015

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel B, wordt aan artikel 30, tweede lid, onderdeel a, voor de puntkomma een zinsnede ingevoegd, luidende: alsmede op de kwaliteit en de functionaliteit van de apparatuur ten behoeve van het gebruik van die vervoerbewijzen.

Toelichting

In het voorgestelde artikel 30, tweede lid, van de Wet personenvervoer 2000 wordt geregeld dat bij of krachtens algemene maatregel van bestuur in het belang van de toegankelijkheid, gebruiksvriendelijkheid en interoperabiliteit van het openbaar vervoer regels kunnen worden gesteld over concessieoverstijgende onderwerpen. Deze regels kunnen betrekking hebben op de uitgifte, de kwaliteit en de functionaliteit van vervoerbewijzen, de tarieven en vervoervoorwaarden en de informatievoorziening en klachtprocedures met betrekking tot deze onderwerpen.

Dit amendement regelt dat niet alleen regels kunnen worden gesteld over de kwaliteit en functionaliteit van vervoerbewijzen, maar ook over de kwaliteit en functionaliteit van apparatuur die reizigers nodig hebben bij het gebruik van de vervoerbewijzen zoals verkoop-, oplaad- en in- en uitcheck apparatuur. Hiermee wordt gegarandeerd dat apparatuur van verschillende aanbieders op een uniforme wijze kan worden gebruikt en dat hierbij ook rekening wordt gehouden met het gebruik door reizigers met bijvoorbeeld een auditieve of visuele beperking. Dit amendement regelt daarmee dat de apparatuur voldoet aan zaken die voortvloeien uit het VN gehandicaptenverdrag.

Dik-Faber

Naar boven