33 775 Wijziging van de Warenwet in verband met het verhogen van het maximum bedrag van de bestuurlijke boete en enkele andere wijzigingen waaronder regels inzake het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing en wijziging van de Warenwet BES in verband met het eenduidig regelen van de bevoegdheden van de toezichthouders en de eilandbesturen

Nr. 13 AMENDEMENT VAN HET LID DE LANGE

Ontvangen 9 april 2015

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In de beweegreden vervalt: , regels in te voeren inzake het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing.

II

Artikel I, onderdeel N, vervalt.

Toelichting

Dit amendement strekt ertoe het voorgestelde artikel 24, vijfde lid, van de Warenwet, waar een verbod is opgenomen op het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing door tatoeëerders of piercers die zonder een benodigde vergunning hun werkzaamheden verrichten, uit het wetsvoorstel te schrappen.

Indien het amendement wordt aangenomen, vervalt in het opschrift van het wetsvoorstel: waaronder regels inzake het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing.

Het is nu al verboden om tatoeages en piercings te zetten zonder vergunning. Indiener is, in navolging van het advies van de Raad van State, van mening dat onvoldoende duidelijk wordt gemaakt waarom door het verbod op aanprijzen het bedoelde toezicht wordt vereenvoudigd en efficiënter wordt gemaakt. Indiener wil met dit amendement voorkomen dat wettelijke mogelijkheden worden uitgebreid zonder dat dit bijdraagt aan de fundamentele oplossing van het voorliggende probleem. Om het ongewenste probleem van onhygiënisch geplaatste tatoeages en piercings aan te pakken dienen minder vergaande maatregelen bezien te worden waarmee de handhaving van het vergunningenstelsel kan worden verbeterd.

De Lange

Naar boven