De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het doel van de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten is
dat er meer mensen met een arbeidsbeperking in een reguliere baan aan de slag gaan;
constaterende dat het afgesproken aantal extra banen voor deze mensen moet worden
gerealiseerd;
constaterende dat werkgevers met de banenafspraak in het sociaal akkoord van 11 april
2013 hebben aangegeven dat zij hiervoor zelf verantwoordelijkheid willen nemen;
overwegende dat de eigen verantwoordelijkheid van werkgevers gestimuleerd en beloond
moet worden;
overwegende dat het mogelijk is dat ondanks dat de quotumheffing is geactiveerd omdat
in een bepaald jaar het aantal van de banenafspraak niet is gerealiseerd, de aantallen
in volgende jaren wel zijn gerealiseerd;
verzoekt de regering om ervoor zorg te dragen dat, na overleg met sociale partners
en gemeenten, de quotumheffing kan worden gedeactiveerd als drie jaar na de invoering
van het quotum het aantal banen ruim voldoet aan het afgesproken aantal banen dat
conform de baanafspraak en het quotum in deze periode gerealiseerd had moeten worden;
het overleg met sociale partners en gemeenten betreft onder meer de monitorgegevens
en verklarende factoren (bijvoorbeeld conjunctuur, regionale arbeidsmarktvraag en
-aanbod, omvang en definiëring doelgroep, werkbedrijf et cetera);
verzoekt de regering vervolgens, de Kamer hierover te informeren, en een dergelijk
onderzoek telkens iedere drie jaar te herhalen, en de Kamer ook hierover telkens te
informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.