33 628 Forensische zorg

Nr. 31 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 april 2018

Sinds 2017 beschikken het openbaar ministerie en de politie bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) over een geoormerkt jaarlijks budget ter waarde van 3 miljoen euro voor de inzet van andere forensische aanbieders dan het NFI. Dit budget staat bekend als de One Stop Shop (OSS).1 De forensische dienstverlening die via de OSS wordt ingekocht komt bovenop de «eigen» productie van het NFI. In 2018 bedraagt dit totale budget 66 miljoen euro.

In het opstartjaar 2017 kwam de besteding van het OSS-budget langzaam op gang, maar vond in het najaar een inhaalslag plaats waardoor het budget toch bijna volledig werd ingezet. Dit jaar doet zich de omgekeerde situatie voor: het OSS-budget wordt in een te hoog tempo uitgegeven waardoor, na aftrek van de verplichtingen die voor de rest van het jaar zijn aangegaan, het rond 1 mei zal zijn uitgeput. Het openbaar ministerie en de politie kunnen gedurende de rest van het lopende jaar wel gebruik blijven maken van de eigen capaciteit van het NFI. Desalniettemin zal het nodig zijn om scherper te prioriteren bij het insturen van sporen voor forensisch onderzoek.

De snelle uitputting van het OSS-budget is een gevolg van de toenemende behoefte aan forensisch onderzoek, van het steeds complexer en duurder worden van forensisch onderzoek en van de opleidingsduur van forensische deskundigen waardoor het lang duurt voordat intensiveringen leiden tot meer productie. Ik ben in het kader van een nieuwe visie op forensisch onderzoek met onder andere het openbaar ministerie, de politie en het NFI in gesprek over de wijze waarop in de toekomst het best in de behoefte aan forensisch onderzoek kan worden voorzien. De werking van de OSS is daarbij een belangrijk onderdeel. Ik zal uw Kamer over de uitkomst van deze besprekingen informeren.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Kamerstukken 29 279 en 29 628, nr. 328

Naar boven