33 681 Verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in gemeenten waarvoor met ingang van 1 januari 2015 een wijziging van de gemeentelijke indeling wordt beoogd

Nr. 7 AMENDEMENT VAN HET LID BISSCHOP

Ontvangen 17 oktober 2013

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

De beweegreden wordt als volgt gewijzigd:

1. Na het zinsdeel «dat het wenselijk is» wordt ingevoegd: om te komen tot een structurele regeling voor verlenging van.

2. Het zinsdeel «met ingang van 1 januari 2015» wordt vervangen door: besluitvorming ten aanzien van.

3. Het zinsdeel «wordt voorgenomen te verlengen, teneinde te voorkomen dat in een kort tijdsbestek» wordt vervangen door: te verwachten is, die ertoe zou kunnen leiden dat binnen de periode van een jaar.

II

Artikel 1 vervalt.

III

Artikel 2 vervalt.

IV

Artikel 3 vervalt.

V

Voor artikel 4 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL I

De Wet algemene regels herindeling wordt als volgt gewijzigd:

Na artikel 56 worden drie artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 56a

De artikelen 56b en 56c zijn van toepassing op een gemeente waarvoor in de periode van 1 oktober tot en met 31 december van het jaar voorafgaande aan het jaar waarin de reguliere gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden een voorstel van wet tot wijziging van de gemeentelijke indeling is ingediend bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal, waarin voor die gemeente is voorzien in een tussentijdse raadsverkiezing die valt binnen een jaar na de datum van de reguliere gemeenteraadsverkiezingen.

Artikel 56b

• 1. De verkiezing van de leden van de gemeenteraad in het jaar waarin de reguliere gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden en waarvoor de kandidaatstelling plaatsvindt op de dag, bedoeld in artikel F 1, eerste lid, van de Kieswet, blijft achterwege.

• 2. De zittingsduur van de leden van de raad van een gemeente, bedoeld in artikel 56a, wordt verlengd tot 1 januari van het jaar volgend op het jaar waarin de reguliere gemeenteraadsverkiezing achterwege blijft.

Artikel 56c

• 1. Indien een voorstel van wet als bedoeld in artikel 56a niet op de donderdag in de periode van 17 september tot en met 23 september in het jaar waarin de reguliere gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden tot wet is verheven en in werking is getreden, vindt de kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van de raad van een gemeente, genoemd in dat wetsvoorstel, plaats op de maandag in de periode van 5 tot en met 11 oktober van dat jaar. Artikel 55, tweede lid, tweede en derde volzin, is van toepassing.

• 2. In het geval, bedoeld in het eerste lid, gelden in afwijking van de artikelen G 1 tot en met G 5 van de Kieswet de volgende tijdstippen:

  • a. De in de artikelen G 1, achtste lid, en G 2, achtste lid, bedoelde kennisgeving, voorafgaande aan de kandidaatstelling voor de verkiezing van de raad van een gemeente, bedoeld in artikel 56a, vindt plaats op de veertiende dag voor die kandidaatstelling.

  • b. De in artikel G 3, eerste lid, bedoelde verzoeken tot registratie van aanduidingen van politieke groeperingen van de raad van een gemeente, bedoeld in artikel 56a, ingediend na de veertiende dag voor die kandidaatstelling blijven voor de daaropvolgende verkiezing van de desbetreffende raad buiten beschouwing.

  • c. De in artikel G 4, tweede lid, bedoelde beslissing van het centraal stembureau, vindt uiterlijk plaats op de elfde dag voor die kandidaatstelling.

  • d. De in artikel G 5, eerste lid, onderdelen b en c, bedoelde beschikking, vinden uiterlijk plaats op de zevende dag voor de kandidaatstelling.

• 3. De op grond van het eerste lid gekozen gemeenteraadsleden treden tegelijk af met de leden van de gemeenteraden waarvoor de stemming in dat jaar heeft plaatsgevonden op de dag, bedoeld in artikel J 1, eerste lid, van de Kieswet.

VI

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

• 1. De aanduiding «Artikel 4» wordt vervangen door «Artikel II».

• 2. Aan het slot vervalt de zinsnede: en vervalt met ingang van 1 januari 2019.

Toelichting

Het is in het algemeen ongewenst dat kort na elkaar twee verkiezingen voor de gemeenteraad worden gehouden. Bij herindelingen per 1 januari volgend op het verkiezingsjaar voor de gemeenteraden is nu steeds een nieuwe wet noodzakelijk voor het uitstel van verkiezingen. Dit amendement beoogt niet alleen voor de gemeenten die mogelijk te maken krijgen met herindeling per 1 januari 2015 een oplossing te bieden, maar tevens te zorgen voor een structurele regeling voor het uitstel van verkiezingen voor gemeenten die binnen een jaar na de reguliere verkiezingsdatum vermoedelijk betrokken zullen zijn bij een herindeling.

De indiener volgt hiermee grotendeels het voorstel uit de bijlage bij het advies van de afdeling advisering van de Raad van State.

De term herindelingsgemeente is vermeden, omdat voor iedereen duidelijk dient te zijn dat het uitstel van verkiezingen geen voorschot is op de politieke beslissing over de wenselijkheid van herindeling.

Bij de aanname van dit amendement komt het opschrift van het wetsvoorstel te luiden: Wijziging van de Wet algemene regels herindeling in verband met het treffen van een structurele regeling voor verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in gemeenten waarvoor een wijziging van de gemeentelijke indeling in voorbereiding is.

Bisschop