33 574 Interparlementaire conferentie inzake het Europees Semester

Nr. 2 VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK VAN DE RAPPORTEUR VOOR HET EUROPEES SEMESTER

Vastgesteld 18 april 2013

Op maandag 8 april jl. is door de rapporteur Europees Semester, het lid Servaes (PvdA), in het kader van zijn werkzaamheden een werkbezoek aan Brussel gebracht. Daarbij is gesproken met:

  • Józef Niemiec, bestuurder van het Europees Vakverbond (EVV);

  • Pieter de Gooijer, de Permanent Vertegenwoordiger van Nederland, en enkele van zijn medewerkers;

  • Corien Wortmann-Kool (CDA), lid van het Europees Parlement;

  • Agnė Geniušaitė, hoofd landenteam Nederland voor het Europees Semester bij de Europese Commissie, en enkele van haar collega’s;

  • Amadeu Altafaj Tardio, plaatsvervangend kabinetschef van Eurocommissaris Olli Rehn, en enkele van zijn collega’s;

  • Didier Seeuws en Richard Corbett, respectievelijk de kabinetschef van Europese Raadspresident Herman Van Rompuy en lid van het kabinet van de heer Van Rompuy.

Het bezoek stond in het kader van twee hoofdonderwerpen: i) het lopende Europees semester en ii) de van Rompuy agenda ter versterking van de Europese Monetaire Unie (EMU).

I. Het lopende Europees Semester

  • Het landenteam voor Nederland bij de Europese Commissie geeft aan dat men verwacht de concept landenspecifieke aanbevelingen op 29 mei te publiceren. Rond 11 mei 2013 zal de Spring Forecast van de Europese Commissie verschijnen, die mede als input zal fungeren voor de aanbevelingen aan landen.

  • Bij de Permanente Vertegenwoordiging (PV) klinkt de verwachting dat Nederland dit jaar mogelijk landenspecifieke aanbevelingen zal krijgen over pensioenen, uitgaven aan onderzoek en innovatie, de financiering van de lange termijn zorg, de positie van kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt en specifiek ook over de woningmarkt. Met name het laatste punt, dat ook terugkomt in het diepteonderzoek van de Europese Commissie, is van belang. Duidelijk is dat op dit punt binnen de Europese Commissie nog discussie bestaat hoe tegen het Nederlandse probleem moet worden aangekeken. De Nederlandse permanente vertegenwoordiging had op 16 april jl. een overleg met de Europese Commissie. Voor dit overleg zijn vanuit de Europese Commissie de volgende onderwerpen aangedragen: begrotingsbeleid, pensioenen, de arbeidsmarkt, lange-termijnhervormingen in de zorg, onderzoek en innovatie, en de huizenmarkt in relatie tot het niveau van de private schulden.

  • In algemene zin heeft de Europese Commissie een positieve indruk van de economische positie van Nederland ondanks geformuleerde zorgpunten zoals de woningmarkt. Er is waardering voor het nastreven van een sociaal akkoord, hetgeen ook een positieve uitwerking heeft op het sociale draagvlak van structurele hervormingen. Dit klinkt ook door in het gesprek met de heer Altafaj Tardio, de plaatsvervangend kabinetschef van Commissaris Rehn. De Commissie benadrukt dat het te publiceren diepteonderzoek (n.b. dit rapport is op 10 april gepubliceerd) naar de ontwikkeling van de private schulden in Nederland nog geen beleidsaanbevelingen zal bevatten. Het landenteam van de Commissie maakt in het gesprek echter wel duidelijk dat men vindt dat de hervormingen op de woningmarkt stappen in de goede richting zijn, maar dat in mei op dit punt wel een landenspecifieke aanbeveling kan worden verwacht.

  • De Europese Commissie kan niet inschatten of Nederland zijn EMU-doelstelling in 2014 zal halen en doet daarover geen uitspraken. In het gesprek met het landenteam wordt bevestigd dat de Commissie naast de tekortdoelstelling ook hecht aan structurele hervormingen. De plaatsvervangend kabinetschef van Commissaris Rehn benadrukt ook het belang van de balans tussen beide facetten waarbij ook het structurele overheidstekort in ogenschouw moet worden genomen. Bij het vaststellen van de datum waarop de begrotingsnorm gehaald worden specifieke omstandigheden van de betreffende lidstaat meegewogen benadrukt het landenteam van de Europese Commissie. De heer Altafaj Tardio benadrukt echter dat de Europese Commissie bij de beoordeling hiervan wel tegen een «communicatiedilemma» aanloopt. Het gaat de Commissie om de inhoud en het economisch resultaat van de hervormingen. Anderzijds wil zij tegenover andere lidstaten niet de indruk wekken dat de 3%-norm niet meer belangrijk is.

  • Uit het gesprek met het landenteam van de Europese Commissie blijkt dat, naast de woningmarkt en het begrotingstekort, de volgende onderwerpen in mei waarschijnlijk terug zullen komen in de landenspecifieke aanbevelingen: Dat de eerste pijler pensioenleeftijd verhoogd is wordt gewaardeerd, evenals het feit dat er overeenstemming is met de sociale partners over de nog te nemen stappen. Wat de arbeidsmarkt betreft is de situatie voor veel specifieke groepen verbeterd. Echter, sommige maatregelen hebben hier een negatief effect, bijvoorbeeld de bezuinigingen op kinderopvang. De Europese Commissie meent dat de arbeidsmarkt flexibeler moet worden, maar zal goed kijken waar eventuele negatieve effecten terecht komen. De armoede mag er in elk geval niet door toenemen, met name onder groepen met een toch al lage arbeidsdeelname. Daarbij zal goed gekeken worden wat voor diensten en hulp er geboden worden om werklozen weer aan een baan te helpen. De arbeidsmarkt voor ouderen blijft bij dit alles ook een aandachtspunt. Er is vrij veel vooruitgang op het gebied van onderzoek en ontwikkeling: Het topsectorenbeleid betekent dat veel hervormingen zijn doorgevoerd, maar op het gebied van de financiering van fundamenteel onderzoek bestaan nog wel zorgen.

II. De van Rompuy Agenda en de versterking van de Europese Monetaire Unie

  • In zijn paper over de EMU uit 2012 stelt Raadspresident vier unies voor om de EMU te voltooien: een bankenunie, een begrotingsunie, een economische unie en een politieke unie. Bij de PV is de analyse dat deze ambitieuze agenda inmiddels versmald is tot de opdrachten die Raadspresident Van Rompuy in december 2012 van de regeringsleiders heeft meegekregen ten behoeve van de Europese Raad van juni 2013, waarbij de bankenunie de meeste aandacht zal opeisen. Ook mevrouw Wortmann-Kool ziet dat de vaart van de besluitvorming over de «vier unies» aan het afnemen is. Als de totstandkoming van de bankenunie daarmee wordt vertraagd, signaleert zij dat als een risico. Tijdens het gesprek met leden van het kabinet van Eurocommissaris Rehn wordt inderdaad bevestigd dat de voornaamste prioriteiten voor de Europese Commissie bestaan uit het voltooien van de bankenunie, in de vorm van de implementatie van het single supervisory mechanism (SSM) en een resolutiemechanisme. De kabinetschef van de heer Van Rompuy, de heer Seeuws, spreekt daarnaast de hoop uit dat nog onder het Ierse voorzitterschap overeenstemming bereikt kan worden over het resolutiemechanisme van banken, waarover de Europese Commissie binnenkort een voorstel zal presenteren. Na Cyprus is dit belangrijk om het vertrouwen in de eurozone weer te doen stijgen.

  • Mevrouw Wortmann-Kool spreekt wel de verwachting uit dat de Europese Commissie voorafgaand aan de Europese verkiezingen van 2014 nog wel een wat meer uitgewerkte blauwdruk zal publiceren om het Unie-debat te voeden. Tijdens het gesprek met leden van het kabinet van Eurocommissaris Rehn wordt bevestigd dat de Commissie voor de verkiezingen waarschijnlijk met een aantal voorstellen zal komen waarvoor verdragswijzigingen nodig zou kunnen zijn. Dit o.a. om de discussie aan te zwengelen.

  • De kabinetschef van de heer Van Rompuy, de heer Seeuws, meldt verder dat op 25 april de zogenaamde sherpa’s (Raadsadviseurs van de regeringsleiders) bijeenkomen om te spreken over de stand van zaken rondom de lidstaatcontracten en daaraan gelieerd de mogelijkheid van een solidariteitsmechanisme. Tijdens de Europese Raad van mei staat het op de agenda van de regeringsleiders, om dan tijdens de Europese Raad van juni mogelijk tot een plan voor vervolgstappen te komen. Duitsland is de drijvende kracht achter de lidstaatcontracten. Bij de PV bestaat echter de indruk dat men er daar inmiddels wat minder vaart achter zet onder invloed van de naderende federale verkiezingen en de vele vragen die door de lidstaatcontracten worden opgeroepen. Dit beeld komt ook naar voren uit het gesprek met de heer Seeuws die weliswaar algemene richtsnoeren wil formuleren voor contracten, maar de concrete uitwerking ervan op de lange baan lijkt te schuiven. De heer Seeuws stelt dat het politiek onmogelijk lijkt om een meerderheid in de Raad te krijgen voor de contracten als niet alle Eurolanden verplicht zouden worden er een te ondertekenen. De inhoud zal natuurlijk wel per lidstaat verschillen, en voor «goed» presterende landen veel minder dwingend zijn dan voor «slecht» presterende. Inhoudelijk zouden de contracten onderweg moeten kunnen worden aangepast, bijvoorbeeld in geval van een regeringswisseling. Zo lang over het doel van het contract (bijvoorbeeld de hoogte van het begrotingstekort) maar overeenstemming blijft bestaan, moet het mogelijk zijn om tussentijds van mening te veranderen over de manier waarop dat bereikt moet worden.

  • In algemene zin lijkt het sociale aspect van de EMU meer aandacht te krijgen in de discussie in Brussel. In discussie met de heer Seeuws, de heer de Gooijer en de heer Niemiec komt dit punt ter sprake. De heer Seeuws meldt dat door Eurocommissaris Andor voor sociale zaken wordt nagedacht over een grotere rol voor «sociale indicatoren» in de procedures van het Europees Semester. Door de medewerkers van de Permanente Vertegenwoordiging (PV) van Nederland wordt gewezen op het Frans-Duitse paper over de invulling van de sociale dimensie van de EMU («Non-Paper on social Europe»). Dit paper wordt volgens de PV door Frankrijk en Duitsland wel verschillend uitgelegd. De Nederlandse lijn daarbij is dat werkgelegenheidsbeleid een nationale aangelegenheid moet blijven. De heer Niemiec vertelt dat het EVV intern nog aan het discussiëren is over zijn positie over dit onderwerp. Aan het eind van deze maand zou een paper gereed moeten zijn. Het EVV wil in elk geval betrokken blijven bij het proces, en volgens de heer Niemiec staan de Europese Commissie en de Raad hier ook voor open.

De rapporteur, Servaes

De griffier, Beun

Naar boven