34 028 Verslagen van de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven

Nr. 10 VERSLAG OVER DE VERZOEKSCHRIFTEN1 VAN DE FAMILIE M. TE N.2 BETREFFENDE INVORDERINGSMAATREGELEN VOOR BELASTINGSCHULDEN

Vastgesteld 19 maart 2015

Klacht

De gemachtigde van een familie dient 2 verzoekschriften in, één namens de kinderen en één namens de ouders. In beide gevallen wordt verzocht de door de Belastingdienst gelegde beslagen op te heffen en de betrokkenen schadeloos te stellen voor de noodzakelijke rechthulp.

Naar aanleiding van deze klachten heeft de Staatssecretaris van Financiën inlichtingen verstrekt aan de commissie.

Feiten

Naar aanleiding van een boekenonderzoek in 2013 bij de vennootschap onder firma (vof) op naam van de ouders worden naheffingsaanslagen omzetbelasting aan de vof en een aanslag inkomstenbelasting/premies volksverzekeringen aan het familiehoofd opgelegd. Deze aanslagen zijn verhoogd met vergrijpboetes van 25 en 50 procent. De hoogte van de aanslagen en de bevindingen uit het onderzoek geven aanleiding om versneld te innen: in februari 2014 wordt ten laste van de ouders op in het woonhuis aanwezige roerende zaken beslag gelegd, zonder deze af te voeren. Dat gebeurt later wel met de in het bedrijfspand en in de marktstand aanwezige roerende zaken alsmede met de bedrijfsauto op naam van de vof. Tegen deze aanslagen zijn namens verzoekers bezwaarschriften ingediend die volgens de inspecteur vooralsnog zullen worden afgewezen op grond van het ontbreken van een deugdelijke, tijdige en controleerbare administratie, zoals artikel 52 van de Wet inzake rijksbelastingen voorschrijft.

De kinderen hebben verzocht om opheffing van het beslag omdat zij de eigendom van de volledige inventaris van het woonhuis claimen. De ontvanger ziet vooralsnog geen aanleiding om aan dit verzoek tegemoet te komen, omdat naar zijn oordeel de eigendom niet voldoende is aangetoond. Aan zijn verzoek om naast de inboedelovereenkomst ook aankoopnota’s en betaalbewijzen te overleggen, is door de kinderen niet voldaan.

Ook het verzoek van de ouders om het beslag op de bedrijfsinventaris van de vof op te heffen, is door de ontvanger niet gehonoreerd onder verwijzing naar het boekenonderzoek en het feit dat de ouders financieel in zwaar weer zitten. Dat was de reden om de inboedelovereenkomst met de kinderen aan te gaan.

Overwegingen

In zijn reactie geeft de Staatssecretaris aan geen redenen te zien om de ontvanger te verzoeken de beslagen op te heffen. Uit het boekenonderzoek is gebleken dat een deugdelijke, tijdige en controleerbare administratie van de vof ontbreekt. Verder zouden de ouders financieel in een moeilijke positie verkeren. De door de kinderen geclaimde eigendom van de inventaris van het woonhuis kan niet voldoende worden aangetoond. Zowel ouders als kinderen hebben nog de mogelijkheid om het oordeel van de rechter te vragen.

Tot slot moet nog worden opgemerkt dat de procedures van bezwaar en beroep tegen de naheffingsaanslagen inkomstenbelasting en omzetbelasting op de datum van vaststelling van dit verslag nog niet zijn afgerond.

Oordeel van de commissie3

De commissie is van oordeel dat het standpunt van de Staatssecretaris kan worden gevolgd.

Voorstel aan de Kamer

Er is geen aanleiding om de Kamer een voorstel te doen.

De voorzitter van de commissie, Neppérus

De griffier van de commissie, Roovers


X Noot
1

Dit adres en de stukken welke de commissie bij haar onderzoek ten dienste hebben gestaan, liggen op het commissiesecretariaat Verzoekschriften, Lange Poten 4, Den Haag, ter inzage van de leden.

X Noot
2

Naam en adres van verzoeker zijn de commissie bekend.

X Noot
3

De commissie bestaat uit de leden: Neppérus (voorzitter) (VVD), Jacobi (PvdA), Van Raak (SP), Schouw (D66), Helder (PVV), Bruins Slot (CDA), Klein (Klein), Dik-Faber (CU), Van der Linde (VVD) en de plaatsvervangend leden Van Oosten (VVD), Van Nispen (SP), Berndsen-Jansen (D66), Krol (50PLUS).

Naar boven