33 788 Samenvoeging van de gemeenten Bergambacht, Nederlek, Ouderkerk, Schoonhoven en Vlist

B MEMORIE VAN ANTWOORD

Ontvangen 6 juni 2014

1. Algemeen

Met belangstelling heb ik kennisgenomen van het voorlopig verslag van de Vaste Commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning, inzake het wetsvoorstel tot samenvoeging van de gemeenten Bergambacht, Nederlek, Ouderkerk, Schoonhoven en Vlist.

De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel strekkende tot samenvoeging van de gemeenten Bergambacht, Nederlek, Ouderkerk, Schoonhoven en Vlist en hebben daarover nog een aantal vragen. De leden van de fractie van de SP sluiten zich bij deze vragen aan.

2. Toets aan het Beleidskader gemeentelijke herindeling

2.1. Draagvlak

De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen tegen welke problemen de betrokken gemeenten met onvoldoende bestuurskracht concreet aan lopen, of er ook alternatieven zijn overwogen waarbij alleen de gemeenten met de wil om deel te nemen aan herindeling betrokken zijn en of de regering kan aangeven waarom deze varianten zijn afgevallen.

De vijf betrokken gemeenten staan de komende jaren voor forse gemeenschappelijk opgaven. De regionale ontwikkelingen en vraagstukken in het gebied van de Krimpenerwaard, zoals de bevolkingsdaling, schaalvergroting en transformatie van de agrarische sector en de economische structuurversterking, maar ook de toename van taken als gevolg van de decentralisatie in het sociale domein, zullen het nodige van de bestuurskracht van de gemeenten vergen, wat ook wordt benadrukt door de Commissie Leemhuis en de Externe Commissie Midden-Holland.

Tijdens de arhi-procedure en de verschillende raadplegingen na de totstandkoming van het herindelingsadvies zijn verschillende herindelingsvarianten, zoals de K2, K4, K5 en K6, en alternatieven voor herindeling, zoals intensivering van de K5-samenwerking en een ambtelijke fusie van Bergambacht, Nederlek en Ouderkerk, aan de orde gekomen. Behalve naar (bestuurlijk) draagvlak is daarbij ook gekeken naar welke oplossing het meest duurzaam is binnen de regionale context en waarbij geen sprake is van «restproblematiek». De regering is, net als de provincie, enkele gemeenten en de verschillende commissies, van mening dat een beperktere fusie dan de K5-variant of de alternatieven voor herindeling onvoldoende perspectief bieden en niet duurzaam zijn in het licht van bovengenoemde regionale en bestuurlijke opgaven, die vragen om een integrale benadering.

2.2 Inhoudelijke noodzaak

De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen of de inhoudelijke noodzaak tot herindeling voor alle betrokken gemeenten geldt en, zo ja, waarom over drie van de betrokken gemeenten dan werd geoordeeld dat zij voldoende bestuurskracht bezitten om zelfstandig te blijven. Daarnaast vragen de aan het woord zijnde leden waarom de uitdagingen voor de vijf betrokken gemeenten niet via de reeds bestaande samenwerking in de regio Krimpenerwaard kunnen worden opgevangen en of alle betrokken gemeenten het standpunt innemen dat de K5-samenwerking «geen echte duurzame oplossing biedt».

Momenteel worden taken, ook binnen de huidige samenwerkingsverbanden, versnipperd of onvoldoende opgepakt, waar juist krachtig en integraal optreden van groot belang is. Ondanks enkele relatief positieve bestuurskrachtonderzoeken bestaat bij de betrokken gemeenten een breed gedragen wens om tot een duurzame versterking van de bestuurskracht te komen. Het ontbreekt echter aan een eenduidige, breed gedragen visie over de bestuurlijke toekomst van de Krimpenerwaard, wat de besluitvaardigheid van de afzonderlijke gemeenten en de K5-samenwerking heeft beïnvloed.

Wanneer intensieve intergemeentelijke samenwerking kan rekenen op voldoende bestuurlijk draagvlak van de betrokken gemeenten en leidt tot een effectieve gezamenlijke aanpak van maatschappelijke opgaven, dan kan dat een alternatief zijn voor gemeentelijke herindeling. Dat is niet het geval voor de vijf betrokken gemeenten, zoals ook is geconstateerd door de commissie Leemhuis in 2009 en de Externe Commissie Midden-Holland in 2013. De huidige samenwerkingsverbanden bieden volgens de gemeenten geen duurzame oplossing voor de noodzakelijk geachte versterking van de bestuurskracht. De regering deelt deze opvatting en concludeert dat bestuurlijke schaalvergroting voor de vijf gemeenten nodig is om integraal antwoord te geven op de bestuurlijke en regionale opgaven in de Krimpenerwaard.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven