33 541 Wijziging van de Mediawet 2008 teneinde het stelsel van de landelijke publieke omroep te moderniseren

F BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 december 2013

Dinsdag 5 november jl. vond de behandeling van het wetsvoorstel inzake de modernisering van het stelsel landelijke publieke omroep in uw Kamer plaats. Tijdens de behandeling hebben de leden Kuiper en De Vries-Leggedoor een motie (33 541, letter E) ingediend. Deze motie is aangehouden. Ik heb uw Kamer toegezegd in gesprek te gaan met de NPO en u voor het zomerreces 2014 te informeren. Ik breng u graag op de hoogte van de uitkomst van mijn gesprek met de NPO.

De NPO heeft mij eerder al toegezegd een minimumbudget van € 9 miljoen voor levensbeschouwelijke programmering te reserveren voor de periode 2016–2020. Dit naar aanleiding van de motie van de leden Segers en Heerma,1 die in de Tweede Kamer is aangenomen. De bovengenoemde motie van uw Kamer verzoekt de regering het minimumbudget voor levensbeschouwelijke programmering te verhogen naar € 12 miljoen. In mijn gesprek heeft de NPO aangegeven dat zij mogelijkheden zien om het bedrag van € 9 miljoen verder te verhogen.

De exacte uitwerking van dit voornemen wordt neergelegd in het concessiebeleidsplan 2016–2020 (CBP) en de daarbij behorende prestatieovereenkomst. Conform de Mediawet ontvang ik het CBP in het voorjaar van 2015. Na advies van het Commissariaat voor de Media en de Raad voor Cultuur en instemming van de Minister van OCW, wordt het CBP definitief vastgesteld. Dan zal ik uw Kamer nader informeren over de wijze waarop de levensbeschouwelijke programmering wordt geborgd.

Hopende u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker


X Noot
1

Tweede Kamer, vergaderjaar 2012–2013, kamerstuk 33 541, nr. 22.

Naar boven