Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 juli 2023
Het Adviescollege Veiligheid Groningen (ACVG) heeft een onafhankelijke evaluatie laten
uitvoeren naar het functioneren in de periode 2019–2022, zoals is voorgeschreven door
de Kaderwet Adviescolleges. De evaluatie laat een positief beeld zien. Op basis van
interviews bij betrokken organisaties schrijft het onderzoeksteam van de Interne Audit
Dienst van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland dat het college «duidelijk heeft
bijgedragen aan de veiligheid in Groningen. De door het college geformuleerde kernwaarden
onafhankelijkheid, deskundigheid en transparantie worden positief herkend in het optreden
van het college». De adviezen van het ACVG zijn van groot belang gebleken in het vormgeven
van de versterkingsoperatie.
Het ACVG is opgericht als tijdelijk adviescollege, vooruitlopend op de inwerkingtreding
van de Tijdelijke Wet Groningen (TwG). Op grond van de TwG krijgt het ACVG nu een
permanent karakter. Dit betekent dat het ACVG ook in de komende periode mij nog gevraagd
en ongevraagd kan adviseren over de veiligheid in Groningen. Het is mijn voornemen
om het ACVG tot 2028, de duur van de versterkingsoperatie, te laten bestaan. De versterkingsoperatie
is immers nog niet gereed, ook in de komende jaren zal er behoefte zijn aan advies
over (technische) vraagstukken met betrekking tot de veiligheid in Groningen, zo blijkt
uit de evaluatie. Het ACVG kan op deze wijze ook een rol vervullen in het versterken
van het kennislandschap, cf. maatregel 49 uit de kabinetsreactie op de parlementaire
enquête gaswinning Groningen (Méér kennis, betere data en monitoring van mijnbouweffecten1).
De taakomschrijving van het ACVG in de TwG zal ik herzien en verbreden. De huidige
omschrijving past niet meer bij de bredere blik op veiligheid die nodig is in de versterkingsoperatie.
Ik zal om die reden de wet op dit punt wijzingen. Uw Kamer wordt hier later over geïnformeerd.
Daarnaast zal ik bij het inrichten van het ACVG als permanent adviescollege met nadruk
letten op de diversiteit van de samenstelling van het college.
Daarnaast bied ik uw Kamer het advies aan dat het ACVG heeft uitgebracht over het
gebruik van de «vlek-in-vlek»-methode, ontwikkeld door TNO. Dit is een methode waarmee
het gebied waar gebouwen van een bepaalde typologie een nadere beschouwing en eventueel
versterking nodig hebben nader kan worden vastgesteld.
Het ACVG adviseert de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) om de uitkomsten van het
TNO-rapport dat deze methode beschrijft als richtinggevend principe te hanteren bij
de uitvoering van de versterking van gebouwen binnen de vlek van een typologie. Ik
heb de NCG verzocht deze methode waar van toepassing als richtinggevend principe te
hanteren. Zowel het TNO-rapport als het advies van het ACVG zijn bijgevoegd in de
bijlage van deze brief.
Tot slot informeer ik uw Kamer graag over het feit dat het ACVG positief heeft geadviseerd
over de door TNO ontwikkelde typologie STAAL-A: gebouwen met één bouwlaag, een draagconstructie
van staal en een rechthoekige plattegrond. Dit zijn vooral stalen hallen. Voor de
typologie STAAL-A wordt verwezen naar het rapport «TNO 2022, kenmerk R11298»; het
definitieve rapport is te vinden op de website van de NCG. Deze typologie kan, waar
nog aan de orde, vanaf nu gebruikt worden door de NCG.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, J.A. Vijlbrief